De Nederlandse staat biedt 5.000 euro ter compensatie aan Indonesische nabestaanden van menselijke tweegevechten die door Nederlandse soldaten werden georganiseerd tijdens de zogeheten ‘politionele acties’ in 1945-1949.
De tweegevechten, waar op het eiland Sulawesi tenminste zes van werden gehouden, zijn onderdeel van de vele oorlogsmisdaden die Nederlandse militairen begingen in Indonesië.
KNIL-soldaten (Koninklijk Nederlands Indisch Leger) vroegen bij aankomst in een dorp aan de lokale bevolking wie er bij het anti-Nederlandse verzet betrokken was. Vervolgens werd de Indonesische verzetsstrijder gedwongen te vechten tegen zijn verklikker. Aan het eind van het gevecht werden beide mannen geëxecuteerd.
Een van de officieren die de gevechten organiseerde was kapitein Eduard Rijborz. Hij was onderdeel van het Depot Speciale Troepen onder leiding van de beruchte KNIL-kapitein Raymond Westerling. In 1947 ontving Rijborz de Bronzen Leeuw, een hoge militaire onderscheiding, voor zijn ‘bijzonder moedige en beleidsvolle daden.’
Door elf nabestaanden en getuigen van de menselijke tweegevechten zijn nu rechtszaken aangespannen tegen de Nederlandse staat. Onder hen ook de 82-jarige Ambo Asse, die op tienjarige leeftijd een tweegevecht moest aanschouwen dat in 1947 in zijn dorp Lisu plaatsvond. Asse tekende hoe dit tweegevecht eraan toeging in zijn dorp (foto). Hij woont er nog steeds.
Het schikkingsvoorstel van 5.000 euro staat in schril contrast met de 30.000 euro die advocate Liesbeth Zegveld had geëist namens Stichting Comité Nederlandse Ereschulden (K.U.K.B.), die de Indonesische nabestaanden bijstaat.
‘Het is duidelijk dat de Nederlandse staat hiermee probeert om de bedragen van compensaties zo laag mogelijk te houden’, stelt voorzitter Jeffry Pondaag.
De schikking houdt verder in dat de Nederlandse staat de proceskosten niet langer zal vergoeden wanneer Indonesische slachtoffers in de toekomst zullen procederen. Wel worden de proceskosten van deze en andere rechtszaken in de toekomst gecompenseerd wanneer de Indonesische nabestaanden de schikking accepteren.
Volgens K.U.K.B.-voorzitter Pondaag wil de Nederlandse staat hiermee voorkomen dat er in de toekomst hogere bedragen kunnen worden afgedwongen. ‘Hoe schaamteloos kun je zijn als land? Hoezo 4 en 5 mei?’
In 2011 won K.U.K.B. zijn eerste rechtszaak tegen de Nederlandse staat voor het bloedbad in het dorp Rawagede. Het Nederlandse leger executeerde daar in 1947 ruim vierhonderd Indonesische burgers.
Nadat die rechtszaak werd gewonnen zette K.U.K.B. haar missie voort. Zo won de stichting in 2015 een rechtszaak waarmee de Nederlandse staat aansprakelijk werd gesteld voor de onrechtmatige executies van ongeveer 3.500 Indonesische burgers op het eiland Zuid-Sulawesi tijdens de ‘politionele acties’.