Demissionair minister David van Weel (VVD) wil het Nederlandse toelatingsbeleid voor Syrische asielzoekers per direct aanscherpen.
Van Weel neemt zijn besluit op basis van een recent intern rapport van Buitenlandse Zaken over de situatie in Syrië, ook wel een ambtsbericht genoemd. De regering-Schoof heeft onlangs besloten om dit soort rapporten voortaan niet langer openbaar te publiceren.
Volgens de minister is de veiligheidssituatie in Syrië zodanig verbeterd dat een groot deel van de 17.000 lopende en toekomstige asielaanvragen kan worden heroverwogen. ‘Door de val van het regime van Assad kan het voorheen algemene uitgangspunt van beleid dat Syriërs een reëel risico op ernstige schade lopen bij terugkeer worden verlaten’, schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer.
Maar het besluit stuit op scherpe kritiek van mensenrechtenorganisaties. VluchtelingenWerk Nederland noemt het ‘voorbarig’. Volgens de ngo blijkt uit hetzelfde ambtsbericht dat de veiligheidssituatie in het land volatiel en instabiel is en dat het beeld per gebied en per week kan verschillen. Ook de Nederlandse tak van VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR stelt dat niet voldaan is aan de voorwaarden om de vluchtelingenstatus van Syrische asielzoekers te beëindigen. De organisatie roept op tot naleving van het internationaal recht, waaronder het non-refoulementbeginsel: het verbod op terugzenden van mensen naar onveilige gebieden.
Het Syrische Comité, dat zich inzet voor democratisering in Syrië, is het deels eens met Van Weel. ‘Het klopt dat het minder gevaarlijk is, maar dat betekent niet dat het overal in Syrië veilig is natuurlijk’, zegt bestuurslid Zaher Toma. ‘Zeker als je een andere mening hebt dan het regime, dat een jihadistische achtergrond heeft.’
Er blijven enkele uitzonderingscategorieën bestaan, waaronder lhbtiq+-personen, mensen die de islam vaarwel hebben gezegd en alawieten. Toch waarschuwt VluchtelingenWerk dat de IND de tijd moet kunnen nemen tot een zorgvuldige beoordeling kan worden overgegaan, om zo gedwongen terugkeer naar onveilige situaties te voorkomen.
Voor terugkeerders stelt Van Weel een financiële ondersteuning in het vooruitzicht: tot 800 euro voor de eerste dagen en maximaal 2000 euro in natura, zoals een opleiding of ondersteuning bij het starten van een bedrijf.
Het aangescherpte Nederlandse asielbeleid voor Syriërs geldt zowel voor nieuwe aanvragen als voor dossiers die nog in behandeling zijn — in totaal gaat het om zo’n 17.000 zaken. Voor Syrische vluchtelingen die al een verblijfsstatus hebben (de zogeheten statushouders), blijft de situatie voorlopig ongewijzigd.
In 2026 zal het kabinet het beleid opnieuw evalueren.