Elke maand gaat de Kanttekening in gesprek met vluchtelingen en statushouders in Nederland. Hoe zijn ze hier gekomen? En hoe hebben zij hun nieuwe leven in Nederland opgebouwd? Deze maand: Abdulaziz.
Abdulaziz is een twintiger. Hij vertrok uit Jemen om ergens anders meer kansen te hebben en vooral meer veiligheid te ervaren.
Gevangen in Jemen
Na het arriveren in Nederland meldde Abdulaziz (zijn volledige naam is bij de redactie bekend) zich meteen als vluchteling en belandde in het asielzoekerscentrum in Ter Apel. Al snel werd hij overgeplaatst naar Deventer, waar hij nu verblijft in afwachting van de beslissing van de immigratiedienst IND. Die valt binnenkort en zijn advocaat ziet het positief in. Hij kan niet wachten totdat hij een burgerservicenummer heeft en mag gaan werken. Dat wil hij verschrikkelijk graag. Niet alleen voor zichzelf, maar ook voor zijn familie in Jemen.
‘Ik kom uit Sanaa, de hoofdstad van Jemen. Het leven is daar verschrikkelijk moeilijk, vooral sinds 2015. Toen brak de oorlog uit. We zaten regelmatig zonder water, zonder elektriciteit én zonder salaris. Dat kan vaak niet worden uitbetaald. Zonder geld overleef je niet, dus daarom ben ik in 2019 in Saoedi-Arabië gaan werken. Daar is het lastig voor mensen uit Jemen, want een Jemenitisch paspoort is niet zo’n sterk reisdocument. Eigenlijk zit je een beetje gevangen in Jemen. Je moet voor vrijwel elk land een visum hebben. Saoedi-Arabië was een land waar ik wel naartoe kon. Ik mocht er werken en geld naar huis sturen. Mijn vader stierf toen ik heel klein was, maar ik heb nog een moeder, broers en grootouders.’
In 2022 werkte Abdulaziz in Saoedi-Arabië als kassamedewerker in een café. Hij raakte bevriend met een collega die hem alles leerde over koffie. Dat zou hem in Nederland van pas komen.
‘Het was onmogelijk voor me geworden om terug te gaan naar Jemen. Er zijn twee regeringen in Jemen die elkaar bevechten, plús dat we worden aangevallen door Saoedi-Arabië. Als ik terugkeer zou ik naar de gevangenis moeten. Ik had namelijk een oproep voor militaire dienst gekregen, waaraan ik geen gehoor heb gegeven.’
Het laatste jaar waarin Abdulaziz in Saoedi-Arabië was veranderde er veel. ‘Ik raakte mijn baan kwijt. Er zijn veel mensen uit Jemen in het Saoedische koninkrijk, meer dan drie miljoen. Op een moment werden werknemers uit Jemen ontslagen en vervangen door Saoediërs. Dit was een vorm van wegjagen. Het was vrijwel onmogelijk geworden om werk te vinden. De kosten voor levensonderhoud in Saoedi-Arabië zijn hoog en werden nog hoger. Zo moesten buitenlanders elke maand hun identificatiebewijzen vernieuwen, wat ontzettend veel geld kostte. Een groot gezin was 20.000 euro per jaar kwijt aan al die papieren, die steeds vernieuwd moeten worden.’
Europese media besteden bijzonder weinig aandacht aan de situatie in Jemen
Abdulaziz had geld gespaard en geld naar zijn familie gestuurd. Dat kon nu niet meer. Hij begreep dat er in Saoedi-Arabië geen toekomst meer voor hem was. Als hij niet werkte moest hij teruggaan naar Jemen, waar hij vanwege zijn dienstweigering en de oorlog zijn leven niet zeker was. Na het bemachtigen van een visum voor Egypte reisde hij daarheen.
‘Ik ben vier maanden in Egypte geweest. Helaas mocht ik daar niet werken, want ik was gearriveerd op een toeristenvisum dat drie maanden geldig was. Dat heb ik één keer kunnen verlengen, wat 50 euro kostte. In Egypte plande ik mijn reis naar Europa. Ik moest weg, want studeren was ook onmogelijk. Daar is namelijk geld voor nodig en dat had ik niet. Er wonen ruim 100 miljoen mensen in Egypte. Ook als je wel mag werken is het lastig om een goede baan te vinden. Het land is wel redelijk vriendelijk richting Jemenieten.’
