‘Broeder, wat is er aan de hand met Nederland?’, vraagt een vriend dringend via WhatsApp. ‘Wij moeten dit snel analyseren.’ Op zo’n vraag kun je verschillende antwoorden geven. Lage werkloosheid en een personeelstekort in de bouw, de zorg, de politie, het onderwijs en de ICT – om maar wat te noemen. Toch dacht ik na het WhatsApp-bericht van de vriend in kwestie meteen aan het dossier-Zwarte Piet.
De Telegraaf-activist Wierd Duk heeft met een collega een ophitsend artikel – naar de traditie van zijn krant – gepubliceerd waarin zij anti-Zwarte Piet-boegbeelden Mitchell Esajas en Jerry Afriyie bestempelen als radicaal-links en gevaarlijk. Esajas, Afriyie en andere anti-Zwarte Piet-activisten moeten deze maand extra voor hun leven vrezen. November is al jaren een Zwarte Pieten-maand in dit land. Door misinformatie, verspreid door ophitsers en actiejournalisten zoals Duk, nemen veel Nederlanders de vrijheid om racistische opmerkingen en doodsbedreigingen te sturen naar mensen die zich inzetten tegen Zwarte Piet.
De rechtbank in Leeuwarden heeft de zogenaamde blokkeer-Friezen tot taakstraffen veroordeeld. Deze blokkeer-Friezen hebben vorig jaar een sabotageactie midden op de snelweg uitgevoerd om de vrijheid van meningsuiting van anti-Zwarte Piet-betogers te beperken. Bij het vonnis van de rechtbank in Leeuwarden kreeg hun leider, Jenny Douwes, een zwaardere straf: tweehonderdveertig uur taakstraf plus een maand voorwaardelijke celstraf. Volgens de rechter heeft Douwes zich schuldig gemaakt aan opruiing. Toch hebben de blokkeer-Friezen een heldenstatus gekregen. Dat ondanks het feit dat ze het recht hebben geschonden om een racistische karikatuur te verdedigen. De leider van de groep werd vorig jaar door Duk tot volksheldin van Friesland verklaard. Zij kreeg de bijnaam ‘Jenny d’Arc’. De blokkeer-Friezen gaan in hoger beroep tegen hun vonnis. Een crowdfunding-campagne om het hoger beroep te steunen, haalde binnen een paar dagen meer dan anderhalve ton binnen.
Zowel de vriend die mij een WhatsApp-bericht stuurde als heel mijn omgeving – bestaande uit zowel witte als niet-witte Nederlanders – werd emotioneel van het feit dat tegenstanders van Zwarte Piet voor de zoveelste keer gedemoniseerd worden als mensen die een gevaar vormen voor Nederland. Dat terwijl het juist voorstanders van Zwarte Piet zijn die bereid zijn agressieve middelen in te zetten om voor de knecht van de Sint te vechten, zoals uit het vonnis bleek. Het is vooral pijnlijk om te ontdekken dat een grote groep mensen bereid is om de schenders van de wet zowel financieel als moreel te steunen, terwijl mensen die voor hun vrijheid van meningsuiting voor hun leven moeten vrezen. Dus toen de vriend via WhatsApp vroeg wat er aan de hand is met Nederland, wist ik meteen waarop hij doelde.
‘De stilte van de stille meerderheid is het probleem – misschien nog wel meer dan de opwinding van die pro-Zwarte Piet-activisten die voor de rechter zijn gebracht’, schrijft journalist Joost de Vries (de Groene Amsterdammer) in The Guardian. ‘Een grote meerderheid van de bevolking lijkt haar gedachten aan zichzelf te houden. Toch is het onmogelijk een dialoog te hebben met iemand die zwijgt en dan alleen maar spreekt in de stembus en verkiezingsresultaten produceert die niemand ziet aankomen.’ Zijn analyse doet denken aan een uitspraak van Martin Luther King.
In the end, we will remember not the words of our enemies, but the silence of our friends.
De vraag die wij in de toekomst zullen moeten beantwoorden luidt: wat heeft u gedaan toen een kleine zwarte minderheid zich verzette tegen een racistische karikatuur?
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!