Amerikaanse troepen in Syrië zouden binnen korte termijn kunnen vertrekken. Wat betekent dit voor de Koerden, de belangrijkste partners van de Verenigde Staten in hun strijd tegen terreurgroep IS? En vormt IS wel de grootste bedreiging in de regio, of zijn dit andere partijen?
Sinds 2015 zijn Amerikaanse troepen aanwezig in Syrië, ter ondersteuning van de strijd tegen IS. Ze vormen een coalitie met de Syrian Democratic Forces (SDF), een koepelorganisatie van Koerdische en Arabische strijders die nu de dienst uitmaken in de autonome regio Noordoost-Syrië (AANES). In 2019 werd IS verslagen. Sindsdien ligt de focus op wederopbouw. Maar de aanwezigheid van Amerikaanse troepen wordt in toenemende mate aangevochten door Iran, dat de Amerikaanse invloed in de regio als een doorn in het oog ervaart.
Sinds de huidige oorlog in Gaza hebben aan Iran gelieerde milities meer dan honderd aanvallen uitgevoerd op Amerikaanse bases in het noordoosten van Syrië. De VS reageerden met luchtaanvallen. Ook Israël heeft meer dan dertig aanvallen uitgevoerd op Iraanse milities in Syrië. Deze week nog voerde de Israëlische luchtmacht aanvallen uit op Iraanse militaire doelwitten in Damascus.
De proxy-oorlog tussen de grootmachten in Syrië is voor de Amerikanen een reden hun aanwezigheid nog eens kritisch te bekijken. Maar een eventueel vertrek zal grote gevolgen hebben voor het noordoosten van Syrië.
Semi-autonoom gebied
De SDF regeert sinds 2019 de facto over het gebied ten noorden van de Eufraat, een gebied waar voornamelijk Koerdische Syriërs wonen. De SDF bestaat uit meerdere etnische groepen maar de YPG, de militaire arm van de beweging, is een Koerdische militie. ‘De SDF regeert in het gebied met stilzwijgende goedkeuring van het Syrische regime, dat zich vooral bezighoudt met het behoud van de controle over Damascus en het terugwinnen van de ‘rebellengebieden’ in het noordwesten van Syrië’, legt Martin van Bruinessen, hoogleraar Hedendaagse Moslimgemeenschappen aan de Universiteit Utrecht, uit.
‘De Amerikanen steunen de SDF met wapens en geld’, zegt hij. ‘Bovendien geldt hun aanwezigheid als een buffer voor andere grootmachten die aanwezig zijn in Syrië’.
‘Het zou kunnen leiden tot chaos’
‘Als de Amerikaanse aanwezigheid wegvalt dan ontstaat er een machtsvacuüm. Dat zou kunnen leiden tot chaos’, zegt Thomas McGee, een Britse deskundige op het gebied van de Koerden in Syrië. ‘Er zijn namelijk meerdere partijen die de boel kunnen verstoren. IS is daar een van, een andere is het Syrische regime. Maar ook de Turkse regering heeft er belang bij zich te bemoeien met het gebied.’
Hergroepering IS
Eerst over de terreurgroep IS, die eigenlijk nooit helemaal is weggeweest. Momenteel bevindt de islamistische militante beweging zich vooral in de Badia-woestijn, vanuit waar ze regelmatig aanvallen uitvoert op militaire doelen en burgerdoelen. Een van de meest succesvolle acties was de uitbraak van honderden strijders uit de gevangenis in Al Hasakah. ‘De meeste van deze gevangenen waren IS-strijders’, zegt Van Bruinessen. Volgens de wetenschapper ligt hier ook gelijk een van de belangrijkste potentiële gevaren. ‘Mocht de ondersteuning van Amerikaanse troepen wegvallen, dan is de kans groot dat er meer uitbraken volgen, ook in de kampen waar Europese IS-strijders zitten. Op dit moment worden deze kampen bewaakt door de SDF. Zonder de steun van de VS kunnen zij de bewaking niet effectief uitvoeren.’
‘De steun voor de SDF onder de eigen bevolking is niet onvoorwaardelijk’
Bovendien is de steun voor de SDF onder de eigen bevolking niet onvoorwaardelijk. Dit stelt de Amerikaanse denktank Crisis Group in een rapport uit 2022 over de mogelijke terugkeer van IS. Strijders van de militante beweging doen regelmatig zaken met de lokale inwoners, die zich genoodzaakt voelen om te handelen naar wat hen de beste optie lijkt. Omdat er wordt geanticipeerd op een vertrek van Amerikaanse troepen, zullen lokale bewoners geen weerstand bieden tegen interactie met IS, uit angst voor latere represailles, schrijft de denktank.
Volgens de VN-onderzoekscommissie voor Syrië is er inderdaad sprake van een afbrokkeling van de machtspositie van de SDF. In haar rapport van 11 maart stelt de commissie dat er in de laatste maanden sprake was van strijdende militaire fracties in Deir al Zor, omdat de SDF de regio niet naar behoeven bestuurt. De SDF zou zich schuldig maken aan corruptie en repressie. Dit heeft geleid tot lokale onlusten, waarbij ook burgers het slachtoffer werden, aldus het VN-rapport.
Turkse ambities
Deze ontwikkelingen vergroten de kans op een terugkeer van IS. Maar dit is niet het enige, en ook niet meest bedreigende scenario voor de Koerden in Noordoost-Syrië. Die dreiging komt vanuit Turkije en is zeer reëel, zegt Van Bruinessen. ‘President Recep Tayyip Erdogan wil Noord-Syrië bezetten. Er wonen veel Syrische vluchtelingen in Turkije en dat levert problemen op. Erdogan wil deze vluchtelingen hervestigen in Noord-Syrië. Bovendien wil hij af van het Koerdische zelfbestuur aan zijn zuidgrens.’
‘Erdogan wil Noord-Syrië bezetten’
Turkije heeft in de afgelopen jaren dankbaar gebruik gemaakt van de decentralisatie in buurland Syrië. In 2018 bezetten Turkse troepen de regio rondom Afrin, in 2019 trok het de grens over ten noorden van Al Raqah. In beide gevallen gebruikte het land de dreiging van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) als reden voor de inval. Turkije, maar ook de VS en de Europese Unie beschouwen de PKK als een terroristische organisatie. Volgens Turkije hield PKK zich op in het grensgebied.
Erdogan gebruikt deze retoriek nog steeds. Hij dreigde deze week opnieuw met een invasie van buurlanden Syrië en Irak om op die manier de Koerdische PKK te bestrijden. ‘We gaan het karwei in Syrië en Irak afmaken’, zei hij tijdens een iftar-bijeenkomst.
‘Het Turkse leger heeft in het noordoosten van Syrië de operaties tegen SDF versneld als vergelding voor een aanval die in oktober door de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) in Ankara werd opgeëist’, schrijft ook de VN-onderzoekscommissie voor Syrië. Dagelijks vinden er drone-aanvallen plaats in de gebieden die onder het Koerdische zelfbestuur vallen. Maar volgens Van Bruinessen is de link tussen de Koerden en de PKK niet bewezen. ‘Het Koerdische zelfbestuur in Syrië is niet het verlengde van de PKK, al delen ze dezelfde ideologie. De militaire en politieke leiders vertegenwoordigen in de eerste plaats (een belangrijk deel van) de Syrische Koerden, en hun strijd gaat om de belangen van de Syrische Koerdische bevolking, niet om die van de broederpartij in Turkije.’
Volgens de wetenschapper is het te danken aan de aanwezigheid van Amerikaanse troepen dat Turkije nog geen grootschalige actie heeft uitgevoerd in het noordoosten. Maar als de Amerikanen zich terugtrekken dan zal Turkije de regio waarschijnlijk binnenvallen, denkt ook McGee. Maar in dit geval is er nog een derde factor die in beschouwing genomen moet worden: het Syrische regime zelf.
Het Syrische regime
Het regime van Bashar al-Assad heeft een complexe relatie met de Koerden in het noordoosten. Tijdens de burgeroorlog waren de Koerden de minste zorg voor Assad. De dictator maakte bovendien dankbaar gebruik van de bereidwilligheid van SDF om IS te bestrijden. Hoewel Assad zich vooral gesteund ziet door Rusland en Iran in het bestrijden van andere ‘opstandelingen’ in het land, heeft het uiteindelijk samengewerkt met de SDF en de Amerikanen in de strijd tegen IS, wat een doorslaggevende factor was in het opdoeken van het kalifaat, zo schrijft de Crisis Group.
‘Je kan ervan uitgaan dat de Koerden weinig vertrouwen hebben in het regime’
Het regime van Assad ziet de potentiële hergroepering van IS en de opmars van Turkije wel degelijk als een bedreiging, maar het maakt zich meer zorgen over de islamistische rebellenlegers in het noordwesten van het land, legt van Bruinessen uit. ‘En je kan ervan uitgaan dat de Koerden weinig vertrouwen hebben in het regime. Assad wil heel Syrië terug. Mocht het Syrische leger zich verzetten tegen de Turken dan zullen de Koerden zich volledig moeten overleveren aan het regime. Dan zijn ze alles wat ze hebben opgebouwd de afgelopen jaren weer kwijt. Bovendien is het niet vanzelfsprekend dat het Syrische leger in het noordoosten meer succes behaalt dan momenteel in het noordwesten.’
Donkere wolken
‘Het ziet er niet goed uit voor de Koerden’, zegt Van Bruinessen. ‘En dat terwijl het er tien jaar geleden nog zo goed uitzag. Voor het eerst in lange tijd was er rust en stabiliteit in de regio.’
McGee: ‘Als de VS inderdaad uit de regio vertrekken, wat was dan het hele punt van hun aanwezigheid? En van de investeringen die ze hebben gedaan?’’ Afgezien van een mogelijke machtsverschuiving staat de stabilisatie van de regio op het spel, filosofeert hij. ‘Veiligheid is niet alleen het buiten de deur houden van IS, maar ook het creëren van bepaalde zekerheden voor de mensen die er wonen. Natuurlijk verwacht niemand dat de VS hier voor altijd zullen blijven, maar er is op zijn minst een transitieperiode nodig.’
Volgens McGee wordt er al jaren gepraat over het mogelijke vertrek van de Amerikanen, waardoor de lokale bevolking al langer in onzekerheid leeft. Vergelijkingen met Afghanistan, waar het vertrek van de VS tot een machtsovername van de Taliban leidde, wakkeren deze gevoelens van onzekerheid en onmacht alleen maar verder aan.
‘Syrië is niet te vergelijken met Afghanistan’
Maar volgens Van Bruinessen is Syrië niet te vergelijken met Afghanistan. De voormalige regering in Afghanistan heeft nooit brede steun onder de bevolking gehad. Dit regime werd door het Westen in het zadel gehouden. Syrië is veel gecompliceerder. De Koerden zijn goed georganiseerd en ze hebben grotendeels op eigen kracht IS verslagen. Weliswaar met Amerikaanse steun, maar deze steun was veel minder essentieel dan in Kabul.’
‘Syrië zal eerder naar buurland Irak kijken, waar dezelfde bedreigingen op de loer liggen voor de Koerden. Ook hier dreigt de hergroepering van IS. En ook hier voert Turkije de aanvallen op in de Koerdische grensregio onder het voorwendsel om te vechten tegen de PKK.’