‘Ik heb gezworen om nooit meer PvdA te stemmen, zelfs niet als Jezus Christus persoonlijk uit de hemel neerdaalt om voorzitter te worden.’
Het gaat niet goed met de Partij van de Arbeid. De sociaaldemocratische partij zit met nog maar negen zetels in de Tweede Kamer en is een schim van wat zij ooit was. Grote groepen kiezers hebben de partij verlaten; arbeiders zijn naar de SP en PVV gegaan, hoogopgeleide kiezers naar D66 en GroenLinks en moslims naar Denk. Is Lodewijk Asscher in staat om het tij keren?
Hart en ziel
‘De PvdA is een beetje als Feyenoord. Een groot verleden, maar dat is nu voorbij. Ze verliest nu zelfs van een club als Excelsior.’ Aan het woord is Marcel Duyvesteijn, columnist bij Het Parool en tot enkele jaren geleden ‘liefdevol lid’ van de PvdA. Duyvesteijn spreekt zijn column uit op een bijeenkomst van de PvdA Amsterdam in café De Rode Werf, waar parlementair journalist Max van Weezel, die ongeneeslijk ziek is, in het zonnetje wordt gezet. Ondanks zijn slopende ziekte heeft Van Weezel niets van zijn scherpte verloren en hij voelt PvdA-leider Lodewijk Asscher scherp aan de tand. De avond wordt goed bezocht, de sfeer is goed en er wordt veel gelachen. Toch heerst er geen ‘Yes we can’-gevoel, zoals op GroenLinks-bijeenkomsten. De bezoekers zijn relatief oud, gemiddeld zestig jaar. Ze zijn al jaren, tientallen jaren, lid van de PvdA. Asscher weet dit en scoort bij deze achterban met zijn pleidooi om de ‘vermogensaanwasdeling’ (groei van bedrijfsvermogens moet voor en deel worden omgezet in aandelen, die dan collectief door werknemers moeten worden beheerd, red.) aan te pakken. Iemand van zeventig plus juicht.
‘In 2006, toen ik nog wethouder in Amsterdam was, stond de PvdA in de peilingen op zestig zetels’, vertelt Lodewijk Asscher. Hij noemt het bijna terloops, maar je voelt als buitenstaander de pijn die de PvdA voelt. Toch wil Asscher niet in zak en as zitten en hij probeert via zelfspot de moed erin te houden. ‘Het gaat best goed. De Partij van de Arbeid had vroeger een magnetische aantrekkingskracht op bepaalde personen. De baantjesjagers lopen nu onze deur voorbij en gaan naar een zekere andere partij. De mensen die nu voor de PvdA kiezen, voor de PvdA gaan, doen dat met hart en ziel.’
Ze zijn er, nieuwe mensen. Eén van hen is Stephan Antuma, die tien jaar geleden in Groningen in de gemeenteraad zat voor de studentenpartij Student en Stad. Hij is nu lid van het lokale partijbestuur, een onbezoldigde functie. ‘Toen ik naar Amsterdam verhuisde, ging het toch weer kriebelen. Ik heb uit volle overtuiging voor de PvdA gekozen. Solidariteit, focus op eerlijk werk, goed wonen en op een realistische manier omgaan met de energietransitie en duurzaamheid zijn nog steeds mijn drijfveren. Daarnaast blijft de PvdA een partij die verantwoordelijkheid wil nemen, ook in een oppositierol. Maar wel vanwege de inhoud en niet om te keten en/of op te zwepen.’
Maar de PvdA heeft ook mensen verloren die zich met hart en ziel voor de partij hebben ingezet. De Kanttekening sprak met historicus Han van der Horst, bekend van zijn columns op de linkse opiniewebsite Joop. ‘Ik ben het vertrouwen in de PvdA definitief kwijtgeraakt’, zo vertelt Van der Horst aan de telefoon. ‘Ik heb gezworen om nooit meer PvdA te stemmen, zelfs niet als Jezus Christus persoonlijk uit de hemel neerdaalt om voorzitter te worden. Meer dan dertig jaar was ik lid van de PvdA. Het was liefde, maar de PvdA heeft mij bedrogen.’ Volgens Van der Horst heeft Diederik Samsom, de voorganger van Asscher, het merk PvdA definitief kapot gemaakt. ‘Ken je de Planta-affaire ook? Het is van voor jouw tijd. Planta was een margarinemerk van Unilever. Toen er gif in de margarine zat, waar mensen jeukblaasjes van op hun huid kregen, wilde niemand meer Planta kopen. Dit luidde het einde van het merk in. De naam was besmet.’ Volgens Van der Horst ging het mis toen Samsom besloot in de Tweede Kamer te blijven zitten. ‘Toen Frits Bolkestein in de jaren negentig als VVD-leider in de Tweede Kamer bleef zitten, hield hij het kabinet scherp. Samsom daarentegen verdedigde het kabinetsbeleid, ook als dat niet te verdedigen was. Lodewijk Asscher heeft als minister van Sociale Zaken in het kabinet-Rutte II de sociale zekerheid van werknemers juist verkleind. Voor veel VVD-beleid is de PvdA verantwoordelijk. Ik stemde in 2012 uit volle overtuiging op Samsom, maar ik heb hier achteraf ontzettende spijt van.’
Critici als Han van der Horst zijn niet aanwezig op de PvdA-bijeenkomst in Amsterdam, of laten zich niet horen. Vanuit de zaal zijn er vragen aan Asscher over het milieu, over robotisering en over racisme en discriminatie. Een dame op de voorste rij roept dat de PvdA veel meer tegen racisme, discriminatie en extreemrechts moet doen, in het bijzonder het Forum voor Democratie van Thierry Baudet. Asscher antwoordt dat racisme en andere ‘onzin’ inderdaad bestreden moeten worden, maar dat het ook gaat om de vraag dat mensen zich wel vertegenwoordigd voelen.
Kritischer dan deze vragenstellers zijn journalist Max van Weezel en zijn collega Joost Vullings, die ook in het panel zit. Van Weezel vindt het helemaal niks dat Asscher naar Denemarken is gegaan, om van de Deense sociaaldemocraten te leren hoe zij met het vluchtelingenvraagstuk omgaan. Denemarken voert een stringent immigratiebeleid waar vanuit Europa veel kritiek op gekomen is, ook vanuit Nederland. Vullings vindt dat Asscher tegenstrijdige signalen richting het kabinet uitzendt. Aan de ene kant de uitgestoken hand, maar Asscher steunde wel de motie van wantrouwen van de PVV tegen Rutte naar aanleiding van het dividendbelastingdebacle. ‘Zit er wel een rode lijn in Asschers optreden?’, vraagt Vullings zich af. Asscher vindt van wel en zegt dat de PvdA-fractie alle wetsvoorstellen, van het kabinet maar ook van een partij als de PVV, op hun merites beoordeelt. Hij steunt het kabinet dus als het kabinet met goede plannen komt, maar wil geen ‘vaste danspartner’ worden. En over zijn steun aan de PVV-motie verklaart Asscher: ‘Als je alleen maar tegenstemt omdat de afzender niet deugt, dan is dat niet goed.’
Partij voor de Allochtonen?
Toch heeft de PvdA veel ‘allochtone’ stemmen verloren, vooral dankzij de opkomst van Denk. Politiek wetenschapper Floris Vermeulen, universitair hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam, doet onderzoek naar de politieke participatie van nieuwe Nederlanders. Volgens hem verloor de PvdA in 2014 tijdens de gemeenteraadsverkiezingen voor het eerst grote groepen ‘allochtone’ kiezers. ‘De islamitische partij Nida in Rotterdam en de Multicultureel Plus Partij in Amsterdam hebben de PvdA toen veel stemmen gekost. Daar komt bij dat de PvdA seculier en progressief is, maar veel islamitische kiezers behalve religieus natuurlijk ook conservatief zijn. Sinds het leiderschap van Wouter Bos eind 2002 zit de PvdA op die seculiere lijn. Dat betekent streng op immigratie en integratie en kritisch over Turkije, denk aan de erkenning van de Armeense Genocide en de kritiek op Erdogan. Ook moesten Turkse organisaties volgens de PvdA gemonitord worden, om te kijken of zij de integratie van Turkse Nederlanders zouden belemmeren.’ De discussie over onverdoofd ritueel slachten zette bovendien kwaad bloed: ‘De PvdA was voor een verbod, eigenlijk al heel snel en zonder al te veel discussie. Denk heeft heel handig op de onvrede die daarover onder islamitische kiezers ontstond ingespeeld.’
Abdessamad Taheri is wel bij de PvdA gebleven. Hij is actief voor de partij in de gemeente Den Haag. Taheri is nog steeds lid omdat hij de ideeën van de PvdA goed vindt. ‘Op onze kernwaarden ben ik trots. En ook op Nederland. Je moet dit gewoon kunnen zeggen, zonder meteen voor racist te worden uitgemaakt. Vroeger had de PvdA een beetje last van doorgeschoten politieke correctheid, dat er op de thema’s als integratie, islam en immigratie een taboe rustte. Het zijn belangrijke thema’s die we in alle eerlijkheid moeten behandelen. Vanzelfsprekend moet je ze wel op de goede sociaaldemocratische manier aanvliegen. Maar daar geloof ik in.’ Bij de PvdA kan Taheri gewoon moslim zijn. ‘Ik vind het belangrijk om voor groepen op te komen die anders in de verdrukking komen, zoals moslims en bijvoorbeeld ook homoseksuelen. De PvdA laat hier soms wel steken vallen. Mede daarom heeft Denk succes. Toch vind ik dat de PvdA Kuzu en Öztürk veel te lang heeft getolereerd. Zij kregen alle ruimte, terwijl er met recht aan hun loyaliteit aan de PvdA kon worden getwijfeld.’
Ook Bülent Aydin heeft zich niet laten verleiden door Denk. ‘Geen moment!’, zegt hij ferm. ‘Veel Turkse Nederlanders stemden vroeger PvdA omdat deze partij hun sociaaleconomische belangen behartigde, maar in cultureel opzicht waren en zijn ze conservatief. Denk combineert een linkse positie op de sociaaleconomische as met een conservatieve positie op de culturele as. Ze lijken daarin wel op de PVV, die in sociaaleconomisch opzicht best heel links is. Denk heeft partijen als de PVV en het FvD nodig om zich tegen te kunnen afzetten. En deze partijen hebben op hun beurt Denk nodig.’ Aydin maakt een scherpe scheiding tussen zijn persoonlijke levensovertuiging en zijn politieke overtuiging. ‘Je kunt als moslim of als christen actief zijn voor de PvdA, je kunt je door religie laten inspireren, maar de sociaaldemocratie is er voor iedereen.’
Volgens Vermeulen kan de PvdA weer aantrekkelijk worden voor islamitische kiezers als de partij bereid is om moslims zichtbaar belangrijke partijposities te geven. ‘Op dit moment hebben onder anderen Ahmed Aboutaleb en Ahmed Marcouch zo’n positie. Maar hier moet de partij in blijven investeren. De beweging Vrij Links, die een hele seculiere koers voorstaat, zorgt er mede voor dat religie nog steeds een issue is bij de PvdA. De problematisering van religie zorgt ervoor dat moslims in de partij moeilijker zichtbaar worden.’
No hope, no glory
Zal het nog goedkomen met de PvdA? Van Weezel zegt aan het begin van de bijeenkomst in De Rode Werf dat hij Asscher de vraag wil stellen hoe hij van de negen zetels weer iets moois gaat maken. Helaas moeten we het antwoord hierop schuldig blijven, omdat Asscher zich – al dan niet bewust – verliest in uitweidingen over zijn Kamerwerk. We stellen de hamvraag daarom aan de eerder in dit artikel opgevoerde PvdA-leden en aan Han van der Horst.
Stephan Antuma is voorzichtig positief: ‘Hoewel het zich nog niet vertaalt in zetels, zie ik een nieuw elan bij de PvdA. Leden – jong en oud, maar bovenal jong van geest – beseffen zich dat elkaar de tent uit vechten niet helpt en dat het bovenal gaat om het geven van antwoorden op de uitdagingen van deze tijd. Daarbij past soms ook twijfel en/of bezinning.’ Taheri beaamt dit en vult Antuma aan: ‘De mensen waar ik mij aan ergerde – de baantjesjagers en de wij-zij-denkers, de PVV- en de Denk-types – zijn weg. De echte sociaaldemocraten zijn gebleven. Zij met de juiste intentie, het juiste, gaan het doen. Daar zitten we als samenleving op te wachten. Ik heb daarom ook alle vertrouwen in de toekomst.’
Van der Horst is daarentegen heel sceptisch. ‘Ik geloof niet dat het de PvdA gaat lukken om uit dit dal op te staan. GroenLinks heeft met Jesse Klaver een heel goede leider gevonden, die ook PvdA-kiezers aanspreekt. Het valt mij ook op dat de hoofdaanval van rechts op Klaver is gericht, niet op Asscher en Lilian Marijnissen. Zij moeten zich flink zorgen gaan maken.’ Van der Horst is pessimistisch over de toekomst: ‘De vakbond wordt gezien als een club van oude mannen en dat klopt helaas ook wel een beetje. Maar het is echt een probleem dat sociale zekerheid zo onder druk staat. Ik ben bang dat de verzorgingsstaat zal verdwijnen. Als je nu ernstig ziek wordt, ga je failliet, net als in de Verenigde Staten. Dit wordt niet geproblematiseerd, ook niet door links. De onzekerheid qua banen neemt enorm toe in ons land.’
Aydin neemt een middenpositie in. ‘Het zou raar zijn als je je nu geen zorgen maakt. De Partij van de Arbeid was lange tijd een grote partij met veel invloed. De partij doet het nu heel slecht, electoraal gezien. Maar ik geloof in de idealen van de PvdA: gelijke kansen, het recht voor iedereen om zichzelf te kunnen zijn en solidariteit die we met elkaar kunnen organiseren. Deze idealen blijven belangrijk voor de toekomst. Of deze idealen via de PvdA gerealiseerd moeten worden? Niet persé. De PvdA zie ik als een middel, niet als een doel. Er kan ook een nieuwe partij komen, als PvdA en GroenLinks fuseren, eventueel met de SP erbij. Toch geloof ik diep in mijn hart dat de PvdA een comeback maakt. No hope, no glory. De SP is te conservatief op veel punten. En GroenLinks is een elitaire partij voor intellectuelen. Zij maken, in tegenstelling tot ons, niet die verbinding tussen hoog- en laagopgeleid. De PvdA is terecht electoraal afgestraft. De PvdA is te technocratisch geweest, te veel gericht op de macht. Hierdoor raakte het ideaal uit beeld. Macht is een middel, geen doel. Ook is de PvdA te veel meegegaan in het kapitalisme, met het afschudden van ideologische veren en de keuze voor de Derde Weg (stroming in de sociaaldemocratie die een synthese zoekt tussen kapitalisme en de verzorgingsstaat, red.).’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!