Een prominent lid van de antiracismebeweging is haar baan kwijtgeraakt na een ‘extreemrechtse hetze’ door GeenStijl en fanatieke twitteraars, melden boze mede-activisten.
Het gaat om BIJ1-lid Marisella de Cuba. Onlangs bekladde zij, in naam van de antiracistische actiegroep We Promise, verschillende plekken op straat rond het standbeeld van Jan Pieterszoon Coen in Hoorn.
We Promise geeft aan dat er teksten werden aangebracht met behulp van milieuvriendelijk spuitkrijt, dat met een regenbui verdwijnt. Toch deed de gemeente aangifte tegen haar.
Ook berichtte het anonieme Twitter-account ‘Vizier op Links’ over de actie van De Cuba. Het bericht werd massaal geretweet. Het Twitter-account noemde ook haar werkgever. GeenStijl nam het bericht vervolgens over.
Nu is De Cuba haar baan kwijtgeraakt, zegt zijzelf op Facebook. Haar werkgever zal haar contract niet verlengen.
Het Amsterdamse BIJ1-raadslid Jazie Veldhuyzen reageert op hetzelfde medium furieus: ‘Als gevolg van de extreemrechtse hetze raakt zij nu haar baan kwijt. Dit zouden wij niet mogen laten gebeuren.’ Hij zegt met andere activisten bezig te zijn ‘om solidariteit te organiseren’.
Het BIJ1-raadslid roept mensen ook op om de werkgever van De Cuba te mailen: ‘Laat hen weten waarom zij niet moeten zwichten voor de druk vanuit extreemrechts en waarom vreedzaam verzet tegen de verering van een koloniale massamoordenaar een noodzaak is!’ Tientallen mede-activisten hebben zijn oproep gedeeld.
De uit Hoorn afkomstige Jan Pieterszoon Coen (1587-1629) was als gouverneur-generaal van de VOC verantwoordelijk voor het afslachten van de bewoners van de Banda-eilanden in Indonesië. Het standbeeld voor Coen in Hoorn staat daar sinds 1893.
UPDATE: De Cuba vond vandaag onderstaande brief in de bus, meldt Veldhuizen. De activiste is in het verleden ‘talloze malen’ bedreigd door extreemrechtse lieden, schreef Veldhuizen al op Facebook.