‘Iedereen heeft thuis, los van elkaar, besloten naar Santiago te lopen. Op de route ontmoeten ze elkaar, dat schept een band.’ Onze correspondent Sara-May Leeflang doet verslag vanuit Santiago de Compostela.
Vele wegen leiden niet alleen naar Rome, maar ook naar Santiago de Compostela in Noordwest-Spanje. Vanuit de omliggende landen wandelen al vanaf de negende eeuw pelgrims naar het graf van de apostel Jacobus. Hoewel het aantal christenen daalt is de Camino naar het kathedraal populairder dan ooit. Sinds de laatste tien tot vijftien jaar heeft het eeuwenoude heilige wandelpad enorm aan populariteit gewonnen. Reeds verschenen bekende boeken en films zoals The way (2010) met Charlie Sheen heeft het grote publiek sinds tientallen jaren naar Santiago getrokken. Al was het pad eeuwen geleden ook al populair. De pelgrim van de middeleeuwen ging naar Jeruzalem of Rome, maar daarna was de weg naar Santiago de Compostela aan de beurt.
Het pelgrimspad naar Santiago ontstond in de negende eeuw toen duidelijk werd dat Jacobus, één van Jezus apostelen hier begraven lag. Gedacht wordt dat Jacobus rond 44 na Christus is onthoofd door koning Herodes in Jeruzalem. Het verhaal gaat dat zijn volgelingen stiekem zijn lichaam naar Spanje hebben verscheept om hem daar te begraven. Toen dit feit in de toenmalige wereld bekend werd kwam de pelgrimage op gang rond de twaalfde eeuw en is één van de drukst bewandelde paden geworden.
Toen de populariteit steeg werden er in de middeleeuwen maatregelen genomen om op veel fronten de pelgrim te ondersteunen. Zo werd er een heilige orde opgezet om de pelgrims te beschermen. Want er waren genoeg struikrovers en bandieten die het op de arme eenzame pelgrim gemunt hadden. Beroemde bruggen werden aangelegd zoals de bekende brug in Puente La Reina door de koningin Muniadona om het de pelgrim gemakkelijk te maken. Kleine Spaanse steden verschenen langs de route om het publiek te voorzien in alles wat nodig was. Maar ook vele ziekenhuizen werden in de twaalfde eeuw uit de grond gestampt omdat ziekten en verzwakking veel voorkwamen. Sommige pelgrims moesten het zelfs met de dood bekopen. De plek Santo Domingo de la Calzada is bijvoorbeeld gesticht door de heilige Domingo die als pelgrim zijn leven in dienst stelde van zijn zielsgenoten door het bouwen van een ziekenhuis. De pelgrim leefde voornamelijk op wijn en brood. De motieven van de middeleeuwse pelgrim waren van verschillende aard. De één deed het uit vroomheid, de ander voor het avontuur en sommigen veinsde vroomheid om zo te ontsnappen aan het saaie dagelijkse leven. Anderen werden ook veroordeeld door zowel kerkelijk als wereldlijke rechtbanken om als boetedoening deze route te lopen.
Je bent een pelgrim op het moment dat je je eigen deur uitstapt met als enige bedoeling de kathedraal in Santiago te bezoeken. Maar de vele wegen in heel Europa komen uiteindelijk samen in een aantal hoofdaders waarvan de bekendste de zogeheten ‘Franse route’ is, de Camino des Frances. In de twaalfde eeuw schreef de avonturier Picaud een gids met alle voornaamste routes. De Franse route werd de populairste. Deze begint in het zuidelijke plaatsje in Frankrijk Saint Jean Pied du Port en loopt over de groene Pyreneeën naar Pamplona, door de wijnvelden van Rioja, door de droge uitgestrekte velden van de Meseta, door grote stedelijke knooppunten als Burgos en Leon en eindigt 791 kilometer verderop in Santiago. Degene die nog tijd over heeft plakt er nog drie dagen naar Finisterre achteraan. Wat ook wel ‘het einde van de wereld’ wordt genoemd. Hier geldt de traditie om de kleren die men tijdens de pelgrimage aan heeft gehad te verbranden. Op de klif van Finisterre kan de pelgrim de tocht nog eens overpeinzen.
De moderne pelgrim heeft het heel wat makkelijker dan zijn middeleeuwse voorganger. Zo zijn er driegangenmaaltijden voor tien euro. Wie niet in een herberg wil slapen en het kan betalen, boekt een comfortabel hotel voor onderweg. Ook kan gewoon de rugzak naar de bestemming worden gestuurd, zodat het dragen van zware spullen niet eens meer hoeft. De moderne pelgrim heeft zijn kleren, schoenen en attributen zorgvuldig uitgekozen om voor niet al teveel onaangename verrassingen te komen staan. Toch zijn blaren, broze knieën en pijnlijke schouders niet te voorkomen onderweg.
Jack (56) uit de Verenigde Staten kreeg na de eerste dag een grote blaar aan de onderkant van zijn voet. ‘Mijn voeten zijn mijn zwakke punt, dus ik heb een blaarkit mee.’ Na acht dagen is zijn blaar zo goed als genezen. Met precisie legt hij uit hoe dat gebeurd is. Alsof het een speciale tak van chirurgie is. Vele pelgrims kampen met lichamelijk ongemak. Je ziet menig pelgrim onderweg mank lopen.
Daarom adviseert John (62), oud-pelgrim uit de Verenigde Staten en vrijwilliger bij het pelgrim informatiepunt, alle pelgrims om het wandelen rustig op te bouwen. ‘Mensen willen veel te snel lopen, doen meer dan ze aankunnen en dit eindigt soms in zware blessures. Soms zo erg dat ze de tocht moeten staken. Dus adviseer ik: doe het rustig aan in het begin. Vooral omdat de eerste etappe van Saint Jean Pied du Port heftig begint. De pilgrims moeten de eerste dag twaalfhonderd meter klimmen.’
Wat drijft de moderne pelgrim toch tot deze beproevingen? Ravi (29) uit Ierland is dierenarts. Zij heeft haar vorige baan opgegeven, omdat ze de druk niet meer aankon. ‘Het werk is zwaar en emotioneel. Ik wist niet of ik dit beroep nog wel kon beoefenen. Ik wil een break uit de realiteit en even iets anders doen. Gewoon lopen, verstand op nul en gaan.’ Ravi 1,80 loopt met grote snelle passen vooruit. Het gaat haar niet om een spiritueel doel. ‘Ik wil gewoon lopen dat is alles. In november begin ik met mijn nieuwe baan, weer als dierenarts. Ik hoop dat deze pauze mij weer genoeg kracht geeft in het beroep.’
Volgens Trevor (32) IT’er uit Taiwan lopen veel mensen de Camino omdat ze gewoon een break willen. ‘Mensen moeten belangrijke keuzes maken in hun leven en willen er gewoon even uit. Ik denk dat dit de voornaamste reden is. Trevor wilt naar eigen zeggen gewoon lol hebben. Het leek me leuk om te doen. Al is ook zijn zus twee maanden geleden aan longkanker overleden. En langzaam komen er meer diepgaande gedachten uit zijn mond. ‘Na haar dood kwam ze me opzoeken. Ik voelde dat ze in mijn kamer stond. Mensen beschikken over een zesde zintuig. Ik zwaaide niet, omdat ze dan weet dat ze kan loslaten. Deze aardse wereld kan verlaten.’
Pelgrims zijn er in alle soorten en maten. Zuid-Koreanen en Australiërs lijken deze maand oververtegenwoordigd. Soms komen ze in grote groepen voorbij. Er zijn wel degelijk ook nog pelgrims die deze tocht lopen om hun band met God te verduidelijken. Ottmar (52) uit Zwitserland is theoloog en loopt de Camino voor de tweede keer. Het eerste deel heeft hij van het middenstuk Pamplona tot aan de kust Finisterre gelopen. Nu loopt hij het eerste deel van Frankrijk tot Pamplona. Hij is christen en gelooft in God. Zelf is hij ook in een geloofscrisis terechtgekomen. ‘God is niet altijd bij je. Hij is er niet altijd wanneer je dat wil. Soms lijkt hij er helemaal niet te zijn. En dan wordt geloof belangrijk. Ik heb moeten leren, dat God er op die momenten nog steeds is. Ook al voel je hem op dat moment niet.’
Volgens Ottmar lopen veel mensen de Camino omdat ze op zoek zijn naar antwoorden. Volgens hem wordt de tocht meestal na twee weken religieus van aard. ‘Na twee weken gebeurt er wat met je. Komt er ruimte voor innerlijke verstilling en ontdekken mensen dat ze deel uitmaken van een groter plan. Want dat is wat iedereen wil. Het leven an sich lijkt soms erg zinloos, dus zijn mensen op zoek naar meer. Een diepere dimensie die verder gaat dan het eigen dagelijkse leven. Waardoor mensen zich nietig voelen.’
Ook de Zweedse ingenieur Kristoffer (50) kan daarover meepraten. Hij is ook christen maar is al paar keer van richting veranderd. ‘Ik ben nog op zoek naar een vorm van het geloof die bij me past. Ik weet het soms allemaal even niet. Ik ben op zoek naar meer. Iets dat groter is dan mijzelf. Ik ben gestopt met mijn baan, ik kan daar zo terugkomen. Maar ik heb zoveel stress ervaren dat ik een pauze nodig heb om uit te vinden wat ik wil. Ik wil tijdens deze tocht niet bewust zoeken naar een antwoord. Ik geloof ergens dat er een moment komt wanneer er duidelijkheid komt in wat ik wil en welke richting ik in zal slaan.’
Ad (65), een gepensioneerde uit Amersfoort, gaat voor het eerst alleen op reis en loopt dan ook nog eens de Camino. ‘Ik kom uit een calvinistisch nest. Voor het eerst ben ik nieuwsgierig naar de katholieke kathedralen en de verhalen die zij vertellen. Dat is allemaal nieuw voor mij. Ik heb me daar altijd tegen afgezet.’ Maar het gaat Ad niet alleen om religie. Het is vooral een tocht om zichzelf tegen te komen. ‘Ik ben nooit alleen op reis geweest. Gewoon omdat het er nooit van is gekomen.’ Het is voor Ad een uitdaging om te weten te komen waar zijn grenzen liggen en hoe hij problemen zal gaan oplossen, omdat hij naar eigen zeggen nogal chaotisch kan zijn.
Heinrich en An uit Beieren lopen de tocht juist uit dankbaarheid. Ze zijn vanaf thuis begonnen vanuit een dorpje honderd kilometer vanaf München. ‘Wij zijn dankbaar voor ons leven. We hebben vier mooie kinderen groot gebracht. We zijn niet arm. We zijn niet rijk. We zijn nu nog in goede gezondheid om de Camino te lopen.’ Alleen is het voor Heinrich en An niet altijd makkelijk. Ze spreken alleen maar Duits. De Franse Veronique (64) die vier talen spreekt loopt daarom al twee weken met hen mee. ‘Dit is mijn Camino geworden, om deze twee prachtige mensen te helpen.’ Veronique stopt in Saint Jean Pied du Port, dus daarna moeten ze het weer zelf doen.
Ook Jean (66), gepensioneerde uit België, loopt de tocht uit dankbaarheid. ‘Dertig jaar geleden werd er bij mij kanker geconstateerd. Ik wist niet of ik het zou overleven en had destijds twee kleine kinderen. Ik bad elke dag dat ik nog een paar jaar extra mocht blijven leven. Inmiddels ben ik 66 en zijn mijn kinderen volwassen. Ze hebben een leven met een vader gehad. Als ik nu morgen dood zou neer vallen, dan heb ik in ieder geval mijn taak volbracht. Al wil ik nog wel jaren mee.’ Volgens Jean is de Camino eigenlijk de echte manier van leven. ‘Wat ons allemaal wordt aangeleerd in de westerse maatschappij, twaalf uur per dag werken, een pensioen opbouwen. Het is allemaal eigenlijk onzin. In het ritme van de natuur leven, dat is wat het leven is. Met mensen over het leven praten zonder vermommingen.’
De redenen van de pelgrims zijn divers. Vele eind dertigers en veertigers lopen het pad omdat ze niet tevreden zijn met hun baan en iets anders willen. Liam (42) uit Ierland is timmerman, Hij vindt dit geen leuke wereld. ‘De meeste collega’s zijn echt van die alfamannetjes. Ik voel me daar niet in thuis.’ Daarbij komt dat Liam ruim tweeëntwintig jaar verslaafd was aan marijuana. ‘Ik ben nu negen maanden clean. En langzaam vallen de puzzelstukjes op hun plek. Ik ontdek nu pas eigenlijk echt de dingen waar ik echt gelukkig van wordt. In plaats van wat anderen van mij verlangen.’ Wat Liam vooral mooi vindt is dat men op de Camino eerlijk communiceert over elkaars kwetsbaarheden. ‘Er komt altijd wel de vraag: waarom loop jij de Camino? Mensen zijn hier naakter, opener, dat voelt heel prettig.’
Pelgrims lopen alleen, met familie, met vrienden of er ontstaan nieuwe groepjes onderweg. Toch zijn er velen die alleen willen lopen. Zoals de militair George (31) uit Litouwen. ‘Dan heb ik de tijd voor mezelf. Als ik elke avond op een bestemming aankom vind ik het leuk om met mensen te praten en te socializen.’ Jack geeft hem gelijk. ‘Ik heb thuis een vrouw, met vier kinderen en vijf kleinkinderen. Ik heb nooit rust. Er zijn altijd wel mensen om me heen. En deze tocht is ideaal om de stilte te ontdekken.’
Maar omdat het zo druk is onderweg ontstaat er een wedstrijd wie het eerste bij de goedkope herbergen aankomt waar je niet kan reserveren. Kyle (66), geboren in Canada, zal niet voor een tweede keer de Camino lopen. ‘Het is zo druk dat ik me eraan erger. Ik woon nu in Australië en daar kan je dagen door het bos lopen zonder dat je iemand tegenkomt. Ook loop je hier op stukken weg. Het is dat ik ben begonnen, maar ik zou het niet nog een keer doen.’
Toch lijkt de binding met de andere pelgrims voor velen een belangrijk nevendoel te zijn. Mari (39) uit Mexico voelde zich terneergeslagen omdat ze met haar baan gestopt was in personeelszaken. Totdat ze hier allemaal andere mensen ontmoette die met hun baan waren gestopt. ‘Opeens was het niet meer raar en erg.’
Michael (28), afgestudeerd in filosofie, ziet dat iedereen een persoonlijk doel heeft; iets wil veranderen in zijn of haar leven. Maar omdat de pelgrims samenkomen, en er een zekere verhouding ontstaat is er ook een collectief doel. ‘Dat collectieve doel overstijgt het persoonlijke doel. Iedereen heeft thuis, los van elkaar, besloten naar Santiago te lopen. Op de route ontmoeten ze elkaar, dat schept een band.’ Volgens Michael kan je de Camino ook zien als een zomerkamp voor ouderen. ‘Velen zijn een paar weken vrij en lopen dan een stukje en er zijn zoveel mensen die talloze keren hebben gelopen. Het pad is voor oudere mensen een prachtige tijdsbesteding. Je zit in de natuur, je bent sportief bezig, ontmoet mooie mensen en deelt elkaars verhaal.’
Het op zoek zijn naar een verandering in het leven. Op zoek zijn naar iets anders lijkt toch wel de voornaamste reden van de moderne pelgrim. Wat dat anders is: een ander pad in het leven inslaan, of een diepere dimensie voelen, of aanhaken bij een groter plan. Dat laat zich hopelijk als visioen aan de pelgrim verschijnen in de warme uitgestrekte droogte van de Meseta. Of wanneer hij bij de hoge kliffen van kaap Finisterre staat en uitkijkt over de Atlantische oceaan. In de verte ligt daar dan misschien wel een warme toekomst op hem te wachten.