Home Columns Het beloofde land

Het beloofde land

G’d belooft het land aan Abraham. Die belofte wordt nog eens herhaald tegenover zijn zoon Izaäk en voor een derde keer aan kleinzoon Jacob. Zo staat het in de Thora. Het is ‘Het Beloofde Land’. De Eeuwige zegt ons daarbij iets toe. Maar Hij vraagt daar wel wat voor terug. En dat is een eeuwigdurende gehoorzaamheid. Een volgzaamheid die zich uit in het naleven van zijn ge- en verboden. Kortom, de Jood dient te leven volgens datgene wat de Thora voorschrijft.

Iets anders kunnen we er in het Jodendom niet van maken.

Met die belofte zijn de aartsvaders en hun nakomelingen de geschiedenis in gegaan. Na vierhonderd jaar slavernij verliet het Joodse volk Egypte op weg naar dat Beloofde Land. Eenmaal in het land ontstaan de Joodse koninkrijken. Om G’d te dienen zoals het in diezelfde Thora staat beschreven, bouwden de Israëlieten tempels. Maar door ontrouw van onze kant tegenover G’d werden deze weer verwoest. Er volgden ballingschappen, waarvan de laatste nu al meer dan twintig eeuwen duurt.

Tijdens al die eeuwen van diaspora wisten de nakomelingen van Abraham, Izaäk en Jacob vast te houden aan een verder leven volgens de Thora, ondanks de ontrouw die leidde tot het gedwongen vertrek uit het Beloofde Land. Ze leefden volgens de regels van het Jodendom.

Op dezelfde manier zoals kerkelijk Europa religieus een grote erosie doormaakt vanwege de vrijdenkerij, zo gebeurt dat ook aan de randen van het Jodendom. De oorspronkelijke gebondenheid aan het woord van de profeten, die spreken over de komst van een Verlosser en een terugkeer naar het Beloofde Land, wordt binnen Joodse vrijdenkende kringen afgedaan als middeleeuws en onzinnig.

‘Was de belover misschien Theodor Herzl?’

G’ddank bleef het Thora-Jodendom, met haar hoop en toekomstverwachtingen, toch behouden. Als devote stroming tegen de secularisatie in, ontstond het chassidisme. Een religieuze beweging die zich massaal over Centraal en Oost-Europa uitstrekte. Ook ontstonden er grootse Talmoedcentra, die als antwoord op de secularisatie en emancipatie als paddenstoelen uit de grond schoten.

Met excuses voor de lezer, maar dit korte historisch verslag heb ik nodig om de zesdelige documentaire Het Beloofde Land te duiden, die onlangs op de Nederlandse televisie werd uitgezonden. Die serie leverde behalve kijkcijfers (ongeveer vierhonderdduizend per aflevering) niets op. Op geen enkele manier is duidelijk geworden wat nu dat Beloofde Land is. Voor mij staat de term ’beloofde’ voor dat de Eeuwige het land ooit aan mij als Jood heeft beloofd. Weliswaar onder voorbehoud dat ik gehoorzaam aan Hem zal zijn.

Maar hoe dan ook, voor bijna iedereen in de serie bleek die Belover helemaal niet te bestaan. En toch het Beloofde Land?  Was voor hen de belover misschien Theodor Herzl, de volstrekt niet-gelovige geassimileerde Jood uit Wenen, die bedacht dat er een Jodenstaat moest komen? Was het de Britse minister lord Arthur James Balfour die in 1917 schoorvoetend toegaf dat er een Joodse Staat mocht komen? Is het die huidige Israëlische minister-president Benjamin Netanyahu die ook nog weleens iets belooft aan zijn burgers?

De afgelopen driehonderd jaar keerden veel Joden zich af van G’d. Ze gingen met hun rug naar iedere religieuze toekomstverwachting van terugkeer naar het Heilige Land en Verlossing staan. Het waren juist de volgelingen van dat chassidisme en de grote religieuze leerscholen die – in afwachting van het inlossen door G’d van die belofte aan Abraham – zich daar alvast gingen vestigen. Zij vormen, tot vandaag de dag, de ruggengraat van het echte Beloofde Land. Maar zij kwamen niet voor in de documentaire.

Ja, er was Danja, die ene religieuze dame die wel aan het woord kwam. Maar ook haar band met een G’ddelijke belofte over het land waar zij haar thuis heeft gevonden kwam niet uit de verf. Als zij haar Joodse huwelijkspartner in Nederland had gevonden was zij waarschijnlijk nooit in dat Beloofde Land gaan wonen, vertelde ze.

De documentaire was een deceptie, een incomplete voorstelling van zaken. Dit kwam niet voort uit boosaardigheid, maar uit een onacceptabel gebrek aan kennis over het Jodendom.

Overigens, als het Beloofde Land vanuit religieus perspectief was benaderd, dan was er misschien ook meer ruimte geweest voor een toekomstvisie van vrede en welvarendheid voor iedereen die daar tussen de landsgrenzen zijn of haar bestaan weet. Want een Beloofd Land is een plek voor iedereen. Ook dat is een onderdeel van die belofte.