Hoewel het hem werd afgeraden besloot Abdulaziz vervolgens om naar Rusland te gaan. Hij kreeg te horen dat dit te gevaarlijk was, vanwege de oorlog met Oekraïne, maar hij deed het toch.
‘Ik had geen keus en moest in Europa, in Nederland zien te komen. Ik had gunstige dingen over Nederland gehoord. Vanuit Rusland ben ik naar Belarus gegaan.’
Van daaruit volgde een lange, gevaarlijke reis. Onderweg kon Abdulaziz gelukkig van iemand geld lenen om verder te reizen.
‘Ik arriveerde hier met de trein. O, wat was ik opgelucht en blij toen ik in Nederland was. Hier wilde ik zijn! Ik ben overal in gevaar geweest. In de Arabische landen waar ik was, had ik geen toekomst.’
Filmacademie
Abdulaziz verblijft door toeval in Deventer. ‘Ik mag niet werken, maar ik loop stage bij een koffiebar. Mijn kennis over koffie komt me nu goed van pas. Inmiddels ben ik junior barista. In de toekomst wil ik graag een café openen. Nee, ik weet dat ik moet oppassen met het woord coffeeshop. Daarom zeg ik café. Ik wil echte koffie serveren. Als barista weet je niet alleen alles over koffie zetten, maar ook over koffiebonen. Waar ze vandaan komen, de kwaliteit, hoe ze zijn geroosterd, enzovoort. Er zijn veel mogelijkheden en veel smaken. Mijn persoonlijke favoriet zijn koffiebonen uit Ethiopië. De heerlijke smaken verschillen onderling. De bonen komen uit diverse regio’s en smaken allemaal anders. Dat maakt het zo speciaal.’
Abdulaziz denkt niet in problemen. Hij ziet geen asielproblemen, maar mogelijkheden. ‘Als ik niet was vertrokken, wat was er dan met mij gebeurd? Zat ik dan nu in de gevangenis, of nog erger? Ik heb nu zoveel kansen. Voor mij en mijn familie heb ik de beste beslissing genomen. Uiteraard mis ik hen ontzettend. Als ik straks werk heb en geld kan sparen, dan kan ik hen misschien ontmoeten in een land waarvoor ze een visum kunnen krijgen. Niet in Jemen zelf. Daar kan ik niet meer naar terug.’
Hij zit vol plannen. Eerst wil hij aan het werk. Op een dag wil hij een eigen café en koffiebar hebben. Ook zou hij graag naar de filmacademie willen. ‘Ik heb altijd al filmmaker willen worden. Ik ben ervan overtuigd dat alle mensen, dingen en gebeurtenissen een verhaal met zich meedragen. Zo’n verhaal is de steunpilaar van films. Ik zie in Nederland een thuis dat me zal beschermen, ondersteunen en mij zal helpen te worden wat ik wil worden.’ Zijn eerste taak is Nederlands leren lezen en schrijven. ‘Gelukkig heb ik wat kennis van de Engelse taal. Daardoor ben ik bekend met het westerse schrift. Maar het allerbelangrijkste is dat ik op een veilige plek ben.’
Op de vraag wat hij wel en niet leuk vindt aan Nederland, merkt hij direct op dat hij het hier fijn vindt. ‘Nederlanders zijn aardige mensen. Ze accepteren je, zijn behulpzaam en vriendelijk tegen elkaar. De belangrijkste reden die mij voor Nederland deed kiezen zijn de mensen. De eenvoud van hun handelswijze, de mate waarin ze vluchtelingen accepteren. Van de landen waar ik geweest ben, zijn Nederlanders echt het aardigst. Nederland is goed voor mij. Ik kan niet anders zeggen.’
Nee, hij heeft tot nu toe geen negatieve ervaringen en discriminatie ondervonden. Bij navraag blijkt dat hij weet wie Geert Wilders is. ‘The man with the very blond hair.’ Maar hij is niet bang dat Wilders aan de macht komt en hem deporteert. ‘Ik geloof in de goedheid van de mensen. Die beschermen ons wel.’
Europese media besteden bijzonder weinig aandacht aan de situatie in Jemen. Abdulaziz is voorzichtig als hij spreekt over de situatie in dat land: ‘De problemen begonnen in 2015, maar Saoedi-Arabië valt Jemen nog steeds aan.’
Het gemiddelde journaal mag Jemen dan niet elke dag op het menu hebben staan, hulporganisaties zoals Save the Children, Artsen zonder Grenzen en Amnesty International luiden op hun websites de noodklok wat betreft de situatie in Jemen.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!