Nourdin el Ouali, politiek leider van de islamitische partij Nida, wil dat Nederland aan twee islamitische organisaties die in Frankrijk dreigen te worden verboden ‘een veilig toevluchtsoord’ biedt. Dit schrijft Dagblad 010.
Het gaat om de Organisatie Tegen Islamofobie in Frankrijk (CCIF) en de NGO BarakaCity. Volgens El Ouali heeft Frankrijk een ‘heksenjacht geopend op het ‘islamisme”. ‘Allerlei organisaties die nooit eerder rechterlijk zijn veroordeeld voor iets strafbaars, worden nu door de regering verboden verklaard en bestempeld als ‘vijanden van de republiek’.’
Volgens El Ouali wakkert de Franse regering op deze manier polarisatie aan, waardoor het extremisme wordt versterkt. Zelfs CCIF, een organisatie die zich juist zou inzetten voor gelijkwaardigheid, vrijheid en rechtvaardigheid, is volgens de Nida-voorman nu niet meer veilig.
Nederland zou daarom voor beide islamitische organisaties in de bres moeten springen. El Ouali zegt dat ons land een reputatie heeft hoog te houden als het om gewetensvervolgden gaat.
‘In het verleden was Nederland eerder een toevluchtsoord voor Fransen. Zoals in de zeventiende en achttiende eeuw voor Hugenoten die in Frankrijk vanwege hun geloof werden vervolgd. Misdaden van enkelingen werden ook toen toegeschreven aan een bevolkingsgroep. In een meer rechtvaardig en tolerant Nederland vonden Hugenoten toen vrede en toekomst. Wat Nida betreft geldt dit nu ook voor een Franse moslimorganisatie als CCIF.’
Nida is in Rotterdam, Den Haag en Almere in de gemeenteraad vertegenwoordigd. De partij hoopt maart volgend jaar in de Tweede Kamer te komen.
