De Dam was zaterdag het toneel van de grote antiracisme-demonstratie die elk jaar wordt georganiseerd door actiegroep Comité 21 Maart. Maar het protest lijkt ieder jaar minder bezoekers te trekken. Hebben activisten het massaal laten afweten door de regen of is er meer aan de hand?
Klokslag 13.00u op de Dam. Vanaf het podium klinkt er rapmuziek, ertegenover groepjes mensen van in totaal niet meer dan honderd zielen die hier en daar en onder paraplu’s schutting zoeken voor de regen. Een van de demonstranten, Jamie, vindt het ‘een slecht teken’ voor de samenleving dat de PVV de grootste partij is geworden. ‘Het laat zien dat de arbeidersklasse een uitgang zoekt voor de vele problemen die het heeft. Ze worden misleid door de propaganda van de burgerlijke klasse en vallen voor hun leugens’, zegt hij overtuigd.
Rechtse partijen zullen volgens hem ‘nooit’ de problemen van arbeiders oplossen. Hij maakt een foto van zijn kameraden die een spandoek vasthouden. ‘Eenheid van alle werkers. Tegen racisme en fascisme’, staat er op.
Jamie wijst op de Palestina-demonstraties, die bijna wekelijks overal ‘veel meer’ bezoekers trekken. ‘In Amsterdam had je vorig jaar nog 30.000 mensen op de been. Dus het is niet dat de solidariteit dood is’, zegt hij. ‘Antiracisme is nog steeds belangrijk voor mensen. We moeten alleen uitvinden hoe we ze kunnen mobiliseren.’
Freek uit Zaandam is minder optimistisch en noemt de opkomst bedroevend. ‘Dit is tekenend voor Nederland. De totale apathie, ik heb er geen woorden voor.’ Hij maakt een vergelijking met Duitsland, waar tienduizenden mensen de straat zijn opgegaan om te protesteren tegen extreemrechts. ‘Maar extremisme is hier totaal genormaliseerd. Ook door de VVD, die nu een extreemrechts kabinet mogelijk wil maken’, zegt hij. Freek heeft de handen in zijn zakken en is goed gekleed tegen de regen.
Hij zegt er dagelijks mee bezig te zijn. Hij verklaart de apathie met de gedachte dat veel witte mensen nog genieten van hun privileges omdat racisme hen niet treft.
‘We demonstreren zolang het nog kan’
‘We demonstreren zolang het nog kan’, voegt hij daar onheilspellend aan toe, doelend op een mogelijk verbod op dit soort demonstraties in de toekomst. Freek is ook kritisch op de linkse partijen. Ze waren direct na de verkiezingen vooral bezig om excuses te verzinnen voor mensen die op de PVV hebben gestemd, vertelt hij. Dat zou liggen aan de buslijnen in de provincie die kwamen te vervallen, of dat Den Haag de gewone burgers niet meer serieus nam. ‘Maar uit onderzoek blijkt dat mensen wel degelijk uit racistische en xenofobe motieven PVV hebben gestemd.’
Verderop staat een Syrische jongen met een Palestijnse vlag te zwaaien, omdat er tegelijk ook een Palestina-protest gaande is. Ook met weinig bezoekers overigens. Hij is pas zeven jaar in Nederland en heeft het vooral over de Israëlische gruweldaden in Gaza. ‘Wat betreft Israël is er geen verschil tussen Mark Rutte en Geert Wilders, ze staan allebei 100 procent achter Israël.’
Hij woont in Amsterdam-West en werkt als receptionist in een hotel. Hij heeft nooit racistische ervaringen gehad, zegt hij. ‘Misschien komt het omdat ik in Amsterdam woon. Ik werk ook niet zoveel met Nederlanders. Kijk, ik ben een buitenlander. Ik heb zoiets van: dit is jullie land, jullie mogen zelf beslissen wat jullie met dit land doen.’
Hij hoopt weer terug te keren naar Syrië als het er veiliger is.
De vakbond is ondanks het weer wel van de partij. Althans een enkeling binnen de vakbond, zoals Bas Weegberg. Hij is lid van het dagelijks bestuur van de FNV en maakt zich zorgen over de richting die Nederland opgaat.
‘Het lukt de PVV om mensen tegen elkaar uit te spelen’, zegt hij en meent dat andere ‘rechtse partijen en de media’ Geert Wilders daarbij helpen. Ondanks de tegenvallende opkomst vandaag denkt Weegberg toch dat ‘veel mensen’ in Nederland tegen racisme zijn. ‘Het was inderdaad wel fijner geweest als er nog meer mensen hier gestaan hadden’, geeft hij toe.
‘Nederland is racistisch’ wordt er ondertussen vanuit de speakers geschreeuwd. Ook wordt Wilders, ironisch genoeg, een ‘bounty-indo’ genoemd.
De Surinaams-Nederlandse Harry Balgobind, ook van de FNV, ziet het met lede ogen aan. ‘Dat vind ik niet verbindend’, reageert hij.
Desondanks vindt hij het goed dat er geprotesteerd wordt. ‘Je moet altijd blijven roepen in de woestijn, want het gaat de andere kant op. De PVV is misschien de grootste partij geworden, maar de partij vormt nog steeds niet de meerderheid. Elk klein beetje helpt.’
Precies in het midden van het plein zit een oudere man, Rob genaamd, in een rolstoel te luisteren naar de sprekers. Hij is vaste gast bij Palestina-demonstraties op de Dam. Er hangt een Palestina-vlag aan een stok die op zijn elektrische rolstoel is gemonteerd.
‘Acht jaar geleden ben ik begonnen met protesteren. In die tijd is het allemaal achteruit gegaan hier. Als je From the river to the sea, Palestine will be free roept, dan word je meteen voor antisemiet uitgemaakt. Op sommige plekken mag je het niet eens meer zeggen.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!