Home Samenleving ‘We waren hevig op zoek naar helden’

‘We waren hevig op zoek naar helden’

Foto: Hilton Teper
‘We wilden mijlpalen behalen, je moet het zien als een vroege vorm van zwart activisme in Nederland’, zegt Guilly Koster over zijn jeugdjaren in de Bijlmer. Koster en andere Bijlmer-bewoners kraakten huizen en deden in Hilversum hun beklag over het gebrek aan zwarte vertegenwoordigers op tv.

Vijftig jaar geleden werden de eerste huizen gebouwd in de Amsterdamse wijk de Bijlmer. Bijlmer-bewoners van het eerste uur Guilly Koster en Harman Sordam grepen dit jubileum aan om een theatervoorstelling te maken over de Bijlmer. De voorstelling Baarmoeder van beton vertelt hoe de eerste generatie Surinaamse Nederlanders opgroeiden in de wijk. De Kanttekening was aanwezig bij één van de eerste uitvoeringen van de voorstelling onlangs in het Bijlmer Parktheater.

De zaal is volledig afgeladen. Oude bekenden groeten elkaar terwijl bezoekers hun plekje zoeken. Muziek klinkt al zachtjes door de zaal. De voorstelling begint in 1975. De Surinaamse onafhankelijkheid, die al een paar jaar in de lucht hangt, komt tot werkelijkheid. Een periode van grote politieke chaos volgt. Veel Surinamers verlaten in die periode het land, hopend op een betere toekomst in Nederland. De woningnood is hoog, de eerste Surinaamse Nederlanders zitten hutjemutje in slechte panden in het centrum. Zwart-wit-beelden uit die tijd op een groot scherm illustreren deze periode.

In die tijd is kraken onder autochtonen een bekend fenomeen. ‘Dat kunnen wij ook, dachten we’, vertelt Koster tijdens de voorstelling in het Bijlmer Parktheater. De nieuwbouwwijk de Bijlmer (of Bijlmermeer) was toen in aanbouw. ‘Het was wachten tot het donker werd, dan ging je naar boven, die flats binnen. Eéntje op de uitkijk, de rest de trap op. Bovenraampje openen, raam ontgrendelen, naar binnen en een stoel neerzetten. Dan was aangetoond dat je er woonde en moest er een enorm juridisch traject worden opgestart om je eruit te krijgen.’ De voorstelling vertelt hoe de wijk langzaam uitgroeide tot een wijk met veel gemeenschapszin, waarbij mensen die het moeilijk hebben een extra duwtje in de rug krijgen. Eén van de mensen die in die tijd anderen op sleeptouw nam was Just Maatrijk. ‘Een belangrijke man die veel heeft betekend voor de gemeenschap, hij verdient een standbeeld’, vindt Koster.

Mijlpalen
Koster vertelt dat hij zich samen met vrienden inzette voor de emancipatie van de bewoners. ‘We noemden onszelf de Milestones’, legt Koster uit. ‘We wilden mijlpalen behalen, je moet het zien als een vroege vorm van zwart activisme in Nederland.’ Harman Sordam: ‘De 24-uurs-economie is in de Bijlmer begonnen, in de Gliphoeveflat, je kon er alles krijgen en de bar was altijd open.’

Bezoeker Joan de Vries herinnert zich vooral de gezelligheid. Inmiddels woont ze al dertig jaar in Diemen, maar ze is nog elke dag in haar oude wijk te vinden. ‘We waren in die begintijd één grote familie, we pasten op elkaars kinderen, we aten samen. In het centrum werden Surinaamse Nederlanders regelmatig in uitgaansgelegenheden geweigerd, daarom vermaakten we ons in onze eigen wijk.’

Ongeveer honderd flats in de Bijlmer werden door Surinaamse Nederlanders gekraakt, wat de wijk tot een Surinaamse enclave maakte.

‘In die tijd luidde wonen in de Bijlmer nog een belofte in’, zegt Koster. ‘Het stond voor ‘het nieuwe wonen’. Veel groen, autoluw en alle ruimte voor de kinderen.’ Voor de emancipatie van Surinaamse, of in bredere zin, zwarte Nederlanders was volgens Koster belangrijk vertegenwoordiging te zoeken. Tussen twee liedjes door vertelt Koster dat vanuit de Bijlmer een delegatie van de Milestones op bezoek ging in Hilversum. ‘Waarom draaien jullie zo weinig zwarte muziek, vroegen we daar.’ Bij de VPRO krijgt Koster een eigen muziekprogramma en wordt zo een pionier. Wederom is er een mijlpaal gehaald. ‘Maar we waren nog niet klaar natuurlijk. We wilden onszelf terugzien op televisie! Dus gingen we weer naar Hilversum.’ Dit keer krijgen de activisten geen voet tussen de deur. Daarop besluit Koster een programma via de lokale zender te gaan maken: Colorbox, een talkshow van dertig minuten. Niet veel later krijgt hij alsnog een aanbod van de VPRO om vijfendertig programma’s te maken. ‘Dat werd Bij Lobith, het eerste zwarte televisieprogramma van Nederland. We haalden gewoon onze eigen helden naar de show!’

Foto: Guilly Koster

Toen en nu
Tegen het einde van de voorstelling noemt Koster een lange lijst mensen op die geboren zijn in de wijk of er iets voor hebben betekend. ‘Eer onze helden, laat onze helden leven!’ Het publiek, dat de hele avond al wordt betrokken bij de show, wordt opgeroepen namen te roepen. ‘We hadden geen helden, we waren hevig op zoek naar helden. Ik herinner me dat we na een concert in de stad nog uren over de muziek van Bob Marley filosofeerden.’

Sordam: ‘Veel meer mensen nemen tegenwoordig verantwoordelijkheid. De discussie rond Zwarte Piet is daar een voorbeeld van. Vroeger werd er meer afgewacht, dat was echt nog de erfenis van de kolonisatie.’ Hij noemt de invloed van mensen als de Soledad Brothers en Angela Davis, strijders voor de burgerrechten van Afro-Amerikanen in de Verenigde Staten.

Caitlin Schaap zingt tijdens de voorstelling mee met Koster en Sordam, maar heeft ook een eigen gedeelte in de voorstelling. Hoe kijkt zij, als iemand van een jongere generatie, aan tegen de veranderingen in de afgelopen decennia in de wijk? ‘Als gast van de Bijlmer heb ik me altijd welkom gevoeld. Daarom vind ik de titel Baarmoeder van beton ook zo treffend. Ik ben blij om te zien dat er langzaam maar zeker veranderingen plaatsvinden in de levens van bewoners. Toch denk ik dat er veel ruimte is voor verbetering. De discrepantie tussen beleid en bewoners is nog te groot.’

Schaap studeert momenteel af aan het conservatorium als zangeres. Daarnaast speelt ze percussie, waaronder bata’s, drums uit de Yoruba-cultuur. Deze traditionele instrumenten uit West-Afrika namen de Afrikaanse slaven tijdens de trans-Atlantische slavernij mee naar Zuid-Amerika. ‘Het overdragen van kennis is belangrijk. Als jongeren zich niet kunnen identificeren met wat ze op school leren en wat in de geschiedenisboeken staat geschreven, is het belangrijk daar iets tegenover te zetten. Dat doen we natuurlijk ook met deze voorstelling. Dit stuk draagt bij aan het overdragen van geschiedenis.’

Sordam is optimistisch over de toekomst. Tijdens de voorstelling vertelt zijn oude vriend Koster over een klein jongetje dat hem had gezien op televisie. ‘Hij wees naar me en zei ‘ik wil jou zijn, later’.’