Het plan van PVV-minister Reinette Klever om afgewezen Afrikaanse vluchtelingen naar Oeganda te brengen, is ontvangen met veel kritiek. Nederland zou te weinig rekening houden met de slechte omstandigheden in het Oost-Afrikaanse land.
De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp presenteerde het plan tijdens een werkbezoek aan Oeganda en stelde voor dat minister Marjolein Faber van Asiel en Migratie het plan verder zou uitwerken. Dit meldde de NOS gisteren.
Het kabinet wil uitgeprocedeerde asielzoekers snel kunnen uitzetten, maar niet iedereen kan terug naar zijn eigen land. De minister ziet Oeganda als een potentieel opvangland, omdat Nederland er goede betrekkingen mee heeft. Nederland zou Oeganda financieel ondersteunen voor de opvang.
Volgens experts betekenen de goede betrekkingen echter niet dat Oeganda een geschikt opvangland is. “De mensenrechtensituatie in Oeganda verslechtert heel snel en op alle fronten,” zei Nicholas Opiyo, een van de meest prominente mensenrechtenadvocaten in Oeganda, tegen de NOS. In Oeganda kunnen homoseksuelen worden vervolgd, en wordt de politieke oppositie hard neergeslagen.
Volgens experts op dezelfde nieuwssite is het plan bovendien niet uitvoerbaar. Mark Klaassen, universitair docent Europees migratierecht, zei dat een uitgeprocedeerde asielzoeker alleen naar het land van herkomst mag worden gestuurd, en niet naar een ander land, tenzij die persoon daar zelf mee instemt.
