Gisteren vierden veel Nederlanders Keti Koti, de dag waarop wordt stilgestaan bij de afschaffing van de slavernij in Suriname op 1 juli 1863. Er gaan stemmen op om van Keti Koti een nationale feestdag te maken, net als in Suriname het geval is.
Blogger Deborah Cameron vertelt aan Den Haag FM dat Keti Koti een nationale feestdag moet worden. ‘Het is een onderdeel van de Nederlandse geschiedenis. En om er meer bekendheid aan te geven en om het op te nemen in het nationale archief, zou het fantastisch zijn als er landelijk aandacht zou zijn voor deze dag.’
Rosemarijn Hoefte, hoogleraar Surinaamse geschiedenis aan de Universiteit van Leiden, is op Radio 1 terughoudender. Nederland doet volgens haar weinig aan nationale feestdagen: ‘Zelfs 5 mei is niet elk jaar een officiële feestdag. Maar ik vind het wel belangrijk dat er een moment van reflectie is over ons koloniale verleden. En dat zou wat meer aandacht moeten krijgen.’
In 2017 pleitte Sylvana Simons’ partij Bij1 – toen nog Artikel 1 geheten – er al voor dat Keti Koti een nationale feestdag moet worden.
Keti Koti is sinds 1960 een nationale feestdag in Suriname. In Nederland werd Keti Koti in 1963 voor het eerst herdacht door een enkele Surinamers.