President Prabowo Subianto heeft zijn vroegere schoonvader Soeharto postuum uitgeroepen tot nationale held. Volgens critici wordt Indonesië steeds autoritairder.
Het besluit, dat Prabowo vanmorgen, op de Dag van de Helden, officieel bekendmaakte, is hoogst omstreden. Zowel in Indonesië als in Nederland klinkt felle kritiek, vooral vanwege Soeharto’s rol in de massamoorden op echte en vermeende communisten in 1965. Bij die zuiveringen werden honderdduizenden mensen gedood. Daarnaast drukken zijn drie decennia van autoritair bewind en de gewelddadige onderdrukking van studentenprotesten in de jaren negentig zwaar op zijn nalatenschap.
Soeharto (1921–2008) was een Indonesische generaal en politicus die uitgroeide tot een van de meest invloedrijke, maar ook meest omstreden leiders van het land. Tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd speelde hij in 1949 een sleutelrol in de Slag om Yogyakarta. Als kolonel leidde hij een verrassingsaanval op de stad, die het moreel van de Indonesische troepen versterkte en de internationale druk op Nederland vergrootte om de soevereiniteit aan Indonesië over te dragen.
Na de val van Soekarno in 1967 greep Soeharto de macht en werd hij president. Zijn regime, bekend als de ‘Nieuwe Orde’, bracht economische groei en politieke stabiliteit, maar ging gepaard met grootschalige repressie, corruptie en nepotisme. In 1998 werd Soeharto, na massale protesten en een diepe economische crisis, gedwongen af te treden.
Twee kenners van de Indonesische geschiedenis, de in Nederland woonachtige activist Jeffry Pondaag en de Indonesische politicoloog Rafi Hidayat, delen hun zorgen over deze politieke rehabilitatie.
‘Met alle respect’
Jeffry Pondaag windt er geen doekjes om. ‘Soeharto had nooit een held mogen worden van Indonesië,’ zegt hij. ‘Ik was negen of tien toen hij aan de macht kwam. Je moest in de bus opstaan voor militairen. Te lang haar? Dan werd het afgeknipt. Soeharto heeft mensen opgesloten, andere mensen laten vermoorden. Indonesië kwam dankzij hem tot stilstand.’

Voor Pondaag is Soeharto het symbool van stagnatie, angst en hypocrisie. Dat Nederland ooit goede betrekkingen onderhield met de dictator, noemt hij schandalig. ‘Nederlanders zijn schijnheilig. Ze doen alsof ze gidsland zijn, maar ze hebben zelf Soeharto mede aan de macht geholpen. Nederland heeft bovendien nooit echt zijn eigen koloniale misdaden erkend. Ze doen altijd moralistisch over mensenrechten, maar intussen weigeren ze de onafhankelijkheid van Indonesië op 17 augustus 1945 ook juridisch te erkennen.’
Pondaag wijst erop dat Nederland in 1949 zelfs 4,5 miljard gulden schadevergoeding eiste van de voormalige kolonie, ‘alsof Indonesië de dader was.’ ‘Het geld dat in Nederland wordt verdiend komt van gestolen rijkdom uit Indonesië. En dan hebben ze kritiek op mensenrechten? Schaamteloos.’ Ten slotte noemt hij de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD, de voorloper van de AIVD, red.), die decennialang Indonesische communisten in Nederland de gaten hield, mensen die in Indonesië voor hun leven moesten vrezen.
De terugkeer van de ‘Nieuwe Orde’
Politicoloog Rafi Hidayat noemt de erkenning van Soeharto als nationale held ‘het sluitstuk van een langere politieke trend’.

‘Het is een manier om de erfenis van Soeharto te normaliseren’, zegt hij. ‘Zijn regime, de Orde Baru (Nieuwe Orde), is nooit echt verdwenen. De oligarchie die hij creëerde, is nog steeds aan de macht.’
Volgens Hidayat probeert Prabowo, zelf oud-generaal, het leger opnieuw een centrale rol te geven in het bestuur van Indonesië. ‘We zien een militarisering van de politiek. Vroeger noemden we dat geleide democratie. Soekarno deed dat op zijn manier in de jaren vijftig, Soeharto op een militaristische en fascistische manier. Prabowo doet nu hetzelfde. Formeel is Indonesië een democratie, maar feitelijk wordt het land steeds autoritairder.’
De parallellen met andere wereldleiders ziet hij ook: ‘Prabowo is een soort Donald Trump. Beiden zijn oud, overtuigd van hun eigen gelijk en nogal autoritair, soms grappig, maar tegelijk gevaarlijk.’
‘De geschiedenis wordt herschreven’
De verheerlijking van Soeharto past volgens Hidayat in een bredere poging om de hervormingsperiode (‘Reformasi’) van eind jaren negentig terug te draaien. ‘Veel activisten zijn de laatste maanden opgepakt of gecriminaliseerd. Dat Soeharto nu officieel tot held is uitgeroepen, is de kers op de taart van dat proces. Het is een symbolisch terugdraaien van de democratische hervormingen.’ Ook wijst hij op het opportunisme binnen de Indonesische politiek.
‘Nu Soeharto postuum een held is, wordt zijn naam gezuiverd. Dat is belangrijk voor zijn familie en zijn factie’
‘De partij van Soeharto, Golkar, is nooit verboden. Soeharto’s kinderen zijn nooit vervolgd voor corruptie. De PDI van Megawati Soekarnoputri, de dochter van Soekarno, houdt zich stil. Dit doen ze deels uit angst, deels omdat ze zelf verstrikt zijn in corruptieschandalen.’
Het idee van een ‘nationale held’ is bovendien politiek bruikbaar voor Prabowo en de zijnen. ‘We hebben in Indonesië al ontzettend veel nationale helden. Het is bijna een feodaal systeem, je eert je patroon. Nu Soeharto postuum een held is, wordt zijn naam gezuiverd. Dat is belangrijk voor zijn familie en zijn factie. En het helpt zijn ex-schoonzoon Prabowo om zijn macht verder te consolideren.’
De schaduw van 1965
Nog steeds is onduidelijk wat er precies gebeurde in de nacht van 1 oktober 1965, toen een vermeende communistische staatsgreep werd neergeslagen en Soeharto zijn kans greep om de macht te grijpen.
‘We weten te weinig’, zegt Hidayat. ‘Of het echt een communistische coup was of dat Soeharto er zelf achter zat, het blijft onduidelijk. Maar we weten wél dat onder zijn bewind honderdduizenden mensen zijn vermoord.’
Die schaduw hangt nog altijd over Indonesië. De officiële erkenning van Soeharto als nationale held voelt voor velen als een poging om die geschiedenis wit te wassen.
Een ongemakkelijke waarheid, ook voor Nederland
Voor Jeffry Pondaag is de verheerlijking van Soeharto niet alleen een Indonesisch probleem, maar ook een Nederlandse kwestie. ‘Nederland heeft altijd met dictators kunnen leven, zolang ze maar handel konden drijven’, zegt hij. ‘Ze konden goed overweg met Soeharto. En nu hebben ze kritiek op mensenrechten? Dat is pure hypocrisie.’
‘Nederland heeft altijd met dictators kunnen leven, zolang ze maar handel konden drijven
Zijn conclusie is dan ook onverbiddelijk. ‘Soeharto was geen bevrijder maar een onderdrukker. Dankzij hem stond Indonesië 32 jaar lang stil. Als Nederland echt iets wil leren van zijn eigen koloniale geschiedenis, dan moeten Nederlanders niet alleen kritisch naar Indonesië kijken, maar allereerst naar zichzelf.’
Voor velen voelt het alsof de geest van de dictator nooit is verdwenen en nu, met zijn verheffing tot nationale held, officieel eerherstel heeft gekregen. Rafi Hidayat vat het als volgt samen: ‘De Nieuwe Orde is niet voorbij. Ze heeft gewoon een nieuw gezicht gekregen.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!

