Een maand geleden dachten we aan een hoofdredactioneel over de verkiezingen. De hoofdonderwerpen leken ons duidelijk: migratie en bestaanszekerheid.
Maar toen kwam de ongekende terreuraanval van Hamas op 7 oktober. Sindsdien zijn we dag en nacht vooral bezig met die oorlog. De terroristische aanslag op onschuldige Israëlische burgers, de bombardementen op Gaza en de twee miljoen onschuldige burgers daar die geen kant op kunnen en bijna verstoken zijn water, voedsel en brandstof. De kleine aantallen vrachtauto’s, die ten tijde van het schrijven van deze tekst naar binnen mogen, zijn een druppel op een gloeiende plaat.
Onze columnisten en redacteuren schrijven over deze ingewikkelde situatie en het leed voor beide kampen. Rabbijn Lody van de Kamp verwoordde dat hij in deze tijd de harmonie zoekt en zich verbonden voelt met de Palestijnse bevolking. Tayfun Balcik bracht de gedachte naar voren die veel moslims hebben: word ik als moslim hierop aangekeken – en tellen islamitische levens net minder zwaar?
Ook binnen onze redactie waren er de eerste dagen discussies. Welke geluiden moeten wij laten horen en welke niet? En met welke toon, om zowel moslims als Joodse Nederlanders niet te kwetsen? Uniek is dat niet, binnen iedere redactie zijn er nog steeds soortgelijke discussies. De media waren niet helemaal scherp. Ze waren in de jacht op nieuws en gedreven door de diepe emoties die met de conflict gepaard gaan niet scherp op waarheidsvinding. Wanneer is een bericht fake of echt? Het kantelpunt was het bericht over het ziekenhuis Al-Ahli, dat op 17 oktober was gebombardeerd. Er zouden 500 doden zijn gevallen, maar dat aantal bleek beduidend lager. Ook is nog steeds niet duidelijk of het een aanval van Israël of een afzwaaier was.
De bevolking van Gaza en Israël zijn in shock. Dat belemmert rationeel denken en handelen. Behalve een wrede oorlog die duizenden onschuldige slachtoffers maakt – in toenemende mate aan Palestijnse zijde – is het ook een ongenadige propagandaoorlog. Wij moeten, als media, zorgvuldig handelen.
De oorlog in Gaza heeft al invloed op de verkiezingen. Na onvoorwaardelijke steun van Frans Timmermans aan Israël is er flinke discussie en chaos binnen GroenLinks-PvdA. Kauthar Bouchallikht heeft zich teruggetrokken, omdat zij zich niet meer herkende in haar partij. GroenLinks-PvdA hoopte met Timmermans de hoofdprijs binnen te halen, maar staat nu met tussen de 21 en 25 zetels in peilingen op de derde plaats. Politici van de gevestigde partijen geven aan dat Hamas ‘terreur’ is en dat Israël het ‘volste recht heeft zich te verdedigen’. Op proportionele wijze, wordt er inmiddels aan toegevoegd – wat dat ook moge betekenen. Ondertussen worden geen grote woorden gekozen voor het feit dat Israël het oorlogsrecht en het humanitair recht schendt, dat Nederland en de internationale gemeenschap dit moeten aankaarten en dat Israël per direct moet stoppen met het bombarderen van Palestijnse burgers.
De oorlog heeft grote gevolgen voor de wereld, ook voor Nederland. Er is polarisatie in de samenleving. Een heropleving van antisemitisme en islamofobie. Joodse gebedshuizen en scholen worden extra beveiligd, kinderen krijgen online les en moskeeën worden bedreigd. Dat is onacceptabel.
Maar gelukkig kan het ook anders. En dat gebeurt hier en daar ook. In onze krant verscheen een interview met joodse en islamitische Amsterdammers die samenkwamen in de ambtswoning van burgemeester Femke Halsema om hun pijn te delen. En daar was ook het prachtige initiatief van joodse en islamitische jongeren om samen een halt te roepen tegen de haat. Op zulke momenten komt het er op aan of we echt een gemeenschap zijn of niet. Wij moeten met zijn allen, moslims, joden en christenen, gelovigen en ongelovigen, de terreurdaden van Hamas en de schending van internationale humanitaire recht door Israël met luide stem veroordelen. En oproepen dat Hamas gijzelaars zo spoedig mogelijk vrijlaat en dat Israël stopt met bombarderen.
7 oktober 2023 moet voor Nederland geen nieuw 11 september worden. Het laatste wat we nodig hebben is nog meer polarisatie en paranoia. We moeten daarentegen een verstand en helder antwoord formuleren op deze strijd, opdat joodse en islamitische Nederlanders zich gehoord en erkend voelen in hun leed. Want als we dat niet doen bestaat er het risico dat jongeren radicaliseren. Juist jongeren zitten vol met hormonen en emoties die ze nog niet echt goed kunnen verwoorden. En in die onmacht kunnen ze naar verkeerde antwoorden grijpen, zoals vandalisme en geweld, om maar wat terug te zeggen, met alle gevolgen van dien.
Net als ongetwijfeld vele andere Nederlanders open ik elke dag het nieuws met de angst dat er iets is gebeurd wat groepen in ons land tegen elkaar opzet. Een gek is al genoeg.
Zolang er in een van de kampen geen rechtvaardigheid wordt ervaren, zal de oorlog in Gaza doorgaan. Dat geldt niet alleen voor het Midden-Oosten, maar overal ter wereld. Het conflict vindt op duizenden kilometers afstand plaats, maar ook weer niet. Laten we hier, in het veilige Nederland, ons steentje bijdragen aan een oplossing. Kleine stappen van verzoening kunnen al effect sorteren.