Terwijl in Turkije de mislukte couppoging van 15 juli 2016 wordt herdacht, trekken nog veel Turken het officiële narratief – ‘De Gülenbeweging heeft het gedaan’ – in twijfel. Met name mensen die het doelwit zijn van de staat blijven op onderzoek uitgaan. Nieuw vraagstuk: hoe zit het met het bombardement op het parlementsgebouw in Ankara in de nacht van de couppoging? Sommigen denken dat de staat hier zelf achter zat.
De gevluchte journalist Fatih Yilmaz (39) is een sympathisant van de Turkse geestelijke Fethullah Gülen, leider van de beweging die na 15 juli 2016 massaal werd weggezuiverd uit het leger, de ambtenarij en het onderwijs en waarvan meer dan 300.000 vermeende leden werden vastgehouden. De journalist tweette in december – naar eigen zeggen – nooit eerder vertoonde ‘NAVO-radarbeelden’. Yilmaz, die zegt om de veiligheid zijn bron niet te willen openbaren, beweert dat de beelden in het strafdossier van de Turkse openbaar aanklager zitten, maar nooit openbaar zijn gemaakt. De beelden zouden namelijk ‘onmiskenbaar’ de claim van de regering onderuit halen dat het parlement is gebombardeerd door jetvliegtuigen.
Yilmaz beweert dit na overleg met de gepensioneerde én gevluchte Turkse NAVO-piloot Yüksel Akkale: ‘Op de radarbeelden zijn, tijdens de explosie en de voorafgaande twintig seconden (de benodigde tijd om een ongeleide bom vanuit de lucht te mikken, af te werpen en het doelwit te raken, red.), geen vliegsporen te bekennen richting het parlement.’
Yilmaz presenteert de vijf ‘radarscreenshots’ met vijf seconden interval, waarop groene vliegsporen en wijzertjes te zien zijn. Op die beelden zijn, inderdaad, tijdens de explosie en de twintig seconden vooraf geen vliegobject richting het centrum of in de buurt van het centrum te zien. Het centrum – de gele stip op het kaartje – moet het Turkse parlement voorstellen.
Yilmaz: ‘Als er een bom is geworpen vanuit een vliegtuig, dan zou een vliegtuig binnen één mijl van de gedropte plek moeten zijn. Bij de radarbeelden zijn de vliegsporen tijdens het zogenaamde bombardement allemaal vijf mijl verwijderd van het parlement.’
Toch besloot de Turkse rechter anders. Met een lasergeleide GBU-10-bom (om 02:35 op 16 juli 2016) en een ongeleide MK-82-bom (om 03:24 diezelfde nacht) zouden F-16-piloten het Turkse parlementsgebouw in Ankara hebben gebombardeerd. Een van de piloten, Hasan Hüsnü Balikci, zit nu tweeënzeventig keer levenslang uit.
Geen bombardement vanuit de lucht dus, als we Fatih Yilmaz moeten geloven. Wat veroorzaakte dan wel die explosie in het parlementsgebouw? ‘Wellicht een C4-bom die van tevoren daar is geplaatst.’ Een inside job dus, ‘die goed door de propagandakanalen van de staat is gebruikt’.
‘Erdogan heeft het parlement zelf aangevallen om het regime te veranderen’
Yilmaz werkte tot 2016 bij het aan de Gülenbeweging gelieerde Turkse mediabedrijf Cihan Haber, dat na de couppoging werd geconfisqueerd door de Turkse staat. Na zijn ontslag volgde een ‘moeilijke periode’ van werkloosheid, waarin hij af en toe voor internationale nieuwsbedrijven werkte vanuit Turkije, zoals Sky News en al Jazeera. Hij ging ook een tijdje aan de slag als boer, dichtbij zijn geboortedorp in het Zwarte Zeegebied.
Maar dat hield Yilmaz niet lang uit. Toen hij in 2018 werd aangeklaagd vanwege ‘terroristische misdrijven’ vluchtte hij via Griekenland het land uit. Hij vroeg uiteindelijk asiel aan in Duitsland en liet ook zijn vrouw en kinderen overkomen.
‘Natuurlijk ben ik er van doordrongen dat mijn verhaal compleet indruist tegen het officiële narratief van de regering’, zegt hij. ‘Maar er zijn beelden van het Turkse tv-kanaal Fox, waarin de correspondent zegt dat er een explosie heeft plaatsgevonden, maar geen overvliegende vliegtuigen heeft gehoord.’
Op de beelden (foto) is een hyperactieve correspondent te horen, die zegt dat het Turkse parlement door een vliegtuig is gebombardeerd. Hij zegt ook dat op het militaire complex dichtbij helikopters zijn geland en opgestegen. ‘Het staat vast dat er een explosie heeft plaatsgevonden rondom het parlement, maar we weten niet of een vliegtuig, helikopter of een tank dit heeft veroorzaakt’, zegt hij terwijl er geweerschoten te horen zijn.
Yilmaz geeft toe: ‘Mijn bewering dat er een C4-bom is afgegaan, is nog niet bewezen. De informatie die ik heb laat in ieder geval zien dat er geen bombardement van een F-16 kan zijn geweest.’
De journalist vergelijkt de ‘aanval’ op het Turkse parlement met de Rijksdagbrand uit 1933. Die brand zou zijn gesticht door de Nederlandse communist Marinus van der Lubbe, maar veel historici denken dat de nazi’s zelf de brand hebben aangestoken. In ieder geval leidde de Rijksdagbrand tot een wrede vervolging van communisten en andere tegenstanders van het naziregime, die in concentratiekampen werden opgesloten, en zo veranderde Duitsland van een democratie in een dictatuur.
Yilmaz: ‘Erdogan heeft het parlement zelf aangevallen om het regime in Turkije te veranderen. Het Turkse regime is daarna inderdaad een eenmansregering geworden.’
Zijn theorie wordt onderschreven door collega-journalist Ahmet Nesin, in tegenstelling tot Yilmaz geen Gülen-sympathisant. Hij is links, seculier en de zoon van Aziz Nesin, de bekende atheïst en schrijver die in 1993 een aanslag door islamisten en rechtsextremisten op een progressief cultuurfestival overleefde; Aziz Nesin was hun voornaamste doelwit.
Net als Yilmaz gelooft Ahmet Nesin niet in het officiële narratief dat het Turkse parlement met een F-16 is gebombardeerd. ‘De grassprietjes rond de krater zijn niet eens verbrand’, zegt hij op basis van geopenbaarde schadefoto’s uit het strafdossier van de openbaar aanklager. ‘Uit foto’s valt ook te zien dat de foto’s van Atatürk en Binali Yildirim (de toenmalige premier, red.) nog aan de muur hingen.’
Ook wijst Nesin erop dat de glasscherven naar buiten zijn geëxplodeerd, in plaats van binnenuit. ‘Als er een bombardement van buiten was geweest, dan zouden de glasscherven naar binnen toe moeten springen, toch? Ook is het opvallend dat op de beelden helemaal geen rook is te zien. Dat is toch gek?’
Nesin woont al sinds 2002 in Frankrijk en Duitsland. Hij vluchtte toen Erdogan aan de macht kwam. Van 2009 tot 2016 reisde hij weer op en neer naar Turkije. Vanwege zijn betrokkenheid als redacteur bij de pro-Koerdische krant Özgür Gündem werd hij in 2016 aangeklaagd. Sindsdien komt hij niet meer in Turkije. Nesin zegt dat putschisten wel degelijk tegen Erdogan samenspanden en een couppoging tegen hem ondernamen, maar hij gelooft niet dat het een plot van de Gülenbeweging was, zoals de officiële Turkse lezing wil.
‘Een aantal Gülenistische generaals was wel betrokken bij de coup, maar het ging in wezen om een machtsstrijd binnen het Turkse leger tussen de pro-Amerikaanse NAVO-groep die Erdogan weg wilde hebben en de pro-Russische Euraziatische groep’, zegt hij. Wel wist Erdogan van te voren dat er een coup tegen hem plaats zou vinden, aldus Nesin, maar liet hij de militairen hun gang gaan: hij zou weten dat de coup zou mislukken en dat hij hier groot politiek voordeel uit kon halen.
‘We weten pas echt wat er die nacht is gebeurd als Erdogan en Hulusi Akar (tijdens de couppoging het hoofd van het Turkse leger, nu minister van Defensie, red.) alle kaarten op tafel leggen. Zolang zij niet praten, zal alles wazig blijven. De kans is in ieder geval nul procent dat een F-16-bombardement zo weinig schade kan aanrichten.’
Wat experts zeggen
We legden de claims van journalist Fatih Yilmaz voor aan luchtvaardeskundige Joris Melkert, universitair hoofddocent aan de Technische Universiteit Delft. Melkert heeft de zogenoemde radarbeelden op Twitter bestudeerd, vertelt hij.
‘Er zijn twee soorten radarbeelden. Ten eerste zijn dat primaire radarbeelden. Die komen tot ons via de klassieke schotelmethode, waarbij de antenne een signaal uitzendt en dan reflecties weer opvangt. Die reflecties kunnen dan als stipjes op het radarscherm gezien worden. Alles wat de radarsignalen reflecteren, kun je daarmee zien, maar zonder extra informatie weet je dan niet wat het geweest is. Het kunnen vliegtuigen zijn, maar bijvoorbeeld ook gebouwen.’
Daarnaast zijn er secundaire radarbeelden. ‘De secundaire radar werkt met behulp van een transponder die in elk vliegtuig zit. De radarantenne op de grond ‘ondervraagt’ de transponder. Die reageert dan door de gegevens van het vliegtuig terug te sturen, zoals de identificