12.2 C
Amsterdam

De mythe van een ‘witte genocide’ in Zuid-Afrika is hardnekkig

Ewout Klei
Ewout Klei
Historicus en journalist.

Lees meer

Het halsstarrige verhaal dat witte Zuid-Afrikanen doelwit zouden zijn van een ‘genocide’ duikt telkens weer op in uiterst rechtse kringen. Maar in Zuid-Afrika zelf groeit de tegenstem: onderzoekers, journalisten en Afrikaner-intellectuelen ontkrachten het narratief met cijfers, context en geschiedenis.

Een groep prominente Afrikaners heeft onlangs in een open brief, getiteld Not in Our Name, afstand genomen van Donald Trumps beweringen over een vermeende ‘white genocide’ in Zuid-Afrika. Zij stellen dat blanke Afrikaners geen existentiële bedreiging ervaren en dat Trumps narratief misleidend en schadelijk is voor de verhoudingen tussen de zwarte en witte burgers van Zuid-Afrika. De brief, die inmiddels door honderden mensen is ondertekend, bevat felle kritiek op het Amerikaanse beleid dat witte Zuid-Afrikanen voorrang geeft bij asielaanvragen, omdat dit een raciaal wereldbeeld versterkt.

Cijfers in perspectief

Trumps genocideclaim is onterecht. Zuid-Afrika is een van de meest gewelddadige samenlevingen ter wereld. Jarenlang werden jaarlijks tussen de 25.000 en 30.000 mensen vermoord. Dit vertelt journalist Bart Luirink, die jarenlang in Zuid-Afrika werkzaam was als correspondent en onder andere werkte voor De Waarheid en de VPRO. Het geweld treft in overgrote meerderheid arme zwarte Zuid-Afrikanen, legt hij uit. ‘Het idee dat witte boeren als groep een uitzonderlijk risico lopen, houdt geen stand wanneer de cijfers in perspectief worden geplaatst. Dat betekent niet dat er geen boerderijmoorden zijn, de zogenoemde plaasmoorde. Die zijn er wel degelijk en sommige moorden zijn ook bijzonder bruut. Naar schatting zijn er tussen de 900 en 2900 witte boeren sinds 1994 vermoord. Dat is veel, maar relatief niet in het licht van de tienduizenden moorden die jaarlijks in Zuid-Afrika worden gepleegd.’

In de meeste gevallen zijn de daders geen politieke extremisten of groepjes milities, maar eerder mensen uit de directe omgeving van het erf, vervolgt Luirink. ‘Het gaat om voormalige werknemers, bekenden of criminele bendes. Wrok, armoede, frustratie en opportunistische criminaliteit spelen meestal een grotere rol dan ras.’ Hij vertelt over een boerenechtpaar dat eind jaren negentig werd vermoord. Het huis was een ravage, de aanval leek willekeurig, maar geld en waardevolle spullen waren blijven liggen. Off the record gaf de zoon van de slachtoffers toe dat het mogelijk een vergismoord was. Even verderop woonde een boer met dezelfde achternaam, berucht om zijn sadistische behandeling van werknemers. ‘Als dit klopt, was het motief wraak, niet racisme en zeker geen politiek plan.’

Dergelijke verhalen komen vaker voor. ‘Veel daders blijken bekenden van de familie, soms zelfs mensen die eerder op de boerderij hebben gewerkt. Dat maakt het verhaal complexer dan de ideologische voorstelling van zaken die in sommige politieke kringen wordt gepresenteerd. Er is geweld, soms extreem geweld, maar het is geen etnisch georganiseerde aanval op de witte bevolking.’

ANC-aanhangers vieren het 113-jarig bestaan van de Zuid-Afrikaanse partij. Beeld: Rodger Bosch/AFP

En hoe zit het dan met de controversiële politicus Julius Malema van de partij Economic Freedom Fighters? Hij zong regelmatig het lied Kill the Boer, een strijdlied uit de anti-apartheidsperiode. Ook oud-president Jacob Zuma stond bekend om het zingen van oude revolutionaire strijdliederen. ‘In een land dat worstelt met ongelijkheid, corruptie en politieke frustratie kunnen dergelijke uitingen dreigend overkomen, ook als ze juridisch worden ingedamd’, zegt Luirink. ‘Het constitutionele hof heeft deze liederen inmiddels verboden wegens hun intimiderende karakter. Toch blijkt uit vrijwel alle onafhankelijke onderzoeken dat dergelijke retoriek maar zelden verband houdt met daadwerkelijke moordzaken. In het eerste kwartaal van dit jaar, bijvoorbeeld, waren er circa tien zogenaamde plaasmoorde. Daarbij kwamen vier zwarte landarbeiders om en twee zwarte boeren. Het idee dat witte boeren op grote schaal slachtoffer zijn van bloeddorstige zwarte moordenaars is een gevaarlijke mythe.’

Er is wel angst, frustratie en teleurstelling onder veel witte Zuid-Afrikanen

We spreken ook met Evelyn Groenink. Ze is redacteur van ZAM, een platform van Afrikaanse onderzoeksjournalisten. Volgens haar is het cruciaal om onderscheid te maken tussen feiten en gevoelens. Er is geen witte genocide, zegt ze stellig. Maar er is wel angst, frustratie en teleurstelling onder veel witte Zuid-Afrikanen. ‘Vooral hoogopgeleiden klagen dat ze geen baan kunnen krijgen omdat de corrupte ANC-kliek van nu aan vriendjespolitiek doet. Sommige boeren emigreren nu omdat ze het land onveilig vinden. Een kleine minderheid radicaliseert. En juist in die groep wordt de genocide-mythe gecultiveerd.’

De Konserwatiewe Party en AfriForum

De White Genocide-complottheorie vormt een direct vervolg op het denken van de Konserwatiewe Party (Conservatieve Partij) uit de jaren tachtig van de vorige eeuw, de vleugel van het Afrikaner-nationalisme die halsstarrig aan de apartheid wilde vasthouden. Historica Lindie Koorts is werkzaam als lector aan de Universiteit van Pretoria en gespecialiseerd in de geschiedenis van het Afrikaner-nationalisme. Ze ziet een duidelijke lijn van deze conservatieve groep naar de hedendaagse Afrikaner-lobbyorganisaties Solidarity en AfriForum, die steun zoeken in het buitenland bij ideologische geestverwanten. Officieel spreken die organisaties niet over genocide, maar impliciet spelen ze wel in op de gedachte dat witte Zuid-Afrikanen bijzondere slachtoffers zijn van geweld, achterstelling en politieke vijandigheid. Die strategie, subtiel maar effectief, heeft internationaal grote weerklank gevonden.

In de jaren tachtig, toen de apartheidspolitiek onder internationale druk begon te wankelen, scheidde een deel van de Afrikaners zich in 1982 af van de regerende Nasionale Party (Nationale Partij). Deze Konserwatiewe Party verzette zich fel tegen hervormingen en tegen de vrijlating van Nelson Mandela. Om hun positie te behouden, creëerden ze alternatieve structuren: eigen scholen, eigen gemeenschapsorganisaties en eigen media. Uit dat netwerk zou na de val van de apartheid de huidige Solidariteitsbeweging ontstaan, met AfriForum als meest zichtbare internationale tak.

‘De grote meerderheid van de Afrikaners verwerpt vandaag de dag de apartheid’

Opvallend is dat deze organisaties formeel geen politieke partij vormen. Koorts legt uit waarom: bij verkiezingen zou blijken hoe klein hun daadwerkelijke achterban is. Ze claimen weleens 600.000 leden te hebben, of zelfs twee miljoen mensen te vertegenwoordigen, maar insiders geven toe dat die cijfers gebaseerd zijn op dubbeltellingen en creatieve interpretaties. Meer waarschijnlijk is dat de beweging ergens tussen de 200.000 en 300.000 conservatieve Afrikaners vertegenwoordigt, een substantiële minderheid, maar verre van de meerderheid van de 2,6 miljoen Afrikaners in het land, aldus Lindie Koorts.

De grote meerderheid van de Afrikaners verwerpt vandaag de dag de apartheid, vervolgt de historica. Ze nemen deel aan de bredere samenleving, stemmen verspreid over meerdere partijen en zijn niet geïnteresseerd in een afscheidingsproject zoals het ‘slegs vir blankes’-dorp Orania. Toch lukt het AfriForum aanzienlijk beter dan gematigde Afrikaners om hun verhaal internationaal voor het voetlicht te brengen.

Dat het genocide-narratief internationale weerklank heeft, komt deels door de professionele lobby van AfriForum, dat de afgelopen jaren in Brussel, Washington en Den Haag in de burelen van rechtse partijen werd ontvangen. AfriForum heeft gelobbyd met succes bij het Witte Huis, maar heeft ook goede contacten met PVV, Forum voor Democratie, SGP, Vlaams Belang, Alternative für Deutschland en Fidesz van de Hongaarse premier Viktor Orbán, vertelt Luirink. ‘Toen AfriForum in Nederland op bezoek was, leidde dit zelfs tot een motie in de Tweede Kamer waarin het woord ‘genocide’ opdook, ingediend door de rechtse CDA’er Martijn van Helvert en gesteund, tot verbazing van velen, door GroenLinks. Achteraf bleek dat de GroenLinks-fractie door een naïeve stagiaire eenzijdig was geïnformeerd. Het incident illustreert hoe gemakkelijk buitenlandse lobby’s invloed kunnen uitoefenen wanneer politieke partijen zich slecht voorbereiden.’

Zuid-Afrika als symbool

Op sociale media wordt Zuid-Afrika aangehaald door racisten als waarschuwing van wat er gebeurt als witte mensen een minderheid worden. PVV-ideoloog Martin Bosma schreef er ook een berucht boek over: Minderheid in eigen land. Maar volgens Koorts komt de huidige internationale heropleving van het genocideverhaal niet zozeer door AfriForum, maar vooral door de invloed van Amerikaanse alt-right-netwerken, in het bijzonder door één opmerkelijke Zuid-Afrikaanse emigrant: Elon Musk. De multimiljardair is geen Afrikaner maar een Engelstalige Zuid-Afrikaan met een Brits-koloniale achtergrond. Hij vertrok nog voor het einde van de apartheid naar Canada en later naar de Verenigde Staten. Zijn betrokkenheid bij Zuid-Afrikaanse politiek is gering, maar zijn rol als influencer binnen internationale alt-right-milieus is enorm. Wanneer Musk op X suggereert dat witte Zuid-Afrikanen doelwitten zijn van geweld, bereikt dat tientallen miljoenen mensen. Zijn uitspraken sluiten naadloos aan bij Amerikaanse angstnarratieven over ‘white replacement’ en bij het bredere idee dat witte mensen wereldwijd bedreigd worden. Zuid-Afrika fungeert in die ideologische wereld vooral als symbool.

‘De mensen die het meest onder criminaliteit lijden, zijn de armen’

Het verhaal van de witte genocide komt in golven terug, aldus Koorts. Halverwege de jaren negentig ontstond het voor het eerst, vooral gevoed door nostalgie naar de orde van de apartheidstijd en door het trauma van de overgang naar democratie. In de jaren 2010 beleefde het een tweede golf, mede dankzij internetfora en de opkomst van de alt-right. De meest recente heropleving staat in het teken van de internationale polarisatie rond de genocide in Gaza, de tweede termijn van president Donald Trump en de opmars van radicaal-rechtse politiek in Europa. Het patroon is duidelijk. In tijden van politieke onzekerheid functioneert het narratief als een waarschuwend spookbeeld. Het wordt opgepakt door groepen die een veel bredere boodschap willen uitdragen, namelijk dat de witte beschaving wereldwijd op het punt staat te verdwijnen.

Voor veel Zuid-Afrikanen, zwart én wit, is dat een karikatuur. De meeste mensen erkennen dat de echte problemen van het land elders liggen: in corruptie, in een uitgeholde publieke sector, in werkloosheid en in de diepe ongelijkheid die het land al sinds de apartheid tekent. Dat wil niet zeggen dat er geen racisme bestaat, of dat de spanningen tussen groepen verdwenen zijn. Maar het betekent wel dat het genocideverhaal nauwelijks iets zegt over de dagelijkse werkelijkheid van miljoenen Zuid-Afrikanen. Evelyn Groenink: ‘De mensen die het meest onder criminaliteit lijden, zijn de armen, vooral zwarte Zuid-Afrikanen die niet de middelen hebben om te emigreren of hoge muren rond hun huizen te bouwen. Door te spreken over een genocide die niet bestaat, verdwijnen hun problemen uit het zicht.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -