Home Columns Zinloos geweld, zinloze bekeringsijver

Zinloos geweld, zinloze bekeringsijver

Ik wil het hebben over de Slag bij Beverwijk. Nee, dat was geen gewelddadig treffen uit de Tachtigjarige Oorlog tussen de Spanjaarden en de volgelingen van Willem van Oranje, vierhonderd jaar geleden. Dit treffen vond in 1997 plaats, tussen supporters van Ajax en Feyenoord op een weiland aan de A9, in de buurt van Beverwijk. Onder die naam ging deze knokpartij de geschiedenis in.

Het lukte de politie niet om te voorkomen dat de rivalen elkaar te lijf gingen met messen, honkbalknuppels, ijzeren staven, stroomstootwapens, klauwhamers en ander wapentuig. De veldslag leidde tot de dood van Carlo Picornie, een lid van de harde kern van Ajax. Hij overleed ter plekke aan messteken en hersenletsel.

Enkele dagen na deze gewelddadige gebeurtenis, nu ruim vijfentwintig jaar geleden, las ik over een bijzonder christelijk initiatief in Nederland. Mensen zamelden geld in om joden in het verre Israël te kunnen bekeren tot het christendom.

De Joodse gemeenschap waardeert christelijke bekeringspogingen sowieso niet. En met de gewelddadige zondagmiddagactiviteiten van voetbalsupporters in mijn achterhoofd vroeg ik mij destijds meteen af of de kerk over het hoofd zag dat Nederland zelf een heel zinnig zendingsgebied is. Als je toch zo nodig mensen wilt bekeren, doe het dan allereerst in de eigen achtertuin. Bijvoorbeeld op dat grasveldje bij Beverwijk. Daar heb je geen joden en geen Israël voor nodig.

‘Door het bekeren van joden komt de zegen van God over de hele wereld’

Ik schreef hierover een artikel in een van de landelijke christelijke kranten. Onmiddellijk werd ik in een lange brief van repliek gediend door een christelijke dominee. De rabbijn, dat was ik dus, ‘begrijpt er helemaal niets van’, stelde hij. ‘Door het bekeren van joden komt de zegen van God over de hele wereld.’ Ik vroeg mijzelf af: wie is degene die dingen niet begrijpt? Is het de rabbijn, of de misschien toch de dominee?

L’histoire se répète, de geschiedenis herhaalt zich, want recent kwam ik weer zo’n christelijk initiatief tegen. Intussen sluiten steeds meer kerken de deuren. Zelfs binnen de strengere christelijke geloofsgemeenschappen maakt men zich anno 2023 ernstig zorgen over de talloze kinderen die het geloof van hun ouders de rug toekeren.

Maar in mijn brievenbus ligt een uitnodiging voor een dag van bezinning. Georganiseerd door die diezelfde kerkelijke gemeenschap die ook vijfentwintig jaar geleden al joden wilde bekeren. Opnieuw wordt geld ingezameld, zodat de christelijke Bijbel vertaald kan worden in het Hebreeuws, de taal van de joden. Het dopen van joden lijkt wederom belangrijker te zijn dan het overtuigen van de eigen kinderen van de christelijke waarheden, waar ze zo prat op gaan.

Soms zou ik die andersgelovigen wel een spiegel voor willen houden. Zoiets in de trant van ‘dominee blijf bij je leest’.  Anderen proberen te bekeren, terwijl je je eigen winkeltje langzaam failliet ziet gaan, dat werkt niet.

Maar ik heb het allang opgegeven deze christelijke leiders te proberen te overtuigen van mijn gelijk. Ook 2023 jaar na Jezus Christus zijn er nog steeds christelijke medeburgers die maar niet van het onzalige geloof af te brengen zijn dat het bekeren van joden een zinvolle bezigheid is.

Ze gaan hun gang maar. Die gesloten kerkdeuren en hun eigen dwalende jeugd zouden voldoende spiegel moeten zijn.

In plaats van elkaar van het eigen gelijk te overtuigen, zouden gelovigen beter samen kunnen optrekken in onze seculiere samenleving. Het geloof in de Almachtige, of dat nu beleden wordt door joden, christenen of moslims, is de boodschap die de wereld om ons heen zou moeten horen om het allemaal een beetje leefbaar te houden. Met of zonder rellende voetbalsupporters, of ander maatschappelijk ongerief.