8.5 C
Amsterdam

‘Ik ben een trotse Nederlander maar ik vecht voor Turkije’

Melissa Zevenbergen
Melissa Zevenbergen
Journalist gespecialiseerd in entertainment, lifestyle en kunst & cultuur. Verslaggever.

Lees meer

‘Sommige vechters houden van gewoon rammen. Dat is mooi om te zien, maar ik heb toch liever het technische spelletje.’

Hij wordt Turkish Turbine genoemd, de 25-jarige Tilburgse kickbokskampioen Tayfun Özcan. Hij verdedigde onlangs zijn titel met succes. Op 18 februari verdedigt hij zijn titel opnieuw, tegen Jonay Risco. De Kanttekening sprak Özcan.

Waarom is je bijnaam Turkish Turbine?
‘Dat is wel grappig. Die naam heb ik gekregen van een Engelse commentator. Toen ik aan hem vroeg waarom hij die naam voor mij had bedacht zei hij dat hij mijn voornaam linkte aan een tyfoon. Hij vond dat ik spektakel naar de ring bracht en dat ik snelle combo’s maakte. Turbine staat voor wind. Zo kwam dat in hem op. Ik vind het een mooie naam.’

Hoe lang ben je al kickbokser?
‘Ik kickboks al twaalf jaar. Mijn profdebuut was in 2010, toen ik negentien jaar was. Uit mijn hoofd heb ik sindsdien 84 wedstrijden gevochten, waarvan ik er 74 heb gewonnen. In 2015 won ik de wereldtitel van kickboksbond Enfusion in de gewichtsklasse 72,5 kilo. Die titel draag ik nog steeds.’

Hoe is het ooit allemaal begonnen?
‘Ik heb tot mijn dertiende gevoetbald. Met een groot gezin van zeven kinderen hadden we het niet zo breed. Op een gegeven moment konden mijn ouders de contributie niet meer betalen en moest ik stoppen met voetballen. Ik was een lastige jongen, altijd druk en ik maakte veel ruzie. Toen ik stopte met voetballen werd dat alleen maar erger. Totdat ik een keer met jongerenwerk mee ging naar een kickboksschool. Ik werd op slag verliefd op de sport.’

Hoe ging het toen verder?
‘Mijn ouders konden nog steeds geen contributie betalen voor sporten. Toen ik een keer bij een sportschool ging kijken, zagen zij talent in mij. Zij hebben mijn kleding, materiaal en contributie gesponsord. Ik geloof in het lot en in Allah. Alles valt op zijn plaats als de tijd rijp is.’

Hoe heb je de stap naar professioneel kickboksen gemaakt?
‘Op mijn zeventiende ben ik gestopt met school. Ik was best een slimme jongen, maar het boeide me niet. Er gebeurde in die tijd ook veel; de druk van school, foute vrienden om me heen, mijn ouders die gingen scheiden. Ik was 21 jaar toen een paar vrienden vastzaten en ik ook bijna. Ik heb het geluk gehad dat ik op het juiste moment ergens niet was. Toen besefte ik dat ik een andere wending aan mijn leven moest geven. Ik ben weggegaan uit mijn oude omgeving en ging naar een andere sportschool. Enfusion zag talent in mij en toen heb ik een contract getekend.’

Je traint nu bij Siam Gym, kan je daar iets over vertellen?

‘Ik train daar nu twee jaar samen met mijn trainer Mekki Benazzouz. In mijn ogen is hij de beste trainer van Nederland. Hij begrijpt me en geeft net zoveel om de sport als ik. We trainen zo’n acht keer per week, vaak zelfs twee keer per dag. Mijn trainer noemt me wel eens een militair. De trainingen die we doen zijn heel zwaar, maar niets is leuker dan trainen. Natuurlijk heb ik ook weleens geen zin, maar ik heb mezelf vroeger aangeleerd om dan toch te gaan. Op die manier went je lichaam eraan.’

Wat maakt kickboksen zo leuk?
‘Het spelletje. Omdat ik dit al zo lang doe ben ik continu bezig met nadenken en schakelen. Wat voor move gaat iemand maken? Hoe raak ik hem? Sommige vechters houden van gewoon rammen. Dat is mooi om te zien, maar ik heb toch liever het technische spelletje.’

Wat maakt jou een goede kickbokser?
‘De discipline die ik voor de sport heb. Ik leef er echt naar, ook al is dat weleens zwaar. Het moeilijkste offer vind ik het eten. We zijn met veel mensen thuis en soms eten zij zulke lekkere dingen, terwijl ik het moet doen met een kommetje rijst en groente. Ik wil er echt voor gaan en iets bereiken, daarom let ik op wat ik weet. Degenen die dat doen zitten in de top. Daar wil ik ook naar toe.’

Wat doe je als je een gevecht hebt gewonnen?
‘Ik vier het graag met mijn familie en vrienden. Zij zijn ook degenen die mij meemaken als ik chagrijnig ben of met niemand wil praten omdat ik moe ben. Daarna ga ik echt een week kanen en maakt het even niks meer uit. Dan pak ik alles wat ik wil.’

Wat doe je als je een gevecht hebt verloren?
‘Gelukkig komt dat niet heel vaak voor, maar dan ga je kritisch kijken naar wat je verkeerd hebt gedaan. Meestal ga ik dan ook naar de moskee om te bidden. Ik geloof dat er dan een reden is voor mijn verlies. Als ergens een deur dicht gaat gaat ergens anders weer een deur open.’

Waarom vecht je voor Turkije?
‘Ik ben een trotse Nederlander, maar ik vecht voor Turkije. Ik ben hier geboren en getogen, maar als mensen mij zien dan zeggen ze niet ‘dat is een Nederlander’. Zelf voel ik me ook meer Turks dan Nederlands, ook omdat ik altijd ben weggezet als een Turkse jongen. Vandaar de keuze om voor de Turkse vlag te vechten.’

Wat wil je in de toekomst bereiken?
‘Ik wil de beste worden in mijn gewichtsklasse. In de gewichtsklasse 72,5 kilo ben ik nu de beste, maar er is ook de gewichtsklasse 70 kilo. Daar ben ik ooit ook begonnen. Nu sta ik daar achtste, maar ik zou graag de eerste plek willen innemen. Ik weet dat ik niet voor altijd kan blijven kickboksen, maar mijn interesses zullen wel altijd bij het sporten liggen. Ik geef nu al les en voedingstips aan mensen. Later wil ik dat ook doen en mijn eigen sportschool runnen. Ik hoop daarmee jongeren van de straat te halen en te motiveren.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -