Het leek wel de omgekeerde wereld. Het was in elk geval een zeer opvallende delegatie, voor zover ik weet de eerste in zijn soort: medio juni reisden zes Afrikaanse staatshoofden onder leiding van de Zuid-Afrikaanse president Cyril Ramaphosa met vredesplannen af naar Kyiv en Moskou. Waar vroeger Europese leiders met vredesplannen naar andere werelddelen trokken, gebeurde dus nu het omgekeerde.
Vormt dit een voorbode van schuivende mondiale verhoudingen? Zo’n conclusie is nu nog wat voorbarig – één keer maakt nog geen regelmaat. Maar als het komende tijd vaker gebeurt, dan kunnen we in terugblik wel spreken van een symptoom van schuivende mondiale verhoudingen.
Feit is, dat Afrikanen inmiddels een stuk assertiever opereren dan in het verleden. En waar inmiddels – ook in het kader van een run op grondstoffen – Amerikanen, Europeanen, Russen en Chinezen de laatste jaren intensiever dan voorheen met elkaar om de toegang tot Afrikaanse landen concurreren, neemt het gewicht van die landen toe.
Bovendien hebben veel Afrikaanse landen, omgekeerd, groot belang bij een snelle oplossing van het door Poetin veroorzaakte conflict, vanwege hun grote afhankelijkheid van de graanexport. Er dreigt anders hongersnood. Dat dan voor deze landen een rechtvaardige uitkomst ondergeschikt is aan een snelle, is niet onlogisch; wij zouden in zo’n situatie vermoedelijk ook niet wezenlijk anders handelen.
‘Vormt dit een voorbode van schuivende mondiale verhoudingen?’
Denk alleen – bij alle onvergelijkbaarheid van beide problemen als zodanig – aan de regelingen die door Europese landen recent met Turkije en Tunesië zijn getroffen op het vlak van de vluchtelingenproblematiek. In beide gevallen heeft ook Mark Rutte, tot voor kort beoogd eeuwig aanvoerder van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, er geen enkel been in gezien om ijlings overeenkomsten met ginds dienstdoende autocraten te sluiten die zich in eigen land noch om vrijheid noch om democratie erg bekommeren.
De Afrikaanse delegatie naar Europa heeft, als te verwachten viel, weinig in Oekraïne en Rusland bereikt, omdat de standpunten daarvoor te ver uiteen liggen. Voor Kyiv is immers elke oplossing die niet op volledige ontruiming van de Krim en de Donbas door het Russische bezettingsleger neerkomt onaanvaardbaar.
Voor Moskou is juist alles onaanvaardbaar dat op gezichtsverlies zou neerkomen. Althans, zolang de dankzij Prigozjins triomfantelijke tankoptocht naar het Kremlin zichtbaar geworden haarscheurtjes niet tot onoverbrugbare kloven in Poetins machtsbastion hebben geleid. En onder zulk gezichtsverlies verstaat men daar vooralsnog een wapenstilstand die in het opgeven van veroveringen resulteert.
Punt is dat de delegatie, door te pretenderen neutraal te zijn, in feite partij kiest. Dat geldt snel voor elke middenweg die er op neerkomt dat de agressor omwille van de lieve vrede een deel van zijn roversbuit behouden mag. Onduidelijk is bijvoorbeeld, of de Afrikaanse delegatie met Russische ‘terugtrekking’ ook complete Russische terugtrekking bedoelt. Dat maakt Kyiv terecht wantrouwend.
Zuid-Afrika weigert, indachtig de vrij onvoorwaardelijke steun die het ANC in Apartheidstijden van de Sovjet-Unie genoot, Poetins agressie te veroordelen, laat staan dat het land zich bij het westerse sanctieregime aansluit. Naarstig wordt in Pretoria ook naar wegen gezocht om te ontkomen aan de verplichting om Poetin vanwege het arrestatiebevel van het Internationaal Strafhof meteen achter slot en grendel te zetten.
Kortom: Rusland verwelkomde de komst van Ramaphosa en de zijnen, Oekraïne was sceptisch vanwege hun evidente partijdigheid. Dat is al snel een probleem bij vredesdelegaties van buitenaf, omdat die meestal bestaan uit partijen die zelf vooral belang bij een vrede hebben – soms zelfs vrede tot elke prijs, zolang maar een ander die prijs betaalt. En die buitenstaanders zijn zo vanwege hun belangen in de regel tevens al bij voorbaat partij in zo’n oorlog: vanouds bondgenoot van het ene kamp, en daarmee op grotere afstand van het andere.
Dat is bij westerse vredesdelegaties in den vreemde meestal eveneens het geval. Neem het Israëlisch-Palestijnse conflict. Je kunt veel van de westerse bemoeienis zeggen, maar niet dat die onpartijdig is. Van de Israëlische regering wordt aanzienlijk meer aan rechtsschendingen getolereerd dan van de Palestijnen. In dat opzicht houdt die partijdige Afrikaanse delegatie ook Europa beslist een spiegel voor.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!