‘Tot slaaf gemaakten’
Woorden doen ertoe. Hadden we het vroeger over ‘slaven’, vandaag de dag is de algemeen aanvaarde term voor mensen die vanuit Afrika als beesten vervoerd werden naar Amerika om als beesten te moeten werken op de plantages, met als doel de plantagehouders rijk te maken: ‘tot slaaf gemaakten’.
Ik gebruik deze benaming zelf ook – ‘slaaf’ is sowieso een verkeerde benaming; iemands identiteit kan nooit ‘slaaf’ zijn – en toch voelt het niet helemaal goed. In deze term klinkt namelijk iets van een lijdend voorwerp door: tot slaaf gemaakt, een willoos slachtoffer.
Dat beeld strookt niet met het beeld dat ik van huis uit meekreeg over mijn voorouders. Mijn voorouders komen van over de hele wereld. Ze waren tot slaaf gemaakten uit Afrika, contractarbeiders (vandaag de dag zouden we ‘moderne slaven’ zeggen) uit India, Schotse pioniers, Sefardische Joden uit Portugal en Groningse boeren.
Het beeld dat ik van deze mensen meekreeg, was dat het slimme, sterke mensen waren, die de meest gruwelijke omstandigheden waaraan ze werden onderworpen, door hun fierheid, flexibiliteit, uitzonderlijke geestkracht, motivatie en doorzettingsvermogen, de verschrikkingen van ontmenselijking hebben overleefd. ‘Wij zijn de nazaten van de allersterksten’, werd ons voorgehouden. En dat gaf ons, kinderen, het besef mee dat wij een belangrijke plicht jegens de wereld hadden: anderen die het minder getroffen hebben, te helpen.
Speciale verantwoordelijkheid
Iets soortgelijks kwam ik vele jaren later tegen in het werk van Kwame Anthony Appiah, de Ghanees-Britse filosoof en migratiedeskundige. Hij vertelde dat zijn vader hem en zijn zussen een brief had nagelaten, die ze na zijn overlijden vonden. In die brief betoogde hij dat zij, kinderen met dubbel bloed en bovendien migranten, een speciale verantwoordelijkheid hebben.
‘Jullie kennen en begrijpen verschillende werelden. Daarom heb je de plicht iedere plek die je als migrant verlaat, beter achter te laten dan hoe je die aantrof. Dat kan jij, omdat je verschillende perspectieven kent. Juist als migrant ben je van extra waarde voor iedere samenleving waar jij wenst te verblijven.’
‘Juist als migrant ben je van extra waarde voor iedere samenleving’
Nu is de realiteit anno 2025 helaas niet zo dat je als migrant kunt kiezen waar je wenst te verblijven. Als ‘gelukszoeker’ ben je meestal een bedreiging voor de lokalen. Sinds het ‘strengste migratiebeleid ooit’ in Nederland – en in tal van andere landen waar populisten het voor het zeggen hebben – is ingevoerd, is het duidelijk: niemand ziet de grote waarde van de bijdrage die juist migranten en de nazaten van de allersterksten kunnen leveren aan deze samenleving.
Adviesraad
Gelukkig kwam onlangs de Adviesraad Migratie met het rapport ‘Talenten benutten: Het onbenutte arbeidspotentieel van migranten’, waarin zij ervoor pleiten migranten makkelijker toegang te verschaffen tot de arbeidsmarkt. Ze zien drie voordelen: migranten krijgen een hoger inkomen en meer welzijn, werkgevers kunnen gemakkelijker in hun personeelsbehoefte voorzien en de samenleving profiteert van minder uitgaven aan sociale uitkeringen en van hogere belastinginkomsten.
Vele anderen, en ikzelf ook, roepen dit al jaren, maar goed, laten we hopen dat nu de Adviesraad het zegt, dit inzicht eindelijk wel post zal vatten.
Erkenning van het gedeeld slavernijverleden
Een ander positief punt is dat de Nederlandse samenleving, en breder: het Koninkrijk der Nederlanden, belangrijke stappen heeft gezet wat betreft de erkenning van het gedeeld slavernijverleden. Daar staan we op 1 juli weer bij stil, als we de gruwelen van de slavernij herdenken en de afschaffing ervan vieren.
Die stappen zijn het resultaat van een bewustwordingsproces dat een boost kreeg door de totstandkoming van het slavernijmonument in het Oosterpark, door Kick Out Zwarte Piet, door Black Lives Matter, en dat nog steeds gaande is – nu steeds meer steden en instellingen excuses voor hun rol bij slavernij hebben aangeboden en ook de koning opdracht heeft gegeven tot het instellen van diepgaand wetenschappelijk onderzoek naar de rol van zijn familie in het koloniaal verleden.
Zo komt er meer bewustzijn. De feiten komen op tafel te liggen. Er komt meer belangstelling voor de verschillende perspectieven van waaruit er naar de geschiedenis gekeken kan worden.
Daddy
Dus ja, er zijn positieve ontwikkelingen. Maar laten we ons niet rijk rekenen. Want we zijn er nog lang niet. Institutioneel racisme en discriminatie zijn in ons koninkrijk nog steeds aan de orde van de dag. En ook buiten de grenzen van ons land zijn er donkere wolken, nu de machtigste man van de wereld de personificatie van white supremacy is. Witte superioriteit is leidend in zijn beleid, dat alles wat met diversiteit en inclusie te maken heeft, afschaft. Voor politici in andere landen, ook in Nederland, is deze man een lichtend voorbeeld. En wordt hij zelfs liefkozend ‘daddy‘ genoemd…
Het is tijd voor de invoering van het strengste antidiscriminatiebeleid ooit
Nee, we mogen ons niet rijk rekenen. Niet als zwarte gemeenschap, en niet als mensen daarbuiten die van goede wil zijn en staan voor democratie en rechtsstaat, gebaseerd op het principe van volstrekte gelijkwaardigheid van alle mensen. Daarom is het hoog tijd dat wij de krachten bundelen en zichtbaar en hoorbaar maken waar we voor staan.
1 juli
1 juli is een uitgelezen dag om deze gebundelde krachten zichtbaar te maken. En duidelijk te maken dat wij, migranten en nazaten van de allersterksten, iedere plek waar we wonen tot een betere plek kunnen maken, als we daar de kans en mogelijkheden toe krijgen.
Wat mij betreft is het daarom tijd voor de invoering van het strengste antidiscriminatiebeleid ooit. Want pas als dat wordt ingevoerd, zal ons Koninkrijk bloeien als nooit tevoren.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!