In Mijn levensmarathon schrijft Salman Karasoylu openhartig over zijn kindertijd in Turkije, de emigratie naar Nederland en de bijbehorende aanpassingsproblemen. ‘Veel oudere migranten zitten vast in hun Turks-sprekende kring.’
Salman Karasoylu werd op 10 januari 1956 geboren in de Turkse plaats Pazarcik. Zijn reis van ongeschoold werk naar cum laude-student in Cultuur, Organisatie en Management, getuigt van zijn vastberadenheid en persoonlijke groei. Daarnaast heeft Karasoylu als adviseur bijgedragen aan het welzijn van mensen met medische uitdagingen en aan het bevorderen van culturele sensitiviteit in de geestelijke gezondheidszorg.
Waarom heb je dit boek geschreven?
‘Dat is eigenlijk vrij eenvoudig. Ik werk veel met mensen, in mijn betaalde baan en bij mijn vrijwilligerswerk. Ik krijg dan ook vaak de vraag wat me motiveerde om mezelf voortdurend te ontwikkelen en hoe ik altijd een positieve instelling kon behouden.’
‘Acht jaar geleden kreeg ik de diagnose van een ongeneeslijke ziekte, wat mij aan het denken zette. Ik merkte dat ik iets wilde achterlaten voor andere mensen. Het zit ook in mijn aard om dingen te willen delen. Zodoende ben ik mijn boek gaan schrijven. Ik begon bij het begin, bij mijn jeugd in Turkije, mijn emigratie naar Nederland en de vele uitdagingen die ik heb doorstaan. Mijn hoop is dat mijn boek mensen inspireert, een lichtpuntje in donkere tijden is.’
Hoe was de overgang van Nederland naar Turkije?
‘In Turkije leidde ik eerst een dorpsleven, wat ik als kind erg prettig vond. Daarna verhuisden we naar de stad, waar ik me opnieuw moest aanpassen. Toen ik net aan het stadsleven gewend was, verhuisden we naar Nederland. Ik merkte meteen dat het leven hier heel anders was en moest me aanpassen aan een volledig andere cultuur.’
‘Ik merkte meteen dat het leven hier heel anders was’
‘Ik wilde heel graag studeren. Helaas staat mijn geboortejaar verkeerd in mijn paspoort. Ik was net 17, waardoor ik geen gebruik kon maken van de leerplichtvoorzieningen. Daarom moest ik meteen aan het werk, eerst in een kippenbedrijf en later in de textielindustrie. Het zware, ongeschoolde werk voelde uiteraard als een tegenvaller.’
In je boek schrijf je dat je altijd positief bent gebleven. Dat lijkt mij knap lastig. Hoe hield je dat vol?
‘Voor iemand met een multiculturele achtergrond hangt veel af van waar je woont en welke levensvisie je hebt. Door voortdurend een balans te vinden, kun je de verschillen omarmen en ze omzetten in een bron van positiviteit. Als je alleen maar negatief bent en in onmogelijkheden denkt, beland je in een vicieuze cirkel waar je moeilijk uitkomt.
‘Ik woon inmiddels bijna 52 jaar in Nederland. Als het hier voor mij zo negatief was geweest, had ik allang mijn koffers gepakt en was ik vertrokken. Dat is mijn instelling. Mensen die uitdagingen als een doodlopende weg zien, raken vaak vast in die negativiteit. Ze zijn vatbaar voor verkeerde interpretaties van andermans uitspraken, waardoor zaken complexer en ingewikkelder worden.’
Voor jongeren is het misschien moeilijker om zomaar hun koffers te pakken als het hier niet bevalt. Ze zijn immers hier geboren en opgegroeid. Wat is jouw advies voor deze jongeren?
‘Ik denk dat jongeren het grote plaatje moeten zien. Hoewel je ouders misschien in een ander land zijn geboren, zoals mijn ouders in Turkije, zijn ze voor hun toekomst naar Nederland verhuisd. Niemand is beperkt in zijn mogelijkheden, en het is belangrijk om niet gevangen te raken in een negatieve mindset. Jongeren moeten zich goed voorbereiden en een toekomst voor zichzelf creëren door een diploma te behalen of een beroep na te streven. In een kapitalistisch systeem moet je jezelf aantrekkelijk maken voor de arbeidsmarkt. Als je dit beseft, kun je snel uit de vicieuze cirkel van negativiteit komen en stoppen met denken in onmogelijkheden.’
‘Mensen gaan vaak graag op vakantie naar Turkije; waarom zou je die gelegenheid niet gebruiken om iets op te bouwen in je moederland? Als je niet tevreden bent met de situatie hier of het klimaat niet bij je past, creëer dan zelf je eigen kansen. Ook ik heb negatieve omstandigheden meegemaakt, maar ik heb van elke uitdaging geleerd en iets nieuws gecreëerd. Jongeren moeten begrijpen dat hun lot in hun eigen handen ligt en niet blijven hangen in een negatieve mindset.’
