19.5 C
Amsterdam

Fréderike Geerdink: ‘De journalistiek is ingeslapen’

Lees meer

In Alle journalistiek is activisme stelt Fréderike Geerdink dat journalisten pas goed werk doen als ze sociale verandering steunen. ‘Het nieuws is nog steeds een safe space voor witte mensen.’

Fréderike Geerdink verhuisde in 2006 vanuit Nederland naar Turkije om correspondent te worden. De verhalen in Nederland waren op, dacht ze. ‘Dat was heel naïef. Terwijl ik naar Istanbul verhuisde, was Groningen een wingewest en zag ik Zwarte Piet nog niet voor wat het was.’ Lachend: ‘Achteraf was ik beter naar Slochteren in Groningen verhuisd.’

Ze was in die tijd nog een ongebonden waakhond, zegt ze. ‘Dit is hoe de meeste westerse journalisten zichzelf zien. Ze erkennen vaak wel dat objectiviteit onmogelijk is. Toch vinden ze dat een mooi streven. Het perspectief van waaruit een individu schrijft, wordt genegeerd. Ik heb mij als jonge journalist ook in de mal van ongebonden waakhond laten drukken.’

Volgens Geerdink was dat voor haar als witte, hetero, cisgender vrouw ook niet moeilijk. ‘De gevestigde journalistiek bestaat voor 95 procent uit witte mensen. Daardoor is de witte bril het leidende perspectief in de Nederlandse journalistiek. Mensen uit gemarginaliseerde groepen die in de journalistiek komen, worden door hun witte collega’s vaak verdacht gemaakt van subjectiviteit of als activist gezien.’

‘De gevestigde journalistiek bestaat voor 95 procent uit witte mensen’

Het frustreert haar. ‘Een witte man mag over onderwerpen die gedomineerd worden door witte mannen schrijven, maar journalisten met een biculturele achtergrond mogen liever niet over hun eigen gemeenschap schrijven. Dat is toch bizar.’

In haar nieuwe manifest Journalistiek is Activisme schrijft ze hoe haar visie op journalistiek veranderde en dat ze daardoor een pleitbezorger werd van sociale verandering. Ze stelt een journalistiek voor die de macht kritisch bevraagt en het publieke belang dient. ‘Mensen vinden dat een rare stelling, maar dat is waar het vak om draait. De journalistiek is ingeslapen.’

Hoe veranderde jouw visie?

‘Koerdistan is voor mij een enorme leerschool geweest. In 2012 verhuisde ik vanuit Istanbul naar Noord-Koerdistan. Daar merkte ik dat Koerden Turkije heel goed kenden, maar dat Turken Koerdistan nauwelijks kenden. Koerden leren Turkse taal en geschiedenis op school en ontvangen Turkse zenders op de televisie. Ze kunnen heel goed switchen tussen thuis Koerdisch zijn en buiten de deur Turks, ook om te overleven.’

Fréderike Geerdink

‘Ik reisde veel rond in Koerdistan en stond in contact met dorpelingen en stedelingen. Met mijn eigen ogen zag ik het verschil tussen mijn eigen verhalen en ervaringen in Koerdistan en die van de Turkse media. In wezen waren zij een doorgeefluik van de macht, die los stond van de realiteit van de Koerden. Een vriend van mij waarschuwde mij in die tijd dat ik moest oppassen niet te veel pro-Koerdisch te worden. Daar schrok ik van.’

‘Het wrong. Was ik mezelf kwijt aan het raken? Werd ik een activist? Nu zie ik dat ik alleen maar meer mezelf ben geworden. Journalistiek is in het publieke belang, en ik gaf een stem aan een gemarginaliseerde groep zonder macht. Dat was een geruststellende gedachte.’

‘Ik wilde het leven van de guerrillastrijders zien’

In het boek schrijf je dat je de leiders van de PKK interviewt. Zijn zij niet ook een macht?

‘Ze hebben macht, maar zijn geen institutionele macht. Nadat ik hun leiders interviewde, werd ik Turkije uitgezet. Anderhalve maand later kon ik via Irak weer naar hen toe om de hoge PKK-commandant Cemil Bayik in de bergen te interviewen. Het voelde toen niet goed om alleen zijn verhaal op te schrijven. Ik wist wat hij ongeveer zou zeggen en ik werd dan ook gebruikt om zijn boodschap de wereld in te krijgen. Daarom ben ik daarna een jaar intern bij de PKK gegaan. Ik wilde het leven van de guerrillastrijders zien. Ik was benieuwd naar hun dromen, waarom zij zich hadden aangesloten en hoe hun dagen eruitzagen. Dat was dezelfde manier van journalistiek bedrijven.’

Kun je jouw ervaringen in Turkije wel met Nederland vergelijken?

‘Nee, dat hoeft ook helemaal niet. Als ik door Koerdische ogen scherper naar Turkije kijk, kijk ik misschien ook scherper naar Nederland door de ogen van gemarginaliseerde groepen. Dat bleek zo te zijn. Ik ben bijvoorbeeld anders naar Zwarte Piet gaan kijken.’

‘Het is belangrijk om goed contact te hebben met gemarginaliseerde groepen. Wanneer journalisten meer aandacht hadden gehad voor gemeenschappen die het hardst door het toeslagenschandaal werden getroffen, was dat waarschijnlijk veel sneller aan het licht gekomen.’

‘Het is belangrijk om goed contact te hebben met gemarginaliseerde groepen’

‘Het probleem in Nederland is dat we nooit volledig zijn gedekoloniseerd, waardoor het nieuws in Nederland nu nog steeds een safe space is voor witte mensen. We moeten met onze geschiedenis in het reine komen. Er is onlangs onderzoek gedaan onder de bevolking van voormalige koloniale machten of zij trots zijn op hun koloniale geschiedenis. Nederland scoorde het hoogst. We zijn er zelfs trots op. Mijn ondertitel was ook ‘dekoloniseer de Nederlandse journalistiek’, maar dan gaan mensen helemaal flippen.’

In je boek noem je de waarheid een warboel. Hoe communiceer je die warboel op de juiste manier?

‘Journalistiek is niet makkelijk. Verhalen kennen allerlei kanten. Het is de taak van de journalist om al die kanten te onderzoeken en daarna af te vragen wat de eerlijke manier is om het op te schrijven, die dus ook het publieke belang dient. De institutionele macht wil je uiteindelijk verantwoorden. Daarom pleit ik ervoor verhalen te brengen vanuit het perspectief van de mensen die geen macht hebben.’

Wordt het werk niet moralistisch?

‘Ja, enorm.’

Is dat niet erg?

‘Nee, helemaal niet. Het vak is gebouwd op ethische regels en journalisten hebben een moraal hoog te houden. Het hele vak staat in dienst van de democratie, mensenrechten en de rechtsstaat. Tijdens de jaren ’30 in nazi-Duitsland moest je ook niet achter Goebbels aan hollen om het eerlijke verhaal te vinden. Je moest naar de Joodse wijken. Daar zag je wat de daadwerkelijke gevolgen van dat regime voor Joden waren.

‘In mijn tijd in Koerdistan kwam ik erachter dat het werk heel dienstbaar is. Het gaat niet om jezelf een podium te geven of je eigen mening door te drukken. Je staat in dienst van de gemeenschap om te zorgen dat machten de gemeenschap niet kapotmaken. Nu hoor ik het moralistische eraan, maar het gaat over leven en dood.’

‘Tijdens de NAVO-top verschenen er stukken over wat Trump als ontbijt had gegeten’

Momenteel maakt Geerdink zich zorgen over journalistieke verhalen over transpersonen. ‘Die willen eerlijke journalistiek en niet eentje die hun bestaansrecht in twijfel trekt. Als je dan stukken ziet waarin een fascistisch beeld wordt voorgeschoteld dat het bestaan van transpersonen betwijfelt – terwijl dat al bestaat sinds mensenheugenis – dan doet dat pijn. Voor de transpersoon zelf, de ouders, de familie. Tegelijkertijd weten we ook dat de zelfmoordcijfers in die groep hoog zijn. Journalistiek heeft daarin een verantwoordelijkheid.’

Maakt dat een journalist ook een activist?

‘Journalisten die hun werk goed doen en de macht kritisch bevragen, zijn geen activisten. Het zijn journalisten. Als ze dat niet doen, dan ondersteunen ze de macht of maken zelfs propaganda voor de macht. Dat kun je per geval bekijken. Over die boodschap moeten mijn collega’s best wel vaak nadenken. Dat vind ik nogal wat. De macht bevragen is de kern van ons vak.’

‘Tijdens de NAVO-top in Den Haag verschenen er stukken over wat Trump als ontbijt had gegeten. Who cares? Ik meen dat uit het diepst van mijn hart. De wereld glijdt af naar fascisme, en het gaat over wat een fascist als ontbijt eet. Dat is een blamage.’

Wat moet er veranderen?

‘Journalisten moeten reflecteren op hun eigen positie. Ik heb dat zelf ook moeten doen en weet hoe lastig het is om je af te zetten van oude gewoontes, maar het is wel nodig. Het idee dat toegang tot de macht belangrijk is, klopt niet.’

‘We leven in gevaarlijke tijden. De democratie staat onder druk. We hebben daarvoor journalistiek nodig die moedig is, dat zijn we niet genoeg. Het is lastig om die transitie te maken en de macht daadwerkelijk te onderzoeken, maar als je daar niet voor openstaat en je niet moedig bent, heb je in dit vak niets te zoeken.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -