Volgens Erik Tilanus, secretaris van het CDA Ledenberaad Midden-Oosten, moet het CDA Palestina als een autonome staat erkennen. Ook moet de CDA-fractie in de Tweede Kamer pleiten voor het opzeggen van het associatieverdrag met Israël. Hieronder volgt een opiniestuk van de CDA’er.
In het CDA-verkiezingsprogramma van vorig jaar stond het kort en duidelijk: ‘In het Midden-Oosten vredesproces blijft Nederland zich inzetten voor de tweestatenoplossing en het verbeteren van de samenwerking tussen Israëliërs en Palestijnen.’
Toen dit geschreven werd (augustus 2023) was er nog geen vierde Gaza-oorlog, maar waren er al wel zo’n half miljoen Israëlische kolonisten op de Westoever en zo’n 250.000 kolonisten in Oost-Jeruzalem die hun Palestijnse buren het leven zuur maakten met bijna dagelijkse aanvallen, vernielingen en verdrijvingen.
Vanwege die kolonisten klonk steeds vaker dat die tweestatenoplossing onmogelijk was geworden. Het CDA Ledenberaad Midden-Oosten stelde daarom voor die term niet te gebruiken, maar een randvoorwaarde te verbinden aan welke oplossing dan ook: ‘Het internationaal recht en het respecteren van de mensenrechten zijn daarbij de norm.’
De aanslag van Hamas in oktober 2023 en de daarop volgende oorlog in Gaza heeft het beeld totaal veranderd. Allereerst werd duidelijk dat de ‘status quo’ geen stabiele situatie was en een definitieve vredesregeling voor alle partijen het beste is. Maar hoe dan?
Er zijn vier varianten denkbaar. De eerste variant is een éénstaatoplossing onder het huidige Israëlische bestuur, dus een bestendiging van de huidige situatie. Dit creëert de facto een niet-democratische Joodse apartheidsstaat, met sterk beperkte rechten voor het Palestijnse volksdeel. Variant twee is een éénstaatoplossing met gelijke rechten voor iedereen. Daarmee wordt een democratische staat gecreëerd, waarin ongeveer de helft van de bevolking niet-Joods is, het einde van het begrip ‘Joodse staat’. Dit zal voor velen onverteerbaar zijn. De derde variant die wel genoemd wordt is een federatieve staatsvorm met twee deelregeringen. Voor al deze drie oplossingen geldt dat er door de huidige Gaza-oorlog en het kolonistengeweld op de Westoever over en weer zoveel kwaad bloed gezet is, dat een samenleven in één land praktisch onmogelijk lijkt. Zo blijft uiteindelijk toch weer alleen de ‘klassieke’ tweestatenoplossing over.
Als ‘straf’ voor de erkenning van Palestina door Spanje, Ierland, Noorwegen en Slovenië legaliseerde Israël al vijf outposts
Intussen werkt de Israëlische regering duidelijk richting de eerste variant, zoals blijkt uit de woorden van minister van Financiën Bezalel Smotrich, die zelf kolonist is. Hij richtte onlangs een apart burgerlijk bestuur op voor de Westoever. Al blijft het ministerie van Defensie betrokken, omdat, zei hij, ‘het dan makkelijker te verteren is in de internationale en juridische context. Zodat zij niet kunnen zeggen dat we een annexatie doen.’ Volgens hem zal er ‘binnen een paar maanden een model zijn dat ons in staat stelt de overgrote meerderheid van de boerderijen (outposts) te legaliseren, wat de deur opent voor investeringen en het regelen van infrastructuur.’ En daarmee is dan de eerste oplossingsvariant een feit.
Wat Smotrich hier aangeeft is in flagrante strijd met het internationaal recht en met uitgesproken Nederlands en Europees beleid. En het zijn niet alleen woorden. Als ‘straf’ voor de erkenning van Palestina door Spanje, Ierland, Noorwegen en Slovenië legaliseerde Israel al vijf outposts. Het zijn nu officiële nederzettingen. De Europese Unie reageerde daarop met een veroordeling ‘in de krachtigste bewoordingen’. De EU-woordvoerder zei: ‘Dit is opnieuw een doelbewuste poging om de vredesinspanningen te ondermijnen.’
Maar helpt zo’n veroordeling? Israël heeft zich, sinds de moord op premier Yitzhak Rabin, nog nooit iets van veroordelingen aangetrokken, of ze nu kwamen van de VN, de EU of afzonderlijke landen of instituties. ‘In gesprek blijven’ werkt kennelijk niet. Daarom zijn concrete acties noodzakelijk.
Tijdens een CDA-dialoogavond in februari dit jaar werd geconstateerd dat de verkiezingsprogramma’s sinds 1977 een consistente lijn tonen, maar dat die zich nauwelijks vertaalde in actief handelen van de Tweede Kamerfractie. De boodschap was dan ook duidelijk: actie is broodnodig. Die boodschap werd verpakt in een zestal concrete aanbevelingen:
- Erken Palestina als autonome staat. Niet wachten tot vredesonderhandelingen resultaat hebben opgeleverd, maar nu overgaan tot erkenning, juist om die onderhandelingen positief onder druk te zetten.
- Scherpe handhaving van de etiketteringsregels voor producten uit de illegale nederzettingen. Spreek importeurs aan op hun ketenverantwoordelijkheid. Een product uit de illegale nederzettingen her-verpakken in Israël is niet ‘made in Israel’.
- Inzetten op verbod op invoer van producten uit nederzettingen, in het verlengde van punt 2.
- In EU-verband inzetten op opschorten van de associatieovereenkomst met Israël.
- Promoten van Palestijnse producten door het wegnemen van handelsbarrières.
- Aanscherpen ontmoedigingsbeleid, inclusief bij aanbestedingen uitsluiten van bedrijven die actief zijn in de nederzettingen. De regering kan daarbij het goede voorbeeld geven door geen zaken meer te doen met Israëlische defensiebedrijven.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!