Voor Israëliërs is 15 mei een feestelijke dag, waarop de onafhankelijkheid wordt gevierd. Palestijnen over de hele wereld staan die dag echter stil bij de Nakba, de etnische zuivering van de Palestijnen door de staat Israël in 1948. De Kanttekening spreekt op een bijeenkomst in Den Haag filmmaker Carol Mansour over haar moeder en de impact van de Nakba op haar familie.
Meer dan 700.000 Palestijnen zijn driekwart eeuw geleden van huis en haard werden verdreven. Hun huizen werden geconfisqueerd door Joodse migranten. Deze ‘Nakba’, Arabisch voor ‘ramp’, is nu vijfenzeventig jaar geleden.
Voor de Palestijnse Missie, de vertegenwoordiging van de Palestijnen in Nederland, is dit reden een bijeenkomst in Den Haag te organiseren. Rawan Sulaiman, de ambassadeur van Palestina, is blij dat de Verenigde Naties vanaf dit jaar de Nakba erkennen, maar toch vindt zij tegelijk dat dit veel te laat is gebeurd. Ook is de erkenning niet genoeg. ‘Israëls bezetting door kolonisten en de apartheidsmaatregelen in Palestina moeten stoppen.’
‘Voor ons Palestijnen gaat de Nakba niet alleen over de gedwongen volksverhuizing van 1948’, vertelt Sulaiman. De Nakba is voor haar ook verbonden met de ‘collectieve herinnering aan hoe onze grootouders, ouders en sommigen van ons leefden in Palestina, voor de verdrijving in diaspora en naar vluchtelingenkampen. Dat zijn de verhalen over het land van sinaasappels, de boomgaarden, de zee, de dorpen, de handel, de spoorlijn. Dat gaat over het vernoemen van onze dochters, straten, instellingen naar verloren plaatsen zoals Jafa. En over wonen naast en trouwen met families die uit dezelfde dorpen en steden kwamen. De Nakba is ook de herinnering aan onze familiekroniek na onteigening, de horrorverhalen over de moordpartijen, het uiteenvallen van families, het verlies van levensonderhoud, van eigendommen en land, onze voortdurende ervaring van onteigening, kolonisatie en bezetting. We herdenken de Nakba omdat de wond nog steeds open is en de instrumenten van onderdrukking en verdrijving nog steeds ingezet worden.’
Jaffa
Tijdens de herdenkingsbijeenkomst wordt de film Aida Returns vertoond, van documentairemaker Carol Mansour. Deze vertelt het verhaal van haar moeder Aida, die in 1948 werd verdreven uit de toen nog Palestijnse stad Jaffa.
‘Het was aanvankelijk niet mijn bedoeling om een film te maken over het leven van mijn moeder’, vertelt Mansour aan de Kanttekening. ‘Ze begon vergeetachtig te worden in de laatste jaren van haar leven. Ik ging vaak naar haar toe in Montreal in Canada, en ik maakte veel video-opnames van haar, ook om haar te helpen om dingen te herinneren. Eén ding viel mij echter op. Elke keer wanneer ik haar vroeg waar ze vandaan kwam, antwoordde ze ‘Jaffa’. Dat vergat ze nooit. Ze wist dat ze uit Palestina kwam. En wilde ooit weer terugkeren naar haar land.’
Aida Returns is een zeer persoonlijke film, maar met een universele boodschap, waarin niet alleen Palestijnen zich kunnen herkennen
Een jaar na haar moeders overlijden besloot Carol Mansour al het filmmateriaal opnieuw te bekijken. ‘Eerst om mijn moeder te herinneren, maar daarna kwam ik op het idee om er een film over te maken. Ik herinnerde mij namelijk beelden uit 2000 die ik had geschoten, toen mijn moeder in Libanon was, waar ik woon. Ze was toen heel scherp, en vertelde uitgebreid over haar leven in Palestina voor 1948. Toen mijn moeder was overleden nam ik haar as mee naar Beiroet. Ik wist niet wat ik ermee moest doen, maar had wel een idee: het uitstrooien in Palestina, zodat mijn moeder uiteindelijk toch – maar dan postuum – zou terugkeren naar haar geboorteland.’
Een vriendin uit Jeruzalem, die bij Carol op bezoek was in Beiroet, smokkelde de as mee terug. Carol kan zelf niet naar Palestina reizen, ze is er niet welkom. Hun reis om Aida terug te brengen naar Palestina hebben ze uitgebreid gefilmd. Carol volgde alles thuis via haar mobiele telefoon en computer.
‘Ik heb acht jaar aan mijn film gewerkt’, vertelt Carol. ‘Dat komt omdat ik ongelooflijk veel video-opnamen heb gemaakt met mijn mobiele telefoon, en het heel veel tijd kostte om alles opnieuw te bekijken en te monteren.’
Aida Returns is een zeer persoonlijke film, maar met een universele boodschap, waarin niet alleen Palestijnen – al dan niet in de diaspora – zich kunnen herkennen, maar ook andere mensen die op de vlucht zijn geslagen voor oorlogsgeweld, discriminatie en vervolging. ‘Mijn moeder Aida staat voor mij symbool voor Palestina’, zegt Carol. ‘Zij is het land.’ Het moment dat haar moeder haar laatste rustplaats heeft gevonden was voor Carol heel emotioneel vertelt ze. ‘Ik was verdrietig en opgelucht tegelijk. Ik was blij dat ze weer thuis was, in Jaffa.’
Het publiek was vrijdagavond erg onder de indruk van de film van Carol Mansour. Een Syrische student vertelde de zaal dat dit verhaal hem heel bekend voorkwam. Hij kan nu niet terugkeren naar het door oorlog verscheurde Syrië, waar dictator Bashar al-Assad nog steeds de scepter zwaait. Hij wilde van Carol weten of er nog hoop is, dat zij terug mag naar Palestina. ‘Ik weet niet of ik nog hoop heb’, antwoordde de filmmaakster naar alle eerlijkheid. Muna Khalidi, die Carol Mansour meehielp met het maken van haar film zei de hoop niet te willen opgeven. ‘Hoe kun je doorgaan zonder hoop? Ik hoop dat er ooit eens gerechtigheid komt.’ Een 13-jarig meisje in de zaal wist de dames echter op te vrolijken met haar optimisme. ‘Ik beloof jullie, we gaan allemaal terug naar Palestina, ooit.’
Het zal helaas nog even duren voordat Aida Returns in de Nederlandse bioscopen zal draaien. De filmvertoning van vrijdag 12 mei was geen première, maar een privévoorstelling. Carol wil de film insturen voor diverse filmfestivals, en die accepteren geen films die officieel in de bioscoop hebben gedraaid.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!