De Turkse coalitiepartijen hebben een voorstel van de oppositie verworpen, om Syrische vluchtelingen onmiddellijk het land uit te zetten.
Het voorstel, ingediend door de seculier-nationalistische Goede Partij (IYI Parti) en de Republikeinse Volkspartij CHP, de grootste oppositiepartij van het land, beoogde de repatriëring van Syrische vluchtelingen. De oppositiepartijen verwezen in hun voorstel op de catastrofale impact van de recente aardbeving op Turkije, evenals op het gevaar van ‘demografische verandering’.
‘Het vluchtelingenprobleem heeft door het verkeerde beleid van de regering tegenover Syrië hoge kosten met zich meegebracht, en vormde een grote bedreiging voor het demografische evenwicht in de regio. De aanwezigheid van Syrische vluchtelingen in de regio verhoogde deze risico’s en bracht verdeeldheid in de demografische structuur van de regio aan het licht, die zich in de toekomst zal verdiepen’, zei parlementariër Aydin Adnan Sezgin van IYI. Hij riep daarom op tot onmiddellijke actie. De regering moest Syrische vluchtelingen repatriëren, en hiervoor onderhandelingen starten met het Syrische regime.
Het voorstel kreeg geen meerderheid in het Turkse parlement, omdat de Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP) van president Erdogan en coalitiepartner MHP, die gelieerd is aan de extreemrechtse Grijze Wolven, tegenstemden.
In Turkije wonen bijna vier miljoen Syriërs, die het geweld uit hun vaderland zijn ontvlucht.
