14.3 C
Amsterdam

Syrische overgangsregering: minderheden zijn ook vertegenwoordigd

Lees meer

Syrië heeft sinds dit weekend een nieuw kabinet. Hoewel de belangrijkste posities toekomen aan de inner circle van Ahmed al-Sharaa, zetelen ook een christelijke vrouw, een alawiet, een Koerd en een druus in de nieuwe ministerraad.

Hoewel het nog steeds een overgangsperiode betreft, zullen de 23 ministers de komende vier tot vijf jaar dienen als vertegenwoordigers van het land in opbouw. De benoemingen volgen op de grondwettelijke verklaring van eerder deze maand en vervangen de tijdelijke machthebbers die in december werden aangesteld.

Volgens Syrië-expert Fabrice Balanche zijn de belangrijke portefeuilles gegeven aan ‘voormalige wapenbroeders’ die ook deel uitmaakten van het bestuur in Idlib, meldt nieuwsdienst AFP.

De meest opvallende benoeming is die van Hind Kabawat tot minister van Sociale Zaken en Arbeid, de eerste vrouw die door Al-Sharaa werd benoemd. Kabawat is christen en draagt geen hoofddoek. Verder valt de benoeming van een nieuwe grootmoefti op. Deze ging naar Osama al-Rifai, die geldt als een matigende stem en meerdere fatwa’s uitvaardigde tegen HTS.

Desalniettemin is er veel wantrouwen richting het nieuwe kabinet. De autonome Koerdische regering in het noordwesten van Syrië verwierp zondag de legitimiteit van de nieuwe nationale regering omdat het de diversiteit van het land niet weerspiegelt. In diezelfde woorden verwierp het eerder de tijdelijke grondwet. Bovendien is er niemand uit de autonome Koerdische regering benoemd, terwijl deze vorige maand een overeenkomst sloot over integratie met de nieuwe regering.

Volgens een anonieme bron in The Economist is Al-Sharaa weinig bereid om de macht te delen. Hij zou aan micro-management doen, niet delegeren en anderen nauwelijks vertrouwen. De posten die nu aan minderheden zijn gegeven, hebben weinig impact en zijn waarschijnlijk bedoeld om het Westen zoet te houden in de hoop dat sancties worden opgeheven, schrijft Jenne Jan Holtland in de Volkskrant. 

Tegelijkertijd moeten we ook niet te veel verwachten, vindt Aron Lund van de denktank Century International. ‘Elke regering moeite zou hebben om stabiliteit in het land te brengen. Een radicale islamitische factie aan de macht zien komen en minderheden erbij betrekken, zelfs op een symbolische manier, is misschien niet ideaal, maar het had erger gekund’, zei hij volgens AFP. 

- Advertentie -