5.8 C
Amsterdam

Tussen feministische bijlagen en rechtse koppen: wat maakt De Telegraaf uniek?

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

De Telegraaf heeft een uitgesproken rechtse reputatie, met spraakmakende campagnes en koppen die tegenstanders vaak als populistisch en polariserend bestempelen. Maar waar komt deze toon vandaan?

De Telegraaf heeft een berucht imago onder zijn tegenstanders. De krant zou populistisch zijn, seksistisch, racistisch en islamofoob. De kritiek richt zich vooral op spraakmakende journalisten en columnisten met uitgesproken rechtse opinies, zoals Wierd Duk, Nausicaa Marbe, Roderick Veelo en Leon de Winter. Zij zetten zich af tegen links en de multiculturele samenleving. Waarom doet De Telegraaf dat? Critici stellen dat deze krant nog steeds even fout is als in de Tweede Wereldoorlog, toen ze Duitsgezind was. Klopt dat, of speelt er nog iets anders?

In het proefschrift Het geheim van De Telegraaf stelt Mariëtte Wolf dat de krant sterk hecht aan haar onafhankelijkheid, maar dat dit niet kleurloosheid of objectiviteit betekent. ‘Anders dan de meeste concurrenten is de krant er nooit voor teruggedeinsd een van de belangrijkste journalistieke principes – het scheiden van nieuwsfeiten en meningen – te overtreden. Zij lapt dit credo zelfs welbewust aan haar laars en kiest per definitie voor de emotie. Onder het motto ‘journalistieke objectiviteit is een illusie, dus je kunt maar beter voor je mening uitkomen’ houdt de krant ook buiten de commentaren, columns en kritieken de bordjes dagelijks op de knieën, of het nu gaat om een ‘beeldschone’ vrouw of een ‘incapabele’ bewindspersoon.’

‘De keuzes van De Telegraaf zijn totaal geheimzinnig’, vult mediahistoricus Huub Wijfjes aan. ‘De krant laat zich nauwelijks voorspellen. Ze lijken soms een PVV-krant, maar dat zijn ze niet. Grote delen van De Telegraaf passen niet in dat stramien. De bijlage Vrouw is zelfs licht feministisch.’

‘Gewoon zeggen wat je vandaag meent’, was het adagium van De Telegraaf

Maar waarom dan dat rechtse imago? De Telegraaf begon in 1893 als een progressieve liberale krant, zo kunnen we lezen in Wolfs proefschrift, die tijdens de Eerste Wereldoorlog sterk anti-Duits was. Maar daarna schoof de krant meer naar rechts op. De Telegraaf wilde een massakrant worden voor de ‘hardwerkende middengroepen’, de ‘ruggengraat van onze samenleving’. Daarbij pasten geen ‘hervormingsgezinde en vooruitstrevende beginselen’, aldus Wolf.

Ook na de Tweede Wereldoorlog was De Telegraaf knetterrechts. Hoofdredacteur Jaap Goedemans verzamelde enkele ijzervreters om zich heen – waaronder Henk Lunshof, F.C. Gerretson en Albert van der Poel – die gerant stonden voor een compromisloze, reactionaire koers. Ze hadden een diepe afkeer van de sociaaldemocratie, die volgens hen verantwoordelijk was voor het verlies van de kolonie Nederlands-Indië in 1949. Tegelijkertijd bleef de krant politieke partijen met wie zij zich verwant voelde – in de jaren vijftig waren dat de VVD en de conservatieve, protestants-christelijke Christelijk-Historische Unie – de oren wassen wanneer zij dit nodig achtte. ‘Gewoon zeggen wat je vandaag meent’, was het adagium van De Telegraaf.

Het rechtse imago dat de krant nu heeft komt vooral dankzij de voorpagina en het commentaar, zegt Wijfjes. ‘Een paar mensen beslissen dit. Zij zetten de toon, mogen de toon zetten. Tegenwoordig is het vooral Wierd Duk die dat doet. Vroeger waren dit andere mensen.’

Op dit moment vaart De Telegraaf een koers die vooral uitpakt in het voordeel van partijen als de PVV. Maar een tijdlang heeft De Telegraaf een centrumrechtse koers gevaren, die erg pro-VVD was. ‘Zo was de krant in de jaren 2001-2002 heel kritisch op Pim Fortuyn’, vertelt Wijfjes. ‘Dat kwam omdat Kees Lunshof, de toenmalige adjunct-hoofdredacteur van De Telegraaf, Fortuyn niet mocht. Hij zette toen de toon. Sjuul Paradijs, die van 2009 tot 2015 hoofdredacteur van De Telegraaf was, voelde goed de onderbuik aan. Tegelijkertijd was en is hij heel kritisch over de PVV. Maar Paradijs is eruit gezet. De toon van De Telegraaf wordt nu gezet door rechtse houwdegens die een rabiate toon aanslaan.’

De Telegraaf collaboreerde tijdens de bezettingsjaren met de Duitsers – reden waarom de krant tot september 1949 niet mocht verschijnen. Hoe zit het met de kritiek dat De Telegraaf vanwege het oorlogsverleden ook nu niet deugen kan? Wijfjes vindt dit een onterecht verwijt. ‘De Telegraaf was heel fout in de oorlog, maar dat heeft weinig met de koers van nu te maken. Ze is altijd een krant geweest van de campagnes. Tegen de kilometerheffing. Tegen het ‘Marokkanentuig’. Tegen burgemeester Femke Halsema.’

Volgens Wijfjes is dit een lange traditie. ‘Het begon al tijdens de Eerste Wereldoorlog. Nederland was als land neutraal, maar De Telegraaf was sterk anti-Duits. Dit ging zelfs zo ver, dat hoofdredacteur Kick Schröder in december 1915 een tijdje werd vastgehouden vanwege ‘breuk van neutraliteit’. De ironie is natuurlijk dat De Telegraaf tijdens de Tweede Wereldoorlog juist pro-Duits, pro-nazi was. In de jaren dertig voerde de krant een felle campagne tegen communisten en socialisten. Ook was de krant negatief over werklozen, die te lui zouden zijn om te werken. Een campagne tegen de Joodse sociaaldemocratische wethouder Monne de Miranda uit Amsterdam was zelfs zo hard, dat critici de krant van antisemitisme beschuldigden.’

De Telegraaf wil de stem zijn van het ‘kleinburgerlijk ongerief’

Het plegen van karaktermoord hoort bij de tactieken van De Telegraaf, aldus Wijfjes. ‘Ze zoeken een thema uit, ze zoeken een slachtoffer en gaan vervolgens campagne voeren. Na De Miranda waren onder andere PvdA-premier Joop den Uyl, GroenLinks-burgemeester Femke Halsema en D66-minister Sigrid Kaag de kop van jut. Zo’n persoon belichaamt als het ware alles waar De Telegraaf tegen is. Nu zijn dat linkse vrouwen met macht.’

De Telegraaf wil de stem zijn van het ‘kleinburgerlijk ongerief’, vervolgt Wijfjes. ‘De kleinburger is boos op alles. De belastingen stijgen. De politiek heeft maling aan ons. Alles is fout. De krant speelt handig in op de ontevredenheid van veel mensen, hun gevoel dat hen groot onrecht is aangedaan.’ Tegelijkertijd, zo benadrukt Wijfjes, is De Telegraaf meer dan de campagnes alleen. ‘Veel mensen lezen deze krant vanwege de leuke katernen over auto’s of vakantie. En dat maakt de krant nog geheimzinniger, want tussen deze katernen en de voorpagina bestaat weinig samenhang.’

Hoe weet De Telegraaf zo veel lezers aan zich te binden? Volgens Wolf heeft dit te maken met de ‘esprit de corps’ van de hoofdredactie, zo schrijft ze in haar proefschrift:

In elk tijdvak zijn er verbindende figuren te vinden die het specifieke karakter van de krant overeindhouden, ondanks het grote verloop op de redactie in de eerste veertig jaar van haar bestaan of veel ingrijpender ordeverstoringen als een oorlog of een verschijningsverbod. (…) Hoe verschillend ook, de opeenvolgende hoofdredacteuren beschikken mede door hun lange staat van dienst over het juiste type Telegraaf-DNA.

Voor de rest van de redactie geldt dat ze trots zijn om voor De Telegraaf te werken. Ze hebben sterk het gevoel van ‘Wij tegen de rest van de wereld’, aldus Wolf. Het verschijningsverbod in 1945-1949 en de bestorming van het Telegraafgebouw aan de Nieuwezijds Voorburgwal in Amsterdam in juni 1966 hebben aan deze belegeringsmentaliteit bijgedragen. Onder de leuzen ‘moordenaars’, ‘fascisten’ en ‘weg met De Telegraaf’ probeerden linkse activisten en boze bouwvakkers het gebouw in te nemen.

Telegraaf-lezers maken zich zorgen over ‘buitenlanders’, waarvan ze denken dat die de Nederlandse cultuur over gaan nemen’

De Telegraaf is als krant uniek, vindt Wijfjes. ‘Aan de progressieve kant had en heb je kwaliteitskranten, maar die zijn qua toon natuurlijk veel genuanceerder. De PvdA-krant Het Vrije Volk heeft in de jaren zestig en zeventig geprobeerd om een linkse Telegraaf te worden en in te spelen op de linkse onderbuik, maar dat is faliekant mislukt. Het Vrije Volk bestaat mede daarom nu niet meer. De communistische krant De Waarheid voerde net als De Telegraaf ook campagnes en was erg strijdbaar, maar dit dagblad is nooit een massakrant geweest, behalve een korte periode vlak na de oorlog. Maar daarna werd het een krant die alleen maar preekte voor eigen parochie. Sowieso is de stijl van De Telegraaf – sensationele koppen, tegenstellingen uitvergroten, niet aan wederhoor doen – iets waar rechts gewoon beter in is dan links.’

In hoeverre is er nog toekomst voor De Telegraaf? Het aantal abonnees is dramatisch gedaald, van 800.000 in de hoogtijdagen van de krant naar zo’n 200.000 nu. Wijfjes: ‘Het abonnementsverlies is vergelijkbaar met dat van andere kranten, die ook veel aanhang zijn kwijtgeraakt. De Telegraaf heeft dit gecompenseerd door een slimme reorganisatie en door het aanboren van andere inkomstenbronnen, onder andere online. Ook heeft de krant aan bereik niets ingeboet en is het dagblad nog steeds winstgevend. Belangrijk is dat De Telegraaf de eigen achterban blijft bedienen. De lezers van NRC, de Volkskrant, Trouw en Het Parool zijn hoogopgeleide, progressieve mensen. De Telegraaf richt zich op laagopgeleide mensen en de middengroepen. Deze lezers hebben nauwelijks interesse in ontwikkelingen in de rest van de wereld, Europa en het klimaat. Zij maken zich zorgen over ‘buitenlanders’, waarvan ze denken dat die de Nederlandse cultuur over gaan nemen, en ze ergeren zich aan ‘klimaatdrammers’.’

‘Als geen ander dagblad beschikt De Telegraaf over het vermogen zich te vereenzelvigen met haar lezers’, zo besluit Mariëtte Wolf haar dissertatie:

Zij juicht volop mee met de kampioenen, huilt mee met de slachtoffers, fuift mee met de feestvierders, rouwt mee met de slachtoffers, moppert mee met de ontevredenen en strijdt mee met de gedupeerden. Haar sterke radar voor de sentimenten die onder brede lagen van de bevolking leven, vormt misschien wel het belangrijkste ‘geheim’ van De Telegraaf, al heeft de krant zelf hier nooit geheimzinnig over gedaan.

De historica citeert met instemming Volkskrant-columnist Jan Blokker, die bij het honderdjarig jubileum van De Telegraaf in 1993 met zijn bekende scherpzinnigheid constateerde: ‘Geen enkele krant heeft de thermometer zo diep in de billen van de samenleving als De Telegraaf.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -