De Jordaanse regering trad deze week opnieuw hard op tegen groepen die vermeende banden hebben met de Moslimbroederschap. De islamistische beweging is sinds 23 april dit jaar officieel verboden in het Arabische land, en de regering doet er alles aan om de invloed zo klein mogelijk te houden.
Dit keer ging het om het Forum voor de Training en Empowerment van Vrouwen en Kinderen, een organisatie voor gezinsondersteuning, de Green Crescent Charity, een kinderorganisatie genaamd Al Urwah Al Wuthqa Association, en het Sawaed Al Ata Initiative. Ze zouden niet duidelijk kunnen maken waar hun geld vandaan komt, meldt Middle East Eye.
De gevoeligheid rond de Moslimbroederschap is niet nieuw. Net als in andere landen in het Midden-Oosten ziet koning Abdullah II de beweging als een bedreiging voor zijn eigen machtspositie. De populariteit van de Moslimbroederschap is de laatste maanden inderdaad flink gegroeid. Volgens de regering was dit echter niet de reden voor het verbod. De beweging zou aanslagen in het land plannen. Het verbod maakte de politieke tak – het Islamic Action Front (IAF) – vleugellam.
Regionale positie
De organisatie is verboden in Egypte, Saoedi-Arabië, Bahrein en de Verenigde Arabische Emiraten. Tijdens de bombardementen tussen Iran en Israël liet ze expliciet weten achter Iran te staan en riep ze op tot eenheid binnen de moslimgemeenschap. ‘Israël maakt geen onderscheid tussen onze verschillende sektes’, zei waarnemend leider van de beweging, Salah Abdel Haq.
De stijging in populariteit van de groep, die al in 1928 in Caïro werd opgericht, kan worden gezien als een reactie op het geweld in Gaza en de passieve houding van Arabische leiders ten opzichte van Israël.
Lees verder:
Waarom zorgde het Franse rapport over de Moslimbroederschap voor opschudding?