De Leidse migratieprofessor Leo Lucassen bestrijdt het VVD-narratief dat jongeren met een migratieachtergrond vaker crimineel zijn.
‘Aangezien het verschil tussen jongeren met en zonder migratieachtergrond als het gaat om criminaliteit vrijwel verdwijnt wanneer je rekening houdt met hun sociaaleconomische positie, is het enige wat benoemd moet worden, sociale ongelijkheid (en etnisch profileren)’, schrijft de hoogleraar op X.
Lucassen ontkent overigens niet dat jongeren uit bepaalde etnische groepen oververtegenwoordigd zijn in de criminaliteitsstatistieken, maar hij ontkent dat dit iets te maken heeft met etniciteit of cultuur. De sociaaleconomische factor weegt volgens hem veel zwaarder.
Lucassen verwijst naar een onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek uit 2020, waarin vijf verklaringen worden genoemd die kunnen leiden tot crimineel gedrag van jongeren: 1) gezins- en ouderlijke structuur, 2) crimineel verleden van de ouders, 3) sociaaleconomische positie, 4) individuele verschillen en 5) buurtkenmerken. De sociaaleconomische verklaring is volgens Lucassen het belangrijkste.
In het CBS-artikel wordt ook het ‘gevoel er niet bij te horen’ genoemd als mogelijke factor. Dit gevoel kunnen mensen krijgen als ze (stage-)discriminatie ervaren of in de media een bepaald etiket opgepakt krijgen. ‘Mogelijk speelt dit een rol en werkt dit deviant gedrag (dat afwijkt van de geldende culturele normen, red.) in de hand, maar met de beschikbare gegevens kan niet worden uitgesloten noch worden bevestigd dat deze mechanismen bijdragen tot de gemeten verschillen tussen groepen.’
Leo Lucassen is een belangrijke stem in het publieke debat. Vanwege zijn progressieve standpunten krijgt hij veel kritiek over zich heen. Zo beschuldigt de rechtse opiniewebsite Wynia’s Week de hoogleraar van het knoeien met cijfers.