De Amsterdamse burgemeester doet een nieuwe stap voorwaarts. Mevrouw Halsema biedt op 24 april excuses aan voor de rol die de stad Amsterdam speelde bij de Jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Er wordt gesproken over een nieuwe stap. In januari van dit jaar plaatste zij al een ‘struikeldrempel’ bij de halte van de voormalige tramlijn 8, voor het Nationaal Holocaustmuseum en de Hollandsche Schouwburg. Dit ter herinnering aan het feit dat deze lijn 8 werd ingezet voor het vervoer van de 60.000 Amsterdamse Joden van en naar de Schouwburg, als eerste plek op weg naar de concentratie- en vernietigingskampen.
Eerder, tijdens het burgemeesterschap van haar voorganger Eberhard van der Laan, nam de gemeente Amsterdam het besluit tot terugbetaling van onterecht geïnde erfpacht van inmiddels weggevoerde Joden. Allemaal stappen dus op weg naar nu: een formeel excuus voor de rol die de stad heeft gespeeld bij de Holocaust op lokaal niveau.
Zelf heb ik altijd een beetje moeite met de term ‘excuses maken’ wanneer het gaat over de Tweede Wereldoorlog. En hetzelfde vond ik ook bij de excuses voor het slavernijverleden.
Is burgemeester Halsema op enigerlei wijze verantwoordelijk voor bijvoorbeeld die ambtenaren van de afdeling Statistiek op het stadhuis, die aan het begin van de oorlog de zogenaamde stippenkaart produceerden? Op die plattegrond van de stad werd aan de hand van stippen aangegeven in welke wijken en in welke straten de Joden woonden, zodat de bezetter deze alleen maar van huis hoefde op te halen. Of draagt de burgemeester een plaatsvervangende schuld voor die ambtenaren die van de schooldirecteuren en rectoren van de Amsterdamse scholen de lijsten met Joodse leerlingen in ontvangst namen om deze zo door te geven aan de Duitse autoriteiten?
Burgemeester Femke Halsema’s excuses duiden vanzelfsprekend niet op haar schuld
Nee, natuurlijk niet. Verre van dat. Tachtig jaar geleden deed onze burgemeester vanzelfsprekend nog helemaal niet mee aan enig politiek of bestuurlijk gebeuren. En iedereen kent haar als een burgermoeder die iedere vorm van antigevoelens naar wie dan ook verafschuwt. Zij gaat hiervoor dagelijks de gemeentelijke barricaden op!
Hoe moeten we dan deze formele excuses duiden?
De vijf jonge Duitse theologen hebben een behoorlijk zware dag achter de rug. Eerst een bezoek aan het Anne Frank Huis, daarna het Nationaal Holocaustmuseum. Vanavond nemen zij de trein terug naar München.
Daarvoor ‘moesten’ zij een gesprek hebben met een rabbijn in onze stad Amsterdam. ‘Nach allem, was wir heute gesehen haben, können wir diese Stadt unmöglich verlassen, ohne uns zu entschuldigen für alles, was unser deutsches Volk der jüdischen Gemeinde in Amsterdam angetan hat.’ De stem van degene die het woord voerde, klinkt hees. De brok in de keel van deze jonge predikante is hoorbaar.
‘Ik begrijp uw pijn, ik begrijp uw behoefte om excuses te vragen. Maar het gebruik van woorden als spijtbetuiging en excuses is eigenlijk niet op zijn plaats. Jullie zijn van vér na die oorlog. Jullie dragen hier geen schuld aan. Het waren mogelijk jullie ouders of grootouders. Jullie zijn geen excuses verschuldigd.
En mijn generatie? Ook ik ben van na die oorlog. Heb ik een mandaat van mijn ouders, van mijn vermoorde familie, van mijn omgekomen grootouders om excuses te aanvaarden?’ Aangeslagen kijken de mensen aan tafel mij aan. Met tranen in de ogen. ‘Aber was können wir dann tun?’
We zijn er uitgekomen. ‘Onze ontmoeting gaat niet over schuld. Dat wij hier sámen aan tafel zitten, gaat over verantwoordelijkheid. En dat is heel wat anders. Voor jullie, nieuwe generatie Duitsers, is er geen sprake van schuld tegenover Joods Amsterdam. Maar wel van een bijzondere verantwoordelijkheid tegenover de Joodse gemeenschap, na alles wat er door de vorige generaties is aangericht. Een verantwoordelijkheid om mee te helpen in het voorkomen dat dit ooit weer gebeurt.’
Burgemeester Femke Halsema’s excuses duiden vanzelfsprekend niet op haar schuld. Als dé vertegenwoordiger van de gemeente Amsterdam laat zij zien dat zij de verantwoordelijkheid op zich neemt om alles te doen om te voorkomen dat haar Amsterdam hoe dan ook ooit weer dezelfde verkeerde weg opgaat als tachtig jaar geleden.
Mevrouw Halsema doet op 24 april aanstaande deze grote stap vooruit. Maar wij Amsterdamse burgers? Luisteren wij zwijgend met gebogen hoofd naar de schuldbelijdenis van Femke Halsema, over hoe verkeerd het in 1940-1945 ging binnen en buiten de muren van het Amsterdamse stadhuis?
Ja, maar daar mogen wij het niet bij laten.
De burgemeester staat daar en spreekt namens ons allemaal. Haar excuses, haar verantwoordelijkheid, dragen wij als naoorlogse generatie allemaal samen.
Nooit mogen wij ooit weer diezelfde foute keuzes maken.
En dat zijn geen loze woorden. Iedere dag vecht Femke Halsema hiervoor. Buiten, maar helaas ook binnen de muren van ons stadhuis. Recent onderzoek heeft opnieuw aangetoond hoe het staat met racisme, uitsluiting en discriminatie binnen overheden. Allemaal voorboden waarmee het tachtig jaar geleden allemaal mis is gegaan.
Het is aan ons Amsterdammers om onze burgemeester deze strijd niet alleen te laten voeren. Het is aan ons allen om te laten zien hoe waardevol haar excuses op die dag zijn.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!