Elke maand gaat de Kanttekening in gesprek met vluchtelingen en statushouders in Nederland. Hoe zijn ze hier gekomen? En hoe hebben zij hun nieuwe leven in Nederland opgebouwd? Deze maand: Ramazan Ince. Zijn vrouw en hij zijn van oorsprong Turks, maar ze woonden en werkten in het buitenland toen duidelijk werd dat ze niet meer terug konden naar Turkije. Ze moesten een beslissingen nemen, maar twee dingen stonden als een paal boven water. Het gezin bleef bij elkaar en het woord ‘opgeven’ kenden ze niet.
Ramazan Ince en zijn vrouw waren docenten. Zijn vrouw gaf Engels en Ince wiskunde. Het is overduidelijk dat hij van zijn vak houdt. Tijdens het gesprek komt wiskunde verschillende keren ter sprake. ‘Wij hebben in verschillende landen gewoond en daar les gegeven. Eerst een jaar in Ghana, daarna elf jaar in Nigeria, twee jaar in Irak en tot slot weer in Nigeria. Onze twee oudste kinderen zijn in Nigeria geboren. Alles ging goed tot in 2017. De paspoorten van mijn vrouw en mij werden in verband met bepaalde activiteiten geannuleerd. Helaas konden we ook geen hulp vragen bij de Turkse ambassade. Dit mochten ze ook niet. Onze paspoorten werden niet verlengd. We zijn teruggegaan naar Nigeria, maar daar konden we ook niet op steun rekenen. We moesten iets doen. Daarom zijn we vanuit Nigeria gaan solliciteren in de VS en Canada. Dat stuitte op problemen, want we konden geen visum krijgen. We stonden met onze rug tegen de muur. Mijn vrouw en ik hadden gedacht dat we zelfstandig alles konden oplossen. Toch moesten we tot de conclusie komen dat dit niet zou gaan lukken. We moesten serieus gaan nadenken over het aanvragen van asiel en we moesten handelen. We hadden immers de verantwoordelijkheid voor onze kinderen.’
Alleen weggaan en zijn gezin achterlaten in Nigeria was géén optie. Daar wilde Ince niet aan denken. Het moment waarop de paspoorten van de kinderen zouden verlopen kwam steeds dichterbij en ze waren in Nigeria zonder visum. Ze konden daar dus ook niet werken. De enige vlucht die ze vanuit Nigeria mochten boeken, was naar Amsterdam. Het was een gok, maar wel een gok die ze durfden te wagen. Voor zichzelf en voor hun kinderen. In mei 2018 vertrok het complete gezin naar Nederland.
Ter Apel
Vanaf het eerste moment bewandelden ze de legale weg. Ince benadrukt dat de politie op Schiphol heel vriendelijk was. Ze belandden in Ter Apel, waar ze acht à negen dagen moesten verblijven. ‘Destijds was het er goed. We kregen een echte kamer. Niet groot, maar we sliepen beslist niet buiten. Dat was niet aan de orde. Vervolgens zijn we naar een azc in Budel gegaan, waar we drie maanden zijn gebleven. Daar was het ook redelijk rustig. Sommige gebouwen stonden zelfs leeg. Alleen hadden we slechts één kamer. De badruimte en het toilet moesten worden gedeeld met anderen, wat gevolgen heeft voor je privacy. Vooral voor mijn vrouw was dat niet prettig als ze voor het bidden haar handen, armen en voeten wilde wassen. In Nigeria hadden we een groot huis met meerdere badruimten. Bovendien gingen mijn vrouw en ik naar ons werk en de kinderen naar school. In Nigeria werkten we op een kostschool en daar was altijd wel iets te doen. We gaven niet alleen les, maar op een kostschool werken is een way of life. Nu zaten we ineens in één kamer, waardoor we meer dingen samen gingen doen. Daardoor werd onze onderlinge band wel steviger dan ooit. De kinderen vonden het leuk, maar minder leuk was dat er in Budel geen school voor hen was.’
Na Budel verhuisde het gezin Ince naar Gilze Rijen, waar ze ook gesprekken met de IND hadden. De kinderen gingen er naar school. Na een week stond de volgende verhuizing voor de deur, namelijk naar Leersum.
De enige vlucht die ze vanuit Nigeria mochten boeken, was naar Amsterdam
Fietsen
‘Vanaf 3 september 2018 kregen de kinderen in het azc Nederlandse les van leraren van een school. In december kregen we te horen dat onze zoons na de kerstvakantie naar de gewone school mochten. Dat was in Doorn. Mijn vrouw en ik waren trots op onze jongens, maar we kregen wel met iets nieuws te maken. In Nigeria woonden we op de campus. De kinderen gingen daar naar school op ons eigen terrein. Nu moesten onze zoons een paar kilometer fietsen om op school terecht te komen. Natuurlijk stemden we ermee in, maar het was een nieuwe ervaring. We merkten dat er op school heel goed op onze kinderen werd gelet.’
De oudste zoon is inmiddels 16 jaar, de middelste 12 jaar en de jongste, die in Nederland werd geboren, is 16 maanden. De oudste twee spreken accentloos Nederlands, wat onlangs ook op de school van een van de twee werd gezegd. Ince is daar erg trots op.
Cursus Microsoft
Ince en zijn vrouw wilden ontzettend graag aan de slag. Na negen maanden kregen ze het felbegeerde BSN. Zonder dat nummer mag je in Nederland niet werken. ‘Natuurlijk was ik dolblij met de toewijzing van dat nummer, maar dan ben je er nog niet. Ik solliciteerde wel, maar ik kreeg overal te horen dat ze niet begonnen aan iemand die nog geen verblijfstatus had en geen Nederlands sprak. Bovendien vond ik dat een vader die niet werkte geen goed voorbeeld was voor de kinderen. Online vond ik een cursus van Microsoft en die ben ik gaan volgen. Via Hack your future ontdekte ik de ICT-cursus webdesign. Nu zagen mijn kinderen een vader die ook huiswerk had en bezig was.’
Op een moment ontmoette Ince iemand die bij Microsoft werkte en hem vertelde over de Azure Academy. Dat is een initiatief van de ITPH Academy in samenwerking met Microsoft. Iedereen, mensen met een beperking, werklozen, werkzoekenden, studenten en ook vluchtelingen krijgen via de Azure Academy hulp bij het opbouwen van een carrière in de IT door middel van het organiseren van opleidingen voor deze doelgroep. Je hoefde geen werkervaring in de IT te hebben. De opleiding stond open voor iedereen. Of Ince interesse had.
Hogeschool Utrecht
‘Reken maar dat ik ja zei! Het duurde zes maanden, maar het was in Amsterdam. Vanuit Leersum was het een beetje lastige reis, plus dat ik een abonnement had gekregen voor de daluren. Dit betekende dat ik ’s ochtends het azc al om half zes moest verlaten om de trein van half zeven te halen. Ik moest in Amsterdam zijn voordat de daluren voorbij waren. ’s Avonds was het precies hetzelfde. Naar huis gaan kon pas als de daluren waren ingegaan. Het was een heel zware periode, maar ik ben heel blij dat ik het heb gedaan. Eigenlijk is er een uitzondering voor me gemaakt, want de opleiding staat open voor statushouders en niet voor asielzoekers. De kans dat ik asiel zou krijgen was groot en daarom mocht ik meedoen. Er waren 15 deelnemers die allemaal zijn geslaagd. Ik kreeg de kans om stage te lopen bij Fujitsu en kwam daar in vaste dienst. Alleen ben ik een onderwijsman. Hoe blij ik ook was met het hebben van een baan, ik wilde naar het onderwijs terug. Ik vond een baan bij de Hogeschool Utrecht. Deze werkplek is beter voor me. Ik werk veel vanuit huis, maar als ik op mijn werk ben moet ik Nederlands spreken. Bij Fujitsu was de voertaal Engels. Mijn collega’s bij de Hogeschool Utrecht zeggen tegen me dat ik Engels mag praten als ik er niet uitkom. Heel aardig van ze, maar ik moet Nederlands leren en dus Nederlands spreken. Voor mij is het als bèta lastig om te wennen aan een nieuwe taal. Toch is het beter om zoveel mogelijk te oefenen. Als mijn Nederlands goed genoeg is, dan kan ik misschien weer docent wiskunde worden.’
Kort voordat Ince aan de slag ging bij Fujitsu kreeg het gezin een woning toegewezen in de omgeving van Utrecht.
Ziek geweest
Vorig jaar werd Ince ziek en moest naar het ziekenhuis. Uiteindelijk is hij geopereerd, waardoor ook de heimwee toesloeg. ‘In Turkije staat je complete familie aan je bed, maar dat kon natuurlijk niet. Wij kunnen beslist niet naar Turkije gaan en geen van onze familieleden kreeg een visum. Mijn broer heb ik wel gezien, want hij moest voor zijn werk in Duitsland zijn. De broer van mijn vrouw heeft ons ook bezocht. We hebben geprobeerd om een visum te krijgen voor mijn moeder, wat niet lukte. De ambassade in Turkije zei nee. We hebben bezwaar gemaakt bij de IND, die wel een visum gaf. Mijn moeder is tijdelijk hier. Dat is écht een cadeau. Ik had haar zeven jaar niet gezien. In januari gaat ze terug.’
Mensenrechten binnen het onderwijs
Samen met een vriend heeft Ince in oktober 2020 de stichting Broken Chalk opgericht. Deze stichting roept op tot erkenning van geweld tegen vrouwen en meisjes en de invloed hiervan op het onderwijs. Daarnaast richten ze zich op het schenden van mensenrechten binnen het onderwijs. Hoeveel problemen Ramazan Ince zelf ook heeft, hij vergeet zijn medemens niet. Bovendien is hij een onderwijsman in hart en nieren.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!