‘Mensen zijn op zoek naar een beter leven en willen een goede toekomst voor hun kinderen.’
Reizend door Armenië is het lastig voor te stellen dat Armeniërs er weg willen. Het mystieke, bergachtige landschap heeft voor een reiziger veel te bieden; dromerige dorpjes in valleien, de heuvelachtige, groene en vruchtbare wijngebieden en de booming historische hoofdstad Jerevan maken Armenië zeer aantrekkelijk als reisland. Dit land, dat op cultuurhistorisch gebied zoveel te bieden heeft en vol natuurschoon zit, heeft daarentegen moeite met het creëren van economische kansen voor zijn inwoners.
In dat perspectief is de situatie in Armenië dus wat minder dromerig. Volgens het rapport Single support framework for EU support in Armenia van de Europese Commissie lag het bruto binnenlands product (bbp) in 2016 per persoon jaarlijks op iets meer dan drieduizend euro. Armenië heeft drie miljoen inwoners en een lange geschiedenis van emigratie. De grootste Armeense gemeenschap woont in Rusland maar een klein deel is ook over andere delen van de wereld verspreid, zoals Europa en de Verenigde Staten. Het geld dat zij terug naar huis sturen maakte in 2015 16,1 procent uit van het bbp. Het werkloosheidspercentage schommelt de laatste jaren tussen zestien en negentien procent. Volgens vrouwenorganisaties zoals Women Rights Center krijgen vrouwen aanzienlijk minder betaald. De economische situatie stagneerde volgens het rapport de afgelopen jaren. Dit valt voornamelijk te wijten aan de economische crisis in Rusland en structurele uitdagingen in het land zelf. Het conflict met buurland Azerbeidzjan om de regio Nagorno-Karabach vergt zowel economisch als maatschappelijk veel. Sinds het conflict in 1988 zijn namelijk de grenzen met Turkije en Azerbeidzjan gesloten en is er sprake van een beperkt isolement.
Liana (32), een actrice uit Jerevan, beaamt dat het moeilijk is om een baan te vinden. ‘Voor oude mensen en mensen die geen Engels spreken is het extreem moeilijk. Voor jonge mensen is het ook niet makkelijk, maar zij maken toch wel meer kans.’ Volgens Liana is de werkloosheid niet extreem, maar toch nog wel aan de hoge kant. Liana kent veel mensen die willen emigreren naar Europa, Rusland of de VS. ‘Voornamelijk vanwege de sociaaleconomische omstandigheden. Mensen zijn op zoek naar een beter leven en willen een goede toekomst voor hun kinderen.’ Liana zou zelf ook wel willen emigreren als het erop aan zou komen. ‘Als ik een baan krijg aangeboden in een ander land, zou ik deze kans zeker pakken. Dat is niet vanwege het andere land, maar om het werk.’ Toch heeft ze zelf nooit echt overwogen om te emigreren. ‘Ik zit hier goed in Jerevan, er is genoeg werk te vinden in mijn vakgebied. Hier zijn mijn vrienden en familie, dus ik hoef niet weg.’ Volgens Liana emigreren mensen voorgoed. ‘Vaak komen ze alleen terug tijdens de vakanties en voor familiebezoekjes.’
Emigratie is een bekend fenomeen voor de Armenen. In 1988, na een verwoestende aardbeving in het noorden van het land, escaleerde tegelijkertijd ook een gewapend conflict in het gebied Nagorno-Karabach. Een grote migratiegolf kwam op gang. Met de val van de Sovjet-Unie in 1991 werd Armenië van de ene op de andere dag onafhankelijk en dit bracht economisch gezien een grote klap teweeg. Bijna een miljoen mensen emigreerden, met name naar Rusland. Armen (55), oprichter van een ecologische ngo ‘de Ark’ in Kapan, zegt het volgende: ‘Na de onafhankelijkheid emigreerden ontzettend veel mensen, maar na 2001, toen de economische situatie beter werd, werd de uitloop van Armenen minder.’ Volgens Armen emigreren nog steeds mensen omdat ze te ongeduldig zijn. ‘Mensen willen meteen veranderingen zien. Ze moeten begrijpen dat wat verwoest is in twintig jaar, niet opeens in een paar maanden opgebouwd kan worden.’ Volgens Armen is het aantal mensen dat terug is gekomen wel gestegen de afgelopen jaren. ‘Maar het is nog niet het aantal dat het moet zijn.’
Volgens het rapport van de Europese Commissie verschilt de werkloosheid geografisch gezien substantieel. Zo lag in 2015 het werkloosheidspercentage in de hoofdstad Jerevan op 25,9 procent, maar in andere stedelijke gebieden liep het op tot bijna veertig procent. De grote uitdagingen voor het land zijn duidelijk, namelijk het bestrijden van werkloosheid en armoede, die in 2015 zo’n dertig procent van de bevolking hadden getroffen. En dus was emigreren voor velen een uitweg. Zo emigreerde volgens de Europese Commissie van 2011 tot en met 2016 jaarlijks ongeveer één procent van de bevolking.
Adam (30) is journalist en komt oorspronkelijk uit de voormalige hoofdstad Shusha in het conflictgebied Nagorno-Karabach (NGK). Hij woont sinds acht jaar in Sint-Petersburg in Rusland. ‘Mijn toekomst ligt nu in Rusland. Mensen in NGK zijn conservatief, ik kan me niet vinden in hun mentaliteit.’ Adam komt af en toe terug voor een reportage voor zijn werk of om familie en vrienden te bezoeken. Volgens Adam willen veel mensen emigreren. ‘Veel mensen willen weg hier, het liefst naar Rusland of Europa. Er is bijna geen werk en het conflict met Azerbeidzjan heeft een zeer negatieve invloed op hun leven.’
Davit (24) uit Jerevan, bijna afgestudeerd als tandarts, is het met Adam eens. ‘Het territoriale conflict drukt een stempel op de samenleving, ook al is het alleen bij de grens onrustig. Er was een wapenstilstand van 1994 tot en met tweeënhalf jaar geleden en toen was de situatie redelijk stabiel. Maar in april 2016 brak er weer vier dagen oorlog uit en sneuvelden honderd Armeense soldaten. Sindsdien is het erg onrustig aan de grens en wordt er elke dag wel geschoten. Als het escaleert, kan er elk moment weer een oorlog uitbreken. En ik moet dan als tandarts naar de grens toe om te helpen. Het is niet veilig om in een land te leven dat op de rand van oorlog leeft, ook al is de grens ver van ons vandaan.’
Davit zucht wanneer hij denkt aan de toekomst van zijn land. ‘Iedereen denkt dat de emigratie minder wordt, maar dat weet ik nog zo net niet. Misschien is het ietsjes minder, maar niet veel. Een student heeft het makkelijk. Ik studeer aan de beste universiteit van Armenië in Jerevan, maar dat is betrekkelijk. Mensen uit heel de wereld komen hierheen, uit Rusland, uit India.’ Maar over het niveau is Davit niet tevreden. ‘Dat is op mijn universiteit niet al te hoog, dus moet je je voorstellen hoe het op andere universiteiten moet zijn. In veel studierichtingen hebben we geen hoog gekwalificeerde mensen. Ook in de regering niet, omdat zij geen hoog salaris geven. In de zakenwereld wel, want die kunnen hoog gekwalificeerde mensen betalen.’ Over zijn eigen toekomst is hij niet zo zeker. Er studeren elk jaar vijfhonderd tandartsen af. ‘Die komen allemaal naar Jerevan, want hier woont de helft van de bevolking. Maar er is helemaal geen vraag naar zo veel tandartsen. Ik denk er wel aan om te emigreren, het liefst naar Frankrijk of België, omdat ik ook Frans spreek.’ Volgens Davit gaan de meeste mensen naar Rusland, maar zelf zou hij daar niet heen willen. ‘Ik ben het niet eens met het politieke systeem en daarbij is de levensstandaard lager wanneer je dat vergelijkt met Europa.’ Volgens Davit kan niet iedereen emigreren. ‘Dat is niet zo simpel. Als ik bijvoorbeeld geen tandarts zou zijn, zou ik niet emigreren, omdat ik niet zou weten wat ik zou moeten doen. Ik wil niet naar een ander land gaan en mijn hand ophouden. Ik wil werken, geld verdienen en me nuttig maken voor het land waar ik woon en werk. Misschien dat ik dan een keer terug zou komen wanneer ik oud ben.’
Minister-president Nikol Pasjinian kondigde een paar dagen geleden in een interview met Euronews nog aan dat het voor Armenië tijd is de politieke revolutie te transformeren in een economische. Pasjinian kwam mei vorig jaar aan de macht nadat er weken massale protesten waren geweest tegen corruptie in de politiek. Pasjinian zegt in dit interview armoede te willen tegengaan door microfinanciering te introduceren. ‘We zullen mensen motiveren om zakelijke activiteiten op te zetten om zo armoede, het grootste probleem in ons land, te tackelen.’
Davit: ‘Sinds de revolutie in 2018 is het complete politieke bestel veranderd. Iedereen van de oude stempel die blindelings de Russen volgde, is nu vervangen door een onafhankelijke regering, ook het parlement. En er is een nieuwe president. Mensen zijn hoopvol, de vorige regering was zo corrupt. Alles hing toen af van Poetin. Mensen denken dat alles gaat veranderen, maar of dat echt zo is, moeten we nog maar zien. Het is nog steeds hetzelfde land. We zijn geen rijk land, maar misschien gaat dat wel veranderen.’