5.8 C
Amsterdam

Femicide is ook een wit en westers probleem

Lees meer

Elke twaalf minuten wordt ergens ter wereld een vrouw vermoord. Dat blijkt uit recent onderzoek van de Verenigde Naties. In Nederland is dat één vrouw elke acht dagen. Wat is de oorzaak van femicide en wat kunnen wij er als samenleving aan doen?

In de winter van 2018 werd Hümeyra, een zestienjarige scholiere uit Rotterdam, door haar tweeëndertigjarige ex-partner bij haar school opgewacht. Ze probeerde tevergeefs te ontsnappen, maar hij achtervolgde haar en schoot haar in de fietsenstalling van haar school met meerdere schoten dood. Femicide is de term voor het opzettelijk doden van een vrouw of meisje, omdat zij vrouw is. Het is een haatmisdrijf en heeft te maken met het structurele machtsverschil tussen man en vrouw. Ook in het geval van Hümeyra speelde dat een rol. Nadat zij de relatie verbrak bleef Hümeyra’s ex-partner haar en haar familie maandenlang stalken. Ondanks het contactverbod dat hem opgelegd was bleek zijn onvermogen om de breuk te verdragen te groot.

De term femicide duidt op het specifieke risico dat vrouwen lopen om vermoord te worden. ‘Femicide gaat over de aanname dat een vrouw gehoorzaam moet zijn’, zegt Renée Römkens, emeritus hoogleraar Gender-Based Violence aan de Universiteit van Amsterdam en voormalig directeur van Kennisinstituut voor Emancipatie en Vrouwengeschiedenis Atria. ‘Als zij zich niet voegt naar de man of de patriarchale gemeenschap eromheen, dan wordt ze gestraft.’

Ook Rosemarie Buikema, directeur van het Graduate Gender Programme en leider van leerstoelgroep Genderstudies aan de Universiteit Utrecht, benadrukt de rol die deze patriarchale verdeling speelt bij femicide. ‘Waar het om gaat is dat de perceptie van mannelijkheid vaak in hoge mate afhangt van de zeggenschap over vrouwen.’

Uit onderzoek van de Verenigde Naties blijkt dat femicide het meest voorkomt in de privésfeer. ‘Meestal wordt een vrouw gedood door een partner of ex-partner’, zegt Römkens. ‘De scheidingsfase is daarbij de gevaarlijkste periode. De vrouw wil scheiden en de gedachtegang van de man is: ‘Als ik jou niet mag hebben, mag een ander jou ook niet hebben’. De term ‘hebben’ is natuurlijk al veelzeggend.’

Grenzeloos geweld

Wereldwijd is geweld tegen vrouwen een aanhoudend en enorm probleem. Het komt voor in elk land, op iedere dag en in elke hoek van de samenleving. Eén op de drie vrouwen krijgt te maken met fysiek of seksueel geweld, blijkt uit een grote studie waarin de Wereldgezondheidsorganisatie data uit 2000 tot 2018 analyseerde. In recent onderzoek schatte de Verenigde Naties dat femicide, de fatale en uiterste vorm van dit geweld tegen vrouwen in 2021 zo’n 81.100 keer voorkwam. Dat komt erop neer dat er elke twaalf minuten één vrouw vermoord wordt.

Deze nieuwe cijfers van de VN laten ook zien dat femicide al een decennium lang onveranderlijk hoog is. In werkelijkheid is het aantal slachtoffers van femicide mogelijk nog veel hoger, aangezien veel landen femicide-cijfers niet structureel bijhouden. Ook in Nederland wordt er gemiddeld elke acht dagen een vrouw vermoord, meldt Kennisinstituut Atria. In die statistieken wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende gemeenschappen en Atria benadrukt dat de achtergronden van femicide slachtoffers in Nederland totaal uiteenlopen en de enige verbindende factor het feit is dat zij vrouw zijn.

Maar terwijl de rest van de wereld al langer aandacht voor het onderwerp heeft, loopt Nederland achter. ‘In de jaren zeventig lanceerde de schrijver en feminist Diana Russell de term femicide, met het doel om een maatschappelijke discussie in gang te zetten’, zegt Römkens. Zij legt uit dat die discussie broodnodig is, want als femicide weggezet wordt onder algemene moord- en doodslagstatistieken, wordt het specifieke risico dat vrouwen lopen onvoldoende duidelijk. Dat maakt het nog belangrijker dat femicide internationaal wel al langer thema in debat en beleid is. Een aantal Latijns-Amerikaanse landen registreert de categorie femicide-moorden inmiddels apart en België koos hier in oktober als eerste Europese land ook voor. Römkens: ‘Er zijn ook al diverse studies in Europees verband gedaan over femicide, maar wat dat betreft begint Nederland nu pas wakker te worden.’ De Nederlandse cijfers zijn hoog en het is een actueel probleem dat onlangs nog uitgebreid in het nieuws was. ‘En toch is het in de samenleving niet goed doorgedrongen. Mensen willen het niet weten,’ zegt Römkens.

In Nederland komen dodingen in migrantenkringen niet vaker voor dan moorden gepleegd door witte, autochtone mannen

Media brengen het onderwerp volgens Römkens vooral als iets dat in andere culturen plaatsvindt. Bijvoorbeeld binnen de sfeer van seksuele uitbuiting in Mexico, onder het mom van heksenjacht in Zuid-Afrika of omwille van een te lage bruidsschat in India. Als het gaat om femicide in het Westen, en zeker ook in Nederland, is er sprake van selectieve perceptie. Als een Nederlander van niet-westerse herkomst een vrouw doodt, wordt de ernst van de zaak onderkend. Als de moordenaar een westerse achtergrond heeft, bagatelliseren media de moord.

‘Tot voor kort maakte de media in taal steevast onderscheid tussen dodingen’, zegt Römkens. ‘Betrof het een andere cultuur heette het bijvoorbeeld eerwraak en betrof het de westerse cultuur dan werd het als ‘familiedrama’ bestempeld.’ Kortom, speelt het zich ‘elders’ en ‘bij anderen’ af wordt het overwegend als cultuur-eigen verschrikking benoemd, gebeurt het in het Westen dan wordt het met termen als ‘familiedrama’ of ‘crime passionnel’ van een haast vergoelijkend incidenteel karakter voorzien. Volgens Römkens gaat de verontwaardiging over heel specifieke dodingen in andere culturen maar is dat beeld van femicide als specifiek cultureel probleem van ‘de ander’ vertekend en simpelweg onjuist. ‘In Nederland komen dodingen in migrantenkringen, bijvoorbeeld vanuit een eerwraak-motief, verhoudingsgewijs niet vaker voor dan moorden gepleegd door witte, autochtone mannen. Die eenzijdige weergave verhult zo de problemen die ‘wij’ met geweld tegen vrouwen hebben.’

Het grote probleem bij dit alles is volgens Römkens een gebrek aan zelfinzicht. Geweld tegen vrouwen als de achilleshiel van de zo verlichte, geëmancipeerde en westerse samenleving.

‘Geweld is een lelijke kant van het menselijk bestaan, waar we het liever niet over hebben. Dat geldt zeker voor geweld tussen intimi en achter de voordeur’, zegt Römkens. Dat wij geen oog hebben voor dit geweld tegen vrouwen komt volgens Römkens doordat het niet te rijmen is met ons, volgens haar geïdealiseerde, zelfbeeld van een geëmancipeerd en rationeel volk. Dat zelfbeeld, dat met name na de Verlichting dominant werd, presenteert de mens als een rationeel wezen dat de driften onder controle heeft. ‘Mede dankzij de psychoanalyse is dit beeld al wat genuanceerd’, zegt Römkens. ‘Geaccepteerd wordt dat seksualiteit een drijfveer is van het menselijk bestaan, die zich niet altijd aan het verstand onderwerpt. Als het gaat om agressie en geweld is dat veel pijnlijker om onder ogen te zien, omdat de ontsporingen daarvan zoveel schade aanrichten.’

Glijdende schaal

Geweld tegen vrouwen is dus grenzeloos. Het kan niet zomaar toegeschreven worden aan religie, kleur of sociale klasse en blijft vaak buiten zicht tot het veel te laat is. Maar daar is niet mee gezegd dat de statistieken zo hoog zullen blijven. Römkens noemt de winst die binnen politie en hulpverlening te behalen is door toepassing van wetenschappelijk onderbouwde kennis over de risico’s. Buikema vindt dat er een heel pakket van maatregelen nodig is: ‘Je moet adequate wetgeving hebben. Je moet zorgen dat men toegang tot die wetgeving heeft middels handhaving. En je moet ook zorgen dat het denken over het geweld tegen vrouwen verandert. Het moet niet alleen gezien worden als een probleem tussen een dader en een slachtoffer, maar ook van het systeem daaromheen. Grensoverschrijdend gedrag kan voortduren omdat omstanders niets doen. Het moet in de samenleving alsmaar worden benadrukt dat het sociaal onacceptabel is om een vrouw te slaan, uit te schelden, of als object te behandelen.’

Dit vergt volgens haar een gezamenlijke inspanning. ‘Geweld speelt zich af op een glijdende schaal, wat betekent dat we ook op ogenschijnlijk kleine grensoverschrijdingen alert moeten zijn en blijven.’ Maar hoofdzakelijk benadrukken beide experts dat de aanpak begint bij de onderkenning van dit diepgewortelde, maatschappelijke probleem. ‘De structurele ongelijkheid tussen mannen en vrouwen die, ook in het Westen, mannen en mannelijkheid in een dominante positie plaatst, ligt ten grondslag aan femicide’, zegt Römkens. ‘Er zijn nog veel structurele ongelijkheden die aangepakt kunnen en moeten worden. Tegelijkertijd moeten we het probleem serieus nemen en iets doen aan die wil tot niet weten. Het wordt tijd dat we het fundamenteel gaan aanpakken.’

Wie zich verdiept in de actuele stand van zaken rondom femicide in Nederland komt vanzelf de krachtige 2Doc-documentaire Femicide tegen. Daarin wordt het verhaal verteld van Nasrin Khoshkalam, een Nederlands-Iraanse vrouw die in 2018 thuis door haar echtgenoot en vader van haar kinderen door wurging werd gedood. Daarnaast worden de moorden op Nadine Beemsterboer, die door haar ex-partner met 36 messteken om het leven werd gebracht, Eva Veerman en Gea Godwaldt belicht. Vier zeer verschillende zaken waarmee impliciet wordt onderschreven dat femicide in alle culturen voorkomt en dat het in elk geval van groot belang is om het ook zo te benoemen. In de woorden van Römkens: ‘We moeten het beest in de bek kijken.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -