Turkije is in gesprek met de Verenigde Naties om Syrische vluchtelingen terug te sturen, zei de Turkse buitenlandminister Mevlüt Cavusoglu (foto) gisteren.
Een woordvoerder van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR reageert ontwijkend. Alleen een politieke oplossing voor het Syrische conflict kan ervoor zorgen dat Syriërs op vrijwillige basis kunnen terugkeren naar hun land, aldus de UNHCR.
Het terugsturen van Syriërs zou een breuk betekenen met de algemene lijn die de UNHCR hanteert met betrekking tot vluchtelingen uit Syrië, een land dat nog altijd als gevaarlijk wordt geacht en waar het conflict in verschillende gebieden van het land nog steeds voortduurt.
Toch wil Turkije nu Syriërs terugsturen. De sfeer in het land tegen vluchtelingen wordt er steeds vijandiger. Onlangs waren er pogroms tegen Syriërs in de hoofdstad Ankara, nadat een Turkse jonge man was doodgestoken door een groep jongens met een Syrische achtergrond.
Alhoewel minister Cavusoglu zegt dat het ‘fout’ is om op ‘racistische en fascistische wijze’ naar de Syrische vluchtelingenkwestie te kijken, wil Turkije er geen vluchtelingen meer bij.
Naast de 3,7 miljoen Syrische vluchtelingen zijn er nog ongeveer 330.000 andere asielzoekers in Turkije, vooral Afghanen. Tegen hen wordt vanuit verschillende Turkse politieke stromingen, niet in de laatste plaats door de seculiere oppositiepartij CHP, geëist dat ze vertrekken, ondanks de onveilige oorlogssituatie in hun land van herkomst.
In 2016 heeft de EU met Turkije een deal gesloten om Syriërs buiten de EU-grenzen te houden. Er is al enige tijd overleg tussen de EU en Turkije om die deal te vernieuwen.