De tweede ronde van de Turkse presidentsverkiezingen, zondag 28 mei, zijn van doorslaggevende betekenis, niet alleen voor Turkije maar ook voor Europa. De kernpunten van deze verkiezingen zijn de manier waarop het land omgaat met de vluchtelingensituatie en de gevolgen van de verkiezingsuitslag voor de relatie van Turkije met de EU. Terwijl de dag van de stemming nadert, is Turkije verwikkeld in een hevig getouwtrek om de vier miljoen Syrische vluchtelingen, een strijd die diepe kloven in de samenleving en het politieke apparaat blootlegt.
Kemal Kilicdaroglu, de kandidaat van de oppositie, heeft een ferm standpunt ingenomen over het vluchtelingenvraagstuk. Als hij de verkiezingen wint dan, zo belooft Kilicdaroglu, zullen de vluchtelingen over twee jaar, of eerder, teruggestuurd worden naar hun eigen land. Deze retoriek wijkt af van zijn vorige verklaring, waarin de seculiere presidentskandidaat beloofde vluchtelingen terug te sturen zodra hij was aangetreden. Zijn nieuwe standpunt duidt wellicht op een erkenning van de complexiteit van de kwestie, aangezien veel van deze personen geen wettelijke vluchtelingenstatus hebben. Dit komt omdat Turkije in 1951 een voorbehoud gemaakt heeft bij de ondertekening van het VN-Vluchtelingenverdrag. Het land erkent alleen mensen uit Europa als vluchteling, niet mensen uit het Midden-Oosten.
Het vluchtelingenvraagstuk is in Turkije ook een verzamelpunt geworden voor extreemrechts. Umit Ozdag, de leider van de extreemrechtse Overwinningspartij, heeft met Kilicdaroglu onderhandeld over een protocol om vluchtelingen ‘indien nodig met geweld’ binnen ‘een jaar’ naar huis te sturen. De overeenkomst moet echter nog worden afgerond.
‘Turkije kampt met een massale toestroom van vluchtelingen, niet alleen uit Syrië maar ook uit Afghanistan en andere landen’
Ook zittend president Recep Tayyip Erdogan wil het vluchtelingenvraagstuk aanpakken, zij het op een meer gematigde manier. In een interview met TRT Haber verklaarde de president dat binnenkort een routekaart voor de veilige terugkeer van vluchtelingen wordt opgesteld, met als doel nog eens een miljoen Syriërs terug te sturen naar hun vaderland. Turkije heeft eerder al 450.000 Syriërs gerepatrieerd, wat wijst op een verschuiving in het regeringsbeleid.
De kwestie heeft echter vele facetten, zoals blijkt uit de woorden van Mevlut Cavusoglu. De minister van Buitenlandse Zaken erkende de repatriëringsinspanningen, maar wees ook op de bijdrage van vluchtelingen aan de arbeidsmarkt, met name in de landbouw. Hiermee wees hij op de mogelijke schadelijke economische gevolgen van het massaal terugsturen van Syrische vluchtelingen.
Even los van alle politieke retoriek gaat het hier om een complex vraagstuk. Turkije kampt met een massale toestroom van vluchtelingen, niet alleen uit Syrië maar ook uit Afghanistan en andere landen. Ondanks repatriëringsinspanningen blijven er veel meer vluchtelingen in Turkije dan er worden teruggestuurd.
De uitslag van de presidentsverkiezingen op 28 mei en de daaropvolgende aanpak van de vluchtelingensituatie zullen daarom verstrekkende gevolgen hebben voor de EU. Turkije speelt een sleutelrol bij het beheersen van de vluchtelingencrisis die Europa de afgelopen jaren heeft overspoeld. Een verschuiving in het Turkse vluchtelingenbeleid kan tot een nieuwe migratiegolf naar Europa leiden, waardoor het beheer van de vluchtelingensituatie door de EU zelf op de helling komt te staan. De EU kijkt daarom angstig toe, in het besef dat de wind van verandering in Turkije een storm naar de Europese kusten kan brengen.
Kortom, de komende Turkse verkiezingen zijn een beslissende gebeurtenis voor Turkije zelf, voor de vluchtelingen die in het land wonen en voor de aangrenzende Europese Unie. De retoriek rond de vluchtelingensituatie heeft diepe maatschappelijke en politieke tegenstellingen in Turkije blootgelegd, maar de realiteit van de situatie vraagt om een genuanceerde aanpak. Of Turkije een toevluchtsoord blijft voor mensen die oorlog en vervolging ontvluchten of zijn grenzen sluit, hangt af van de uitslag van komende zondag. Ook de EU moet zich voorbereiden op mogelijke veranderingen in de houding van Turkije en strategieën ontwikkelen om doeltreffend te reageren. De storm nadert en het effect ervan zal tot ver buiten de Turkse grenzen voelbaar zijn.