Home Columns We staan op een kruispunt: accepteren we islamofobie of niet?

We staan op een kruispunt: accepteren we islamofobie of niet?

Terwijl ik bezig was met het opnemen van mijn verhaal en ervaringen over islamhaat en polarisatie in Nederland voor een NTR-programma, kreeg ik steeds meer berichten in mijn mailbox over de mishandeling van een Turkse-Nederlandse tweeëntachtigjarige vrouw in Den Haag. Volgens de berichten zou ze door haar racistische buurvrouw in elkaar zijn geslagen. Dit raakte mij diep.

Ik moest snel in contact komen met deze vrouw. Zoveel vragen gingen er door mijn hoofd. Ik zag de afschuwelijke foto’s van de mishandeling. De gebeurtenis bevestigde opnieuw mijn betoog dat ik had gehouden begin oktober in de gemeenteraad van Den Haag.

In 2023 ontving namelijk Discriminatie.nl in Den Haag 290 unieke meldingen van discriminatie, een stijging van 36 procent ten opzichte van 213 meldingen in 2022. Voor 2024 lijkt het aantal meldingen zelfs te verdubbelen. Deze incidenten zijn slechts het topje van de ijsberg – voor elk gemeld geval zijn er tientallen die onopgemerkt blijven. Hoeveel moslims lijden er nog in stilte? En hoeveel daders blijven ongestraft? En wat zegt dit over mijn stad, waar het rechtse kabinet nauwelijks verder naar rechts kan opschuiven?

Tot mijn schrik bleek deze mevrouw ook de grootmoeder te zijn van een oude bekende en tevens mijn wijkgenoot. Ik ging bij haar op bezoek met een groot bos bloemen en ik voelde een sterke verbinding en herkenning.

Deze mevrouw doet al zeker anderhalf jaar meldingen bij de woningbouwvereniging en de politie Haaglanden over intimidatie en racistische uitingen door haar buurvrouw. De buurvrouw zou haar voortdurend hebben uitgescholden voor ‘vieze Turk’ en gedreigd hebben dat ze naar haar ‘eigen land’ moest oprotten. Ook op straat zou de buurvrouw haar hebben geïntimideerd. Zelfs thuis kon de Turkse vrouw haar was niet op het balkon hangen uit angst voor verdere intimidatie.

Ik voelde een sterke verbinding en herkenning

Ondanks deze herhaaldelijke meldingen bij de autoriteiten is er onvoldoende adequate reactie en opvolging geweest. Blijkbaar ontbrak er bescherming voor deze kwetsbare bewoner.

Op de dag van de mishandeling werd de Turkse vrouw na het openen van haar voordeur uit haar huis gesleurd, mishandeld en van de trap afgegooid. Ze heeft zes dagen in het ziekenhuis gelegen met vier gebroken ribben en een gebroken neus.

Had deze aanslag op mevrouw niet voorkomen kunnen worden als de eerdere meldingen wel serieus waren genomen en er adequate bescherming was geboden? De Haagse autoriteiten lijken hier ernstig tekort te zijn geschoten. Volgens talrijke bewoners in de betrokken wijken is dit een terugkerend patroon. En dit is niet alleen kwalijk maar ook problematisch.

De reactie op mijn betoog tijdens de gemeenteraadsvergadering baart mij grote zorgen. De bagatelliserende toon van de burgemeester en de opmerking dat hij ‘wel zal zien wat er nodig is’, wekken de indruk dat de urgentie van mijn oproep niet serieus wordt genomen.

Ondanks zijn bewering dat de politie al wordt getraind in het herkennen van antimoslim-racisme, eindigde een Turkse vrouw slechts zes dagen op de intensive care, zwaar toegetakeld. Dit gruwelijke incident toont aan dat er nog veel werk aan de winkel is. Mooie beloftes zonder concrete actie zijn niet langer nodig.

Burgers, vooral minderheden, kampen met een diep gevoel van onveiligheid en ongelijkheid. Gelijkheid voor de wet moet meer zijn dan een holle slogan. Het moet de werkelijkheid worden voor elke burger, ongeacht geloof of afkomst. We staan namelijk nu op een kruispunt. We kunnen kiezen voor de status quo; toekijken hoe geweld, discriminatie en islamhaat onze gemeenschap verder verscheurt. Of we kunnen nu opstaan, samen, en zeggen: genoeg is genoeg.

Het is tijd om de urgentie in beweging te brengen. Mooie woorden en intenties moeten worden omgezet in concrete, doortastende maatregelen. Alleen zo kunnen we de diepgewortelde ongelijkheid in onze gemeenschap aanpakken. Dit is geen gemakkelijke weg, maar wel de enige juiste. Het is tijd voor leiders die durven op te staan en echte verandering te brengen. Alleen dan kunnen we de toekomst tegemoet gaan met vertrouwen, in plaats van angst voor islamhaat.