‘Herkenbaar‘, vindt columnist Yesim Candan een column van collega Hassnae Bouazza over ‘het eeuwige buitenstaander zijn’. Ze lijken er beiden helemaal klaar mee te zijn. ‘Inmiddels ben ik een middelbare vrouw, vergroeid met Nederland, maar de vraag ‘waar kom je vandaan?’ blijft gesteld worden’, schrijft Bouazza in het vrouwenblad Linda.
‘Ook al zijn mensen hier geboren en hun ouders ook, ze worden door de goegemeente, de politiek voorop, nog steeds als buitenstaanders gezien’, aldus Bouazza, die in de focus op afkomst in Nederland zelfs ‘zondebokpolitiek’ ziet.
De eerste keer dat ze ermee te maken kreeg, was ze zes. Ze werd door haar oudere zus meegenomen naar een lokale gymclub, schrijft zij. ‘Ben je een Turk?’ vroeg de juf haar. ‘Nee, Marokkaan’, antwoordde de jonge Bouazza.
De columnist, onder andere van NRC, pakt de nieuwe leider van de SP, Jimmy Dijk, aan. Bij een partijbijeenkomst opperde hij dat geen enkel onderwerp taboe meer mag zijn bij links. Dus ook niet migratie en integratie.
Bouazza vraagt zich openlijk af ‘onder welke steen’ de SP-voorman heeft geleefd. ‘Als er ergens geen taboe over is, dan toch zeker migratie en integratie. Iedere verkiezing is het een hoofdthema.’
Dijk doet al langer de wenkbrauwen fronsen bij migrantengemeenschappen. Zo kreeg hij eerder dit jaar veel kritiek toen hij in NRC zijn pijlen richtte op de hoofddoek. Hij vindt het niet kunnen dat we dat kledingstuk kunnen ‘verheffen tot symbool van vrijheid van de vrouw‘.
Bouazza denkt dat er juist een andere vorm van taboe is in Nederland: opkomen voor gelijkheid en tegen racisme. ‘Als je dat doet, wordt je slachtofferschap verweten.’