De Turkse president Erdogan kijkt met argusogen naar een recent voorstel van de seculiere oppositiepartij CHP, die de hijab in publieke functies grondwettelijke garanties wil geven. Erdogan kan niet achterblijven en heeft de inzet verhoogd: hij wil een heus referendum organiseren voor de hoofddoek en ‘familiewaarden’.
De hoofddoek is na jaren van afwezigheid in de Turkse politiek weer volop in de aandacht. Erdogan lijkt overdonderd door het seculiere voorstel rond de hoofddoek, dat lange tijd vooral paradepaardje van de islamisten was. Het CHP-voorstel is een handreiking naar conservatieve moslims, die de partij nodig zal hebben om Erdogans regeringspartij AKP te verslaan bij de verkiezingen van komend jaar. Met het referendum lijkt Erdogan het initiatief terug te willen nemen.
‘De leider van de CHP heeft de lang vergeten hoofddoek weer onderwerp van discussie gemaakt’, zei Erdogan dit weekend tijdens een toespraak in de plaats Malatya. ‘Laten we de vrijheid om een hoofddoek te dragen constitutioneel waarborgen en zo een hart onder de riem steken van onze meisjes en zusters. Laten we dit middels een referendum oplossen en het volk laten beslissen.’
Saillant detail: hij koppelt ‘de bescherming van familiestructuren’ er aan vast. Het constitutionele hoofddoek-amendement dat de AKP per referendum wil invoeren, komt dus met ‘waarborgen’ voor ‘de bescherming van het gezin’, dat volgens Erdogan bestaat uit ‘de unie van de man en vrouw’.
‘Het concept van het gezin is voor ons onvervangbaar. Een sterke natie komt met een sterk gezin. De laatste tijd hebben ze de LHBT geïntroduceerd in onze samenleving. Zo proberen ze familiestructuren te ontaarden’, aldus Erdogan.
De seculiere oppositieleider Kemal Kilicdaroglu reageerde meteen op Erdogans referendumvoorstel via Twitter: ‘Ga je een nep-Orbannetje doen, Erdogan? Dit is Turkije, niet Hongarije. Steun het wetsvoorstel (van de CHP, red.), niet het referendum. Heb je de moed daar wel voor?’
De Hongaarse premier Orban organiseerde eerder dit jaar een referendum over ‘seksuele oriëntatie’, dat volgens vele mensenrechtenorganisaties de haat tegen de LHBTIQ+-gemeenschap heeft aangewakkerd.