Wat begon als een protest tegen de royale vergoedingen voor Indonesische parlementariërs, is nu uitgegroeid tot een nationale crisis. De situatie escaleerde toen de 21-jarige bezorger Affan Kurniawan werd aangereden door een politiebus en daarbij om het leven kwam.
Op maandag 25 augustus gingen duizenden Indonesiërs de straat op in Jakarta. Ze waren woedend over het besluit om de toelages voor politici te verhogen tot wel 100 miljoen roepia per maand (omgerekend 5.220 euro), meer dan dertig keer het gemiddelde inkomen.
‘Het idee dat de toch al rijke politieke klasse hun inkomen verhoogt, terwijl gewone burgers worstelen, maakte mensen razend’, zegt Eve Warburton, directeur van het Indonesië Instituut van de Australian National University, tegen de BBC.
Omslagpunt
De dood van de 21-jarige bezorger Affan Kurniawan, die gewoon aan het werk was en niets met de demonstratie van doen had, vormde een omslagpunt. President Prabowo Subianto bood zijn verontschuldigingen aan, maar kon de ontstane brand niet blussen. Binnen enkele dagen verspreidden de protesten zich van West-Java tot Sulawesi, Bali en Lombok. Inmiddels zijn er volgens de autoriteiten ten minste zeven mensen omgekomen.
De demonstraties gaan inmiddels over veel meer dan alleen de parlementaire vergoedingen. Ze raken aan diepere frustraties over corruptie, politiegeweld en sociale ongelijkheid. ‘De elite leeft in luxe, zoals blijkt uit de buitensporige privileges voor parlementariërs’, aldus professor Vedi Hadiz, hoogleraar Asian Studies aan het Azië Instituut van de University of Melbourne. ‘Dat wringt met het rechtvaardigheidsgevoel van de bevolking.’
Om de gemoederen te bedaren kondigde Prabowo aan dat sommige politieke privileges worden teruggedraaid. Ook heeft hij de familie van Kurniawan bezocht, om hen persoonlijk te troosten met hun verlies, en het bezoek aan China afgezegd. Prabowo zou in Beijing een overwinningsparade bijwonen, waarmee China jaarlijks het einde van de Tweede Wereldoorlog viert.
Scepsis
Ondanks deze acties blijven critici sceptisch. Herianto, voormalig coördinator van de Indonesische Studentenunie, zegt tegen de BBC dat het terugdraaien van privileges voor parlementariërs ‘een stap in de goede richting’ is. Toch wordt de kern van de onvrede niet aangepakt, stelt hij. ‘Het gaat niet om één kwestie. Mensen willen diepgaande hervormingen op het gebied van landbouw, onderwijs en eerlijke economische kansen.’
Tegelijkertijd gaf president Prabowo het bevel om keihard tegen relschoppers op te treden. Die hebben gebouwen van politieke partijen in brand gestoken, waaronder in Makassar op Sulawesi. Hierbij zijn drie mensen omgekomen, die te laat het gebouw probeerden te ontvluchten. In Jakarta hebben demonstranten de huizen van politici geplunderd. Het sociale medium TikTok heeft live-uitzendingen opgeschort, om te voorkomen dat relschoppers elkaar daar juist aansporen tot nieuwe gewelddadige acties.
Demonstranten vrezen dat de autoriteiten de rellen aangrijpen om het huns inzien terechte protest de kop in te drukken. ‘De autoriteiten moeten het recht op vreedzaam protest beschermen, niet onderdrukken’, waarschuwt Herianto. ‘De geschiedenis leert dat wanneer veiligheid prevaleert boven dialoog, het risico op mensenrechtenschendingen toeneemt.’
Omstreden
De nu 73-jarige Prabowo is sinds 20 oktober 2024 president van Indonesië. Hij is een voormalige generaal met een omstreden verleden en was de schoonzoon van dictator Suharto. Tijdens de massale protesten in mei 1998, die leidden tot de val van Suharto, speelde Prabowo een omstreden rol als legercommandant. Hij zou verantwoordelijk zijn voor het laten verdwijnen van studenten die tegen het regime protesteerden.
Onder veel studenten is Prabowo nu ook omstreden, vanwege zijn autoritaire stijl van optreden en een recente wetswijziging, die het leger meer macht geeft in civiele functies. In maart dit jaar protesteerden tienduizenden studenten in Jakarta tegen de controversiële hervorming van de legerwet.