6.5 C
Amsterdam

De vergeten volkerenmoord op de Oeigoeren. ‘We blijven onszelf op de kaart zetten’

Pina Bontius
Pina Bontius
Journalist

Lees meer

De onderdrukking van de Oeigoeren door China duurt al 75 jaar. Een deel van deze gemeenschap vluchtte naar Nederland. Hoe zetten zij hun leven hier voort?

Een lichtblauwe vlag met witte ster en maan siert de voordeur van de Oeigoerse Erhan (31). Achttien jaar geleden vluchtte hij met zijn zus uit Ürümqi, de hoofdstad van Oost-Turkestan, naar Nederland. Erhan is ondernemer en werkt voor de verschillende centra voor mensen van Oeigoerse afkomst die Nederland kent. Het is een regenachtige, gure decemberdag. ‘We gaan en staan waar we willen, maar de geschiedenis is aan ieders gezicht af te lezen’, vertelt de jonge dertiger en opent de deur van zijn woning. We lopen langs het Haagse stadhuis. ‘Het Oeigoerse volk heeft in de afgelopen decennia zo veel meegemaakt. Dat beheerst de stemming binnen de gemeenschap. Ook nu wij hier in Nederland zijn.’

Eind 2024 was het 75 jaar geleden dat de Tweede Oost-Turkestaanse Republiek viel. Deze autonome regio in het noordwesten van China, het bergachtige thuisland van de Oeigoeren, kwam onder Chinese controle. China hanteert een eigen narratief en stelt dat de Oeigoerse bevolking in vrijheid en harmonie leeft in de regio Oost-Turkestan (in China bekend als de provincie Xinjiang). Diverse landen, waaronder Nederland, en wereldwijde organisaties wijzen op overtuigend bewijs dat een heel ander beeld schetst. In de loop der jaren werden er door de internationale gemeenschap ernstige mensenrechtenschendingen, begaan door de Chinese staat, aangekaart. Door een immer strenger wordend Chinees beleid dat de Oeigoerse cultuur wil laten verdwijnen vluchtten velen vanaf de jaren negentig. Zij kwamen onder andere naar Europa, waaronder Nederland. Hoe is het gegaan met de Oeigoeren die zich de afgelopen jaren in Nederland hebben gevestigd?

‘Nederland was in mijn gedachten deel van het ‘mooie Europa’’, vertelt Erhan. ‘Verder kende ik alleen Noorwegen. Ik had een romantisch beeld van Europese natuur, mensen en steden.’

‘Ik heb moeten accepteren dat contact met onze ouders te riskant zou zijn. Zowel voor ons als voor hen’

Na een korte wandeling door Den Haag, waar hij woont en werkt, vertelt Erhan in zijn appartement over zijn eerste tijd in Nederland. ‘Altijd ben ik trots geweest op mijn geboortestad Ürümqi, maar ik dacht dat het ergens anders vast nog beter zou zijn. Toen mijn zus en ik vluchtten, moesten we onze ouders en vriendjes achterlaten. Bij onze aankomst in Nederland was het romantische beeld van Europa direct verdwenen. Ik was alleen maar omringd door onbekenden en het was koud. De eerste maanden waren bitter en eenzaam, maar gelukkig regelde mijn zus dat ik relatief gauw naar school kon. Toen de eerste stappen van onze procedure in het aanmeldcentrum in Ter Apel volbracht waren, verhuisden we naar Maastricht en woonden we in een dorp dichtbij de Duitse grens.’ Sinds zijn vlucht heeft Erhan geen contact meer met zijn ouders gekregen. ‘Pijnlijk en verdrietig blijft het, maar ik heb moeten accepteren dat contact te riskant zou zijn. Zowel voor ons hier als voor mijn ouders.’

In 2023 woonden er volgens het Uyghur Human Rights Project 3.500 Oeigoeren in Nederland. Er zijn voor deze mensen, die vanwege hun afkomst of geloof moesten vluchten, geen speciale asielprocedures. Nederland telt, naast Noorwegen en Zweden, een van de meest omvangrijke Oeigoerse gemeenschappen in Europa. De grootste gemeenschappen bevinden zich in Kazachstan en Kirgizië.

‘Het exacte aantal in Nederland is lastig vast te stellen, omdat iemand van Oeigoerse afkomst die een asielaanvraag doet, wordt geïdentificeerd als Chinees’, legt Vluchtelingenwerk uit.

Immigratiedienst IND vult aan: ‘Voor Oeigoeren die uit China gevlucht zijn, geldt niet automatisch een afzonderlijke asielprocedure. Er wordt natuurlijk wel altijd gekeken naar de individuele situatie. In een paar jaar tijd is het beleid van de Chinese regering tegenover deze bevolkingsgroep sterk verslechterd, de kans is klein dat de asielaanvraag van iemand van Oeigoerse afkomst afgewezen wordt.’

Het Chinese beleid tegenover de Oeigoeren en de geleidelijke verscherping hiervan bleven niet onopgemerkt door de internationale gemeenschap. In 2018 verschijnt er een rapport van de Verenigde Naties met bewijsmateriaal dat er Chinese kampen zijn waar hardhandige culturele assimilatie van Oeigoeren plaatsvindt. ‘China heeft opdringerig toezicht, politieke indoctrinatie en gedwongen culturele assimilatie tegen de Oeigoeren, Kazakken en andere overwegend islamitische etnische groepen in de regio geïntensiveerd’, schrijft Amnesty International kort daarna. Aanzienlijke media-aandacht volgde, ook in Nederland.

‘Voor de Oeigoeren in Ürümqi ben ik verwesterd, maar hier voel ik me soms dan weer te ‘buitenlands’’

‘Aan de plotselinge, hevige aandacht voor de Oeigoerse kwestie moesten we wennen’, vertelt de Oeigoerse Ahmedjan Kasim (28). ‘We hoefden ineens onze situatie niet meer uit te leggen. Elke dag was er wel een televisieprogramma waarin onze situatie onder de aandacht kwam.’ In 2011 kwam de toen vijftienjarige Ahmedjan naar Nederland, zijn moeder achterna. Hij is schrijver van het boek De Oeigoerse droom, dat in 2022 gepubliceerd is. Het vertelt over wat Oeigoeren doormaken, waar dan ook ter wereld. Ahmedjan is naar eigen zeggen een ‘bruggenbouwer’ en een van de meeste uitgesproken personen in Nederland wat betreft de Oeigoerse kwestie. ‘Sinds ik hier ben, heb ik delen van de Nederlandse cultuur ingelijfd, maar altijd hink ik tussen de cultuur van hier en mijn thuisland. Voor de Oeigoeren in mijn thuisstad Ürümqi ben ik verwesterd, maar hier voel ik me soms dan weer te ‘buitenlands’. De Oeigoerse gemeenschap is collectivistisch ingesteld. In Nederland is men veel individualistischer en afstandelijker. Hier is sociaal contact in mijn ervaring niet zo onvoorwaardelijk.’

Ahmedjan vervolgt: ‘De Oeigoeren in Nederland zijn eerste generatie migranten. De integratie verloopt daarom min of meer zonder problemen, denk ik. Hoewel: veel Oeigoeren hebben nooit kennisgemaakt met een democratie. Voor hen is het confronterend en lastig, zeker als ze de taal nog niet spreken, om het systeem hier te begrijpen. Wat mij betreft is het regel nummer één om de democratische rechtsstaat te omarmen en erover te leren.’

Ahmedjan organiseert met regelmaat bijeenkomsten om nieuwe Oeigoeren in Nederland op weg te helpen met praktische zaken. ‘Ik vind dat wij Oeigoeren voor dit systeem zijn gemaakt, want in de kern zijn wij democratisch ingesteld. Ook zijn we goed in het behouden van onze identiteit. Na alle jaren van onderdrukking zijn we zeer weinig tot niet geassimileerd met Han-Chinezen. Maar ondanks die kracht zijn we een kwetsbaar en getraumatiseerd volk, er is zoveel leed geweest. Mede door dit leed is het voor veel Oeigoeren nog lastig om samen te werken met de Han-Chinezen en naar een toekomstige oplossing te kijken. Er zal tijd moeten verstrijken, voor we over een schaduw heen kunnen stappen.’

In Nederland heerst geen noemenswaardige wrok tussen Oeigoeren en Han-Chinezen. Ahmedjan: ‘Ik zoek zelf graag contact met Tibetanen of Hongkongers in Nederland omdat we vaak kunnen samenwerken op het gebied van mensenrechten.’ Met Han-Chinezen is dat volgens Ahmedjan soms lastiger: ‘We trekken zeker niet naar elkaar toe, maar laten het gewoon. Daarnaast voelen de Oeigoeren verwantschap met andere Turkse volkeren, zoals in eerste instantie de grote groep Turken uit Turkije en daarnaast het kleine aantal Kirgiezen en Kazakken in Nederland.’

De dreiging van China reikt tot alle uithoeken ter wereld. De Chinese staat waakt erover dat haar nationale verhaallijn niet wordt tegengesproken. Oeigoeren zouden dus veilig moeten zijn, zolang ze geen kritiek op China uiten. Maar dat is tot op de dag van vandaag allerminst zeker.

‘Ik voel me verantwoordelijk voor Oeigoeren in Nederland’

Een deel van de diaspora, ook vanuit Nederland, gaat ondanks de mogelijke directe gevaren terug naar China. ‘De staat beweert dat het veilig is voor Oeigoeren om terug te keren’, vertelt Erhan. ‘Wanneer iemand dat doet, is het onduidelijk wat de Chinese staat met diegene doet. China zei in het begin van 2024 dat Oeigoeren welkom zijn en zij een visum krijgen, maar wij geloven dat dit propaganda is om het een positief imago hoog te houden. Bij terugkeer lopen mensen een groot risico om ondervraagd en opgesloten te worden. Dit creëert conflicten binnen de Oeigoerse gemeenschap in het buitenland. Sommigen zien terugkeer als verraad. China gebruikt de terugkeerders om toegang krijgen tot Oeigoeren in het buitenland, om bedreigingen te kunnen uiten.’

In 2021 erkende de Nederlandse overheid dat China ‘volkerenmoord’ pleegt op Oeigoeren. De Verenigde Staten en Canada deden dat al eerder. Deze erkenning stemt Oeigoeren wereldwijd hoopvol. Echter sinds datzelfde jaar is de mediaberichtgeving over de Oeigoerse kwestie afgenomen. Door de focus op andere mondiale problemen, zoals de Russische invasie in Oekraïne in 2022 en de start van het Israëlische geweld in Gaza een jaar later, is de aandacht verslapt. ‘Men is na zoveel berichtgevingen over onderdrukking en concentratiekampen wellicht Oeigoermoe’, grapt Ahmedjan. De blauwe vlag van Oost-Turkestan hangt vlak achter hem. Hij benadrukt dat de problemen van de Oeigoeren niet afgenomen zijn. ‘We kunnen momenteel weinig zeggen over de politieke tendensen in China en de toekomstige gevolgen voor de Oeigoerse gemeenschap in binnen- en buitenland’, vervolgt Ahmedjan. ‘In de komende jaren zal blijken hoe de situatie van Oeigoeren zich ontwikkelt. Ik voel me dusdanig verantwoordelijk voor Oeigoeren in Nederland, dat ik altijd bereid ben mijn eigen principes opzij te zetten voor de gemeenschap. We zullen onszelf op de kaart blijven zetten en gaan voor vrijheid, hoe de Oeigoerse toekomst er ook uitziet.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -