Home Samenleving ‘Strijdbaar, een leermeester met een groot hart: dat was Mohamed Rabbae’

‘Strijdbaar, een leermeester met een groot hart: dat was Mohamed Rabbae’

Beeld: Wikimedia Commons / Roel Wijnants

Gisteravond stond de balzaal van het monumentale zestiende-eeuwse Paushuize in Utrecht in het teken van oud-GroenLinks-politicus Mohamed Rabbae (1941-2022). Een herdenking, precies een halfjaar na zijn dood. ‘Rabbae was er niet alleen voor Marokkanen, maar hij was er voor iedereen.’

Rabbae was van 1994 tot 2002 Kamerlid voor GroenLinks en werkte als directeur van Nederlands Centrum Buitenlanders. Rabbae overleed 17 mei en werd 81 jaar oud. Hij kon tijdens zijn leven niet accepteren dat Nederlanders met een migrantenachtergrond niet als volwaardige burgers werden gezien. Hij stond bekend als iemand die er alles aan deed om de positie van migranten te verbeteren. Door te schrijven, door te lobbyen bij politieke partijen, of – zoals in de zaak-Wilders – bij het gerechtshof.

Rabbae was een voorbeeldfiguur voor Marokkaanse Nederlanders, vertelt Saïd Bouddouft (57). Bouddouft is één van de organisatoren van de herdenking en werkte in 1991 voor Rabbae bij het Nederlands Centrum Buitenlanders. Hij raakte daarna goed bevriend met Rabbae.

‘Dankzij zijn harde inzet konden Marokkaanse Nederlanders ook de Nederlandse nationaliteit krijgen, wat heel ingewikkeld was omdat zij vroeger nog geen afstand konden nemen van hun oorspronkelijke Marokkaanse nationaliteit. Ook kreeg hij veel weerstand omdat hij vocht tegen het regime in Marokko én tegen discriminatie hier in Nederland.’

De avond begint met een voorvertoning van een nieuwe documentaire over Rabbae, waarna een Koranrecitatie weerklonk door de imposante, met schilderijen beklede zaal. Daarna neemt het Utrechtse oud PvdA-raadslid Abdou Najib (68) de bijeenkomst over. Een gedreven man die heel principieel was, maar ook een man met ontzettend veel humor, zo herinnert hij Rabbae zich.

‘Mohamed was een uniek persoon. Hij was er niet alleen voor de Marokkanen, maar hij was er voor iedereen. Als een vrouw onrecht werd aangedaan, dan zijn we allemaal vrouwen, zo beweerde Rabbae. Als iemand onrecht pleegt tegenover een homoseksueel, dan zijn we allemaal homoseksuelen. En als een jood onrecht wordt aangedaan, dan zijn we allemaal joden volgens Rabbae.’ vertelt Najib aan de bezoekers in de zaal.

Rabbae was één van de eerste pioniers in de strijd tegen uitsluiting en discriminatie en was daardoor een onmisbaar persoon voor de migrantengemeenschap. ‘Genoeg is genoeg’ luidde de slogan van Rabbae, die zich ergerde aan de groeiende polarisatie in de samenleving en aan het ‘wij-zij’ denken. Dat vertelt voorzitter van de Turkse arbeidersvereniging, Mustafa Ayranci (70).

Ayranci is één van de sprekers tijdens de bijeenkomst die een korte ode aan hem uitbrengt. Hij ontmoette Rabbae tijdens een demonstratie voor pensioen voor gastarbeiders in Den Haag en heeft sindsdien veel met hem samengewerkt in de strijd tegen discriminatie.

‘Hij had een groot hart. Hij wilde dat iedereen in de samenleving zich veilig zou voelen. Mohamed verzette zich daarom tegen het tekortschietende integratiebeleid van Verdonk, de polariserende en stigmatiserende woorden van het kabinet’, vertelt Ayranci. In 2005 organiseerde hij samen met Rabbae een demonstratie op de Dam in Amsterdam.

Het woord is daarna aan professor Rinus Penninx (Universiteit van Amsterdam), één van de auteurs was van het boek Mohammed Rabbae: Strijd voor rechtvaardigheid (2016). De aanslagen van 11 september, de moord op Theo van Gogh en op Pim Fortuyn deden de Nederlandse samenleving kantelen; een anti-immigratiesentiment ontstond. En al gauw werd door politici geroepen dat er een nieuw integratiebeleid moest komen waarbij nieuwkomers de plicht hadden om hun plek in de samenleving te ‘verdienen’. Er ontstond een eenzijdige kijk op de islam, vertelt Penninx, waarbij de islam onverenigbaar zou zijn met de democratie en de integratie zou belemmeren. Rabbae kwam daardoor op het idee een gedragscode voor politici te ontwikkelen en om racistische ideologieën te bestrijden, wat uiteindelijk in 2014 leidde tot een aanklacht tegen Wilders om zijn ‘minder minder Marokkanen’ uitspraak.

Samen met Rabbae werkte Penninx in 2006 aan de oprichting van een beweging die boven partijpolitiek uitstak en waarbij een tegengif tegen een uitsluitende manier van denken werd gegeven: de beweging ‘Eén land, één samenleving’.

Al snel liet toenmalig fractieleider Femke Halsema in 2010 blijken dat Rabbae niet namens GroenLinks sprak. De uitspraken van Wilders moesten op een democratische wijze en alleen binnen de Kamer worden weerlegd, vond Halsema destijds. Dit leidde tot grote teleurstelling bij Rabbae omdat hij vond dat links niet hard genoeg tegen polariserende uitspraken optrad. Het werd voor Rabbae uiteindelijk de reden om GroenLinks te verlaten.

‘Precies deze strijdbare houding van Rabbae, die hebben we nodig in de politiek’ vertelt advocaat Ina Brouwer (72), in 1994 duo-lijsttrekker van GroenLinks samen met Rabbae, aan het publiek.

‘Precies deze strijdbare houding van Rabbae, die hebben we nodig in de politiek’

‘Halsema nam destijds afstand van Rabbae, terwijl het een zware tijd was met ingrijpende gebeurtenissen. Neem de aanslagen van 11 september op de Twin Towers, die zo’n impact hadden dat de vrees voor moslims en de islam de overhand nam. Terrorisme werd gelinkt aan islam. Rabbae zei altijd: ‘iedere stroming heeft zijn extremen. Daar moet je een heel geloof niet op afrekenen.’ Maar hij werd steeds meer roepende in een woestijn. Naar nuances werd niet meer geluisterd. Maar dit thema van racisme in de politiek komt steeds terug. En het blijft een principieel gevecht.’

Scherp op inhoud, zacht op de persoon, zo typeert Brouwer Rabbae. ‘Wat ik bijzonder vind. is hoe hij altijd respect voor de tegenstander hield, zelfs als het mensen waren met ideeën die haaks stonden op de zijne. Hij verdedigde het vrije woord en bleef tegelijkertijd principieel.’

Ze vervolgt: ‘Mohamed verdedigde in de islamitische gemeenschap zelfs de vrijheid om, desnoods, het geloof te beledigen. Tijdens de Rushdie-affaire, toen ik samen met hem lijsttrekker was, verdedigde hij Rushdie, maar vroeg zich wel af: hoe ver mag je gaan? Hij snapte niet waarom Rushdie boeken als De Duivelsverzen schreef. Maar was tegelijkertijd fel tegen de fatwa uit Iran. Ook in Marokko had Mohamed voor hete vuren gestaan, vanwege de felle kritiek op het Marokkaanse regime. Intussen bleef hij het racisme in de Nederlandse politiek bestrijden. Hij danste daarmee op een koord tussen de liberale Nederlandse traditie en respect voor geloof en de moslimgemeenschap, waarbij hij iedereen in zijn waarde liet. Een heel bijzondere manier van koorddansen boven een diep ravijn.’

Bouddouft: ‘Wat ik het meest inspirerend vond, was zijn bescheidenheid, zijn scherpe analyse en bereidheid om iedereen te helpen. Mohammed had nooit ruzie met mensen, midden in nacht tijd om te luisteren. Hij heeft ons geleerd om als Nederlanders met een migrantenachtergrond voor onze rechten te vechten, en dat als we dat niet doen het racisme alleen maar zal verergeren. Hiermee vormt hij een inspiratie voor de jongere generatie. Wat hij toen zag bij Wilders, dat gebeurt vandaag de dag ook bij Forum voor Democratie.’

‘Onze strijd van gelijke rechten zal moeten worden doorgezet door de jongere generatie, we moeten blijven knokken.’

Bouddouft hoopt dat deze herdenkingsbijeenkomst een begin is, dat er meer initiatieven zoals een jaarlijkse lezingen worden gehouden over Rabbae. ‘Misschien wordt er een straatnaam naar hem vernoemd. Met de organisatie willen we op onze website verhalen verzamelen van mensen die net als wij door hem geïnspireerd voelen.’

Ayranci: ‘Mohamed was voor mij een leraar, leermeester, strijdbaar, had een groot hart. Maar de strijd tegen ongelijkheid en racisme en discriminatie is nog niet af. Wij als migranten zijn burgers van dit land geworden, maar polarisatie moet bestreden worden. Onze strijd van gelijke rechten zal moeten worden doorgezet door de jongere generatie, we moeten blijven knokken.’