De vertrekkende voorzitter van het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee), Linda Nooitmeer, geeft vandaag in het Verzetsmuseum in Amsterdam de jaarlijkse Anton de Kom-lezing, getiteld ‘Het onvertelde verhaal van zwarte vrouwen’.
Daarna is er nog een nagesprek dat wordt geleid door Karel Smouter, co-hoofdredacteur van dagblad Trouw, waarin Nooitmeer meer uitleg geeft over haar persoonlijke geschiedenis.
Zo zou haar vader nooit echt hebben meegedaan aan de Keti Koti-vieringen in Suriname, en nam hij haar altijd mee naar achtergestelde buurten op 1 juli om de doorwerking van het slavernijverleden te tonen, aldus Nooitmeer in Trouw.
In de lezing, die overigens al is uitverkocht, legt Nooitmeer de focus op hoe zwarte vrouwen hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van onze samenleving, ‘ondanks de systematische onderdrukking’.
De Anton de Kom-lezing is een initiatief van het Verzetsmuseum en dagblad Trouw, waarin jaarlijks aandacht wordt gevraagd voor de strijd tegen intolerantie en discriminatie, en voor de geschiedenis van minderheidsgroepen en hun positie in de Nederlandse samenleving.
In het interview met Trouw reflecteert Nooitmeer ook op de huidige politieke ontwikkelingen in de samenleving. ‘Het is goed dat de excuses voor het slavernijverleden zijn gemaakt, maar nu moeten we ervoor zorgen dat alle verschillende gemeenschappen in Nederland er mogen zijn,’ zegt ze. ‘Dat er niet meteen gepraat wordt over het afpakken van paspoorten wanneer er wrijving is, alsof je iemands zijn kan afnemen.’
De Surinaams-Nederlandse Anton de Kom (1898-1945) streed tegen koloniale onderdrukking in Suriname en was in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het verzet tegen nazi-Duitsland. Hij stierf in 1945 in een concentratiekamp.