8.5 C
Amsterdam

Eend Mark als symbool voor Nederlandse toestanden

Ruben Gowricharn
Ruben Gowricharn
Emeritus hoogleraar Indiase Diaspora Studies (Vrije Universiteit Amsterdam). Schrijver.

Lees meer

Amerikaanse toestanden, Belgische toestanden, Italiaanse toestanden. Het zijn bekende Nederlandse termen om wantoestanden in het buitenland te duiden. Zijn die toestanden ook mogelijk in ons land? Never, nooit! In het zelfbeeld van Nederlanders is er weinig aan te merken op hun samenleving en cultuur. Niet dat er geen problemen zijn, maar die ontstaan niet op Nederlandse bodem. Ze komen altijd uit het buitenland: de Europese Unie, de Verenigde Staten, immigranten uit Afrika en het Midden-Oosten, en ja, zelfs het slechte weer hier wordt veroorzaakt door depressies afkomstig uit Ierland.

Kortom: wat er ook gebeurt in Nederland, altijd waant dit kleine volkje zich moreel onaantastbaar. En deze onaantastbaarheid straalt Nederland met grote vanzelfsprekendheid en een sterk gevoel van culturele superioriteit uit.

Ik heb Nederland in verschillende publicaties ‘het Paradijs van Oranje’ genoemd. En dat was niet gekscherend bedoeld. Nederland is in menig opzicht een paradijs. In zijn roman Waar die andere God woont noemt de van oorsprong Portugese schrijver Rentes de Carvalho enkele kenmerken die horen bij het Oranje Paradijs. Zo kun je er in Nederland op vertrouwen dat er elke dag water uit de kraan komt, dat de elektriciteit niet uitvalt, dat er (vrijwel) geen aardbevingen of overstromingen zijn, dat het onderwijs, de gezondheidszorg en het bestuur niet zullen instorten, en last but not least dat elke burger recht heeft op een minimumbestaan. Dat was in 1972. Gelden die zekerheden nog steeds?

In de afgelopen decennia zijn tal van zaken naar voren gekomen die niet passen in de paradijselijke voorstelling van Nederland. Denk aan hardnekkige armoede, aftakelende onwil om vluchtelingen op te nemen en aanhoudende discriminatie in tal van leefdomeinen. Denk ook aan politiegeweld, een toenemende invloed van de onderwereld op het openbaar bestuur, een steeds beter georganiseerde criminaliteit, rellende jongeren, ondermaatse basisschoolleraren en een bestuurlijk onvermogen dat steeds zichtbaarder wordt. En vergeet niet ambtelijke corruptie en machtsmisbruik, publieke belediging van allochtonen, ongebreidelde persvrijheid die ook de vrijheid van discrimineren inhoudt, en een verruwing van de sociale en politieke omgangsvormen. Dit is maar een kleine opsomming van misstanden en wantoestanden, die goed gedocumenteerd zijn door parlementaire onderzoekscommissies en in universitaire onderzoeksrapporten.

Toch beklijft het allemaal niet. Een goed voorbeeld hiervan is Mark Rutte, onze goedlachse, amicale, meer-dan-tien-jaar-zittende bijna joviale premier. Het maakt niet uit wat hij verkeerd doet, het glijdt van hem af. Gooi een emmer drek over een eend, dan schudt het beest zich even, en de eend is weer glanzend schoon. Dat hebben die eenden natuurlijk van Rutte afgekeken.

Gooi een emmer drek over een eend, dan schudt het beest zich even, en de eend is weer glanzend schoon

Toen de minister-president tijdens de heisa rondom de toeslagenaffaire werd gemaand om, zoals enkele politici voor hem, af te treden, antwoordde Rutte dat het aan de kiezers was om daar een oordeel over te vellen. Dat kiezersoordeel was echter niet voorbehouden aan zijn afgetreden collega’s, maar nog opmerkelijker was dat de kiezers Rutte beloonden met een extra zetel voor de VVD. De coalitiepartijen behielden hun parlementaire meerderheid waardoor Rutte in het zadel blijft zitten. Je kunt je afvragen of het kiezersoordeel voortvloeide uit de vanzelfsprekende culturele superioriteit van witte Nederlanders, of omdat de toeslagenaffaire teveel met Nederlanders van kleur werd geassocieerd.

Ik denk beide. Want ze liggen in elkaars verlengde. Het gezegde is bekend: ‘God schiep hemel en aarde, Nederlanders schiepen Nederland.’ We weten natuurlijk dat God en zijn engelen allemaal wit zijn en dat mensen van kleur een lagere plaats in de paradijselijke hiërarchie innemen.

Maar de Rutte-attitude is niet beperkt tot kwesties waarin biculturele Nederlanders betrokken zijn. Zijn vaak tekortschietende herinnering, zijn arrogantie om te bepalen wat de Tweede Kamer mag weten en wat niet, de vele blunders tijdens de bestrijding van de coronacrisis, het gemak waarmee Rutte excuses maakt en verder gaat, de milde kritiek op Rutte in de media en de meegaandheid van zijn coalitiepartners laten zien dat Rutte feitelijk model staat voor de archetypische Nederlander.

Een liegende Trump kon worden weggezet als een gek, maar Rutte kan je hooguit eendengedrag verwijten. Het mag in Nederland nog zo erg worden, we spelen altijd de vermoorde onschuld, zoals de Vlaamse journalist Steven Foer in zijn Onder Hollanders treffend beschreef. Met als gevolg dat het politieke eendengedrag ondertussen een meerderheid van de Nederlanders kenmerkt.

Wij Nederlanders hebben een handje van om te doen alsof we leven in Paradijs Oranje, maar de Nederlandse toestanden bestaan al een hele tijd. Rutte past daarom in een politieke traditie.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -