Vanaf 4 maart vervalt het verblijfsrecht van derdelanders. Ze moeten of Nederland uit of de asielprocedure in. Dat blijkt uit een uitspraak van de Raad van State gisteren.
Derdelanders zijn mensen uit Afrika en het Midden-Oosten, die in 2022 Nederland binnenkwamen via Oekraïne en net als de Oekraïners tijdelijk bescherming kregen. Ze studeerden in Oekraïne of hadden er werk, maar hebben niet het Oekraïense staatsburgerschap. Van de ongeveer 106.000 mensen uit Oekraïne die in Nederland worden opgevangen zijn er zo’n 3000 derdelander.
Derdelanders hoefden net als de Oekraïners geen asielprocedure te doorlopen, mochten direct aan het werk en hadden recht op opvang, medische zorg en onderwijs. Het nu demissionaire kabinet-Rutte IV vermoedde echter misbruik van de ruimhartige opvangregeling en besloot de poorten te sluiten voor derdelanders. Het merendeel kon immers gewoon terug naar het land van herkomst, aldus het kabinet. En konden ze dat niet, dan moesten ze hier asiel aanvragen Daarom kregen nieuwe derdelanders vanaf de zomer van 2022 geen voorkeursbehandeling meer en zouden de derdelanders die al in Nederland waren per september 2023 hun speciale status verliezen.
Verschillende lagere rechters bogen zich over de situatie van de derdelanders, maar deden tegengestelde uitspraken. Daarom werd de zaak voorgelegd bij de Raad van State, die gisteren uitspraak deed over de hele groep.
De Raad van State oordeelde dat staatssecretaris Eric van der Burg niet zomaar de regeling op eigen houtje had mogen stopzetten. Maar de derdelanders verliezen nu wel per 4 maart hun tijdelijke verblijfsstatus. Als derdelanders hier willen blijven moeten ze dus asiel aanvragen.
Vluchtelingenwerk is teleurgesteld over de uitspraak en maakt zich grote zorgen over het lot van derdelanders. ‘Hun leven staat opnieuw op z’n kop.’
De Iraanse Asal Vosoughi (32), die sinds 2022 in Nederland woont, vertelt de Kanttekening dat ze eerlijk gezegd nog niet weet wat ze gaat doen, terug naar Iran of hier asiel aanvragen. ‘Ik moet er over nadenken.’