Er zijn volgens lokale bronnen acht burgers in Noord-Syrië omgekomen bij Turkse luchtaanvallen op Syrisch-Koerdische militanten. Turkije heeft de bombardementen op Koerdische doelwitten in de regio opgevoerd na de dood van twaalf Turkse soldaten (Noord-Irak). Zo meldt de nieuwssite Turkish Minute.
De meeste bombardementen werd net over de Turks-Syrische grens in Qamishli uitgevoerd, een semi-autonoom gebied in handen van de Syrisch-Koerdische SDF (Syrian Democratic Forces) en het Syrische regime. Vijf van de burgerslachtoffers zouden medewerkers zijn van een uitgever.
Ook andere civiele infrastructuren in handen van de lokale Koerdische bevolking werden gebombardeerd, zoals olieraffinaderijen.
Turkije ziet de SDF als de Syrische vertakking van de verboden Koerdische PKK, die op de terreurlijst staat van Turkije, de VS en de EU. De SDF ontkent dat.
De PKK is met de Turkse staat al bijna veertig jaar verwikkeld in een gewapende strijd voor meer autonomie in overwegend Koerdische gebieden in Turkije. Die strijd wordt ook gevoerd in de buurlanden Syrië en Irak, waar de PKK-leiding zich bevindt (Qandil-gebergte in Irak).
In 2015 mislukte een wankel vredesproces tussen Turkije en de PKK. Na een bloedige campagne in het zuidoosten, heeft het Turkse leger de strijd met de PKK steeds meer naar de buurlanden Syrië en Irak gedrukt.
In de strijd tussen Turkije en de PKK zijn in veertig jaar meer dan 40.000 doden gevallen. Het merendeel van de burgerslachtoffers zijn Koerden in het zuidoosten van Turkije.