Hoe heb jij die mindset beschreven in je boek?
‘In mijn boek probeer ik duidelijk te maken dat uitdagingen voor mij de bron van wijsheid zijn geworden. Ik beschrijf de vele moeilijkheden die ik heb meegemaakt tijdens mijn jeugd in Turkije en hoe ik deze heb omgezet in waardevolle levenslessen. Voor mij draait alles om het denken in helende woorden. Ik geloof dat je jezelf kunt genezen door positief te blijven; alles zit tussen je oren.’
‘Ik geloof dat je jezelf kunt genezen door positief te blijven’
‘Mijn boek gaat niet over mijn persoonlijke successen, maar over hoe je uitdagingen kunt omzetten in mogelijkheden en bronnen van kennis en vaardigheden. Negativiteit heeft me bewust gemaakt van de kansen die daarin verborgen liggen. Dat is de boodschap die ik wil overbrengen: hoe je je uitdagingen kunt gebruiken om jezelf te versterken en te groeien.’
Hoe zit het met andere mensen van jouw generatie? Jij bent dan een bron van positiviteit, maar niet iedereen denkt zo.
‘Mensen van mijn generatie zijn voor 99 procent arbeidsongeschikt geraakt, hebben psychische problemen, of hangen rond in cafés zonder richting in hun leven. Het lijkt alsof ze uitgewist zijn, wat ik erg jammer vind. Ze leefden vaak van dag tot dag, zonder zich zorgen te maken over de toekomst. Toen ze geconfronteerd werden met problemen, zagen ze dit vaak als het einde. Ik zie veel mensen uit mijn generatie nu om hulp vragen. Ik sta altijd voor hen klaar, maar het blijft pijn doen om te zien.’
Wat denk je dat hiervan de oorzaak is?
‘Dat ze in deze situatie zijn beland, heeft deels te maken met hun houding. Ik heb mezelf altijd actief ingezet in de maatschappij, zowel binnen de Turkse gemeenschap als daarbuiten. Ik heb vrijwilligerswerk gedaan, wijkcentra bezocht en bestuursfuncties bekleed, wat mijn kennis heeft vergroot. Veel migranten wilden echter geen Nederlands leren.
‘Je ouders zijn niet voor niets naar Nederland gekomen’
‘Ik heb hard gewerkt om de taal te leren en ben zelfs langs de deuren gegaan om anderen aan te moedigen, hoewel ik vaak werd uitgelachen. Ze zeiden dat het onmogelijk was om Nederlands te leren. Ze dachten niet na over hun toekomstperspectieven en bleven vastzitten in hun eigen Turks-sprekende kring. Hoewel het prima is om je eigen taal te spreken, moet je verder kijken. Je ouders zijn niet voor niets naar Nederland gekomen; je moet streven naar meer dan zij hebben bereikt.’
Hoe help je de mensen van jouw generatie die nu in de problemen zitten? Is het überhaupt nog mogelijk om hen te helpen?
‘Natuurlijk kun je helpen; ik ondersteun mensen onvoorwaardelijk. Eerst deed ik dat op de verkeerde manier, maar daar kwam ik later achter. Ik had hen moeten leren hoe ze zelf hun problemen konden oplossen, in plaats van steeds alles voor hen te regelen.
Als mensen bij me komen zonder enige mogelijkheden en hun tijd bijna om is, zeg ik vaak: ‘Vooruit dan maar.’ Voor anderen die nog wel kansen hebben, zeg ik: ‘Hou op met klagen en doe iets.’ Ze moeten leren hun eigen problemen aan te pakken, in plaats van afhankelijk te zijn van hulp van buitenaf.
Ik probeer hen te inspireren door mijn eigen voorbeeld te tonen. Kijk naar mij: ik leef al acht jaar met een ongeneeslijke ziekte, maar ik blijf actief en productief om gezond te blijven. Het helpen, begeleiden en aansturen van anderen geeft me positieve energie. Ik zeg ook tegen hen: ‘Als je thuis blijft zitten of constant in cafés rondhangt, zal je leven mislukken. Je moet leren genieten en gelukkig zijn met de tijd die je nog hebt.’ Helaas ontbreekt dat besef bij veel mensen. Ze moeten begrijpen dat actief en positief blijven, zelfs te midden van grote uitdagingen, de sleutel is tot een vervuld leven. Dit probeer ik over te brengen met mijn hulpverlening en in mijn boek.”
Mijn levensmarathon, Salman Karasoylu, uitgeverij Boekscout; 196 blz., €26,99
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!