Ekrem Imamoglu, de nieuwe burgemeester van Istanbul, heeft de onlangs afgezette Koerdische burgemeesters een hart onder de riem gestoken.
Twee weken geleden werden drie Koerdische burgemeesters, allen lid van de pro-Koerdische partij HDP, ontslagen door de Turkse overheid. Zij zouden hun posten hebben gebruikt voor ‘het ondersteunen van terroristische activiteiten’ van de PKK, die sinds 1984 een gewapende opstand voor Koerdisch zelfbestuur voert, aldus het Ministerie van Binnenlandse Zaken.
In de oostelijke provincie Diyarbakir sprak Imamoglu, zelf lid van de linkse CHP, dit weekend met de afgezette burgemeesters. Hij vindt hun lot haaks staan op de democratie: ‘De wil van het volk mag door onze bestuurders niet zomaar terzijde worden geschoven.’
Het komt niet vaak voor dat een CHP-kopstuk met uitgestoken hand het oostelijke, grotendeels Koerdische deel van Turkije betreedt. Van oudsher is de CHP niet bepaald populair onder Koerden. Maar terwijl CHP-parlementariërs zich nog altijd verzetten tegen hernieuwde vredesonderhandelingen tussen de Turkse staat en de PKK, hebben linkse Turken en Koerden de handen ineengeslagen om het Erdogan zo lastig mogelijk te maken.
Het wordt algemeen aangenomen dat Imamoglu de burgemeestersverkiezingen van dit jaar niet kon winnen zonder de steun van de HDP. Door zijn winst leverde president Erdogans AKP-partij voor het eerst in 25 jaar niet meer de burgemeester in de hoofdstad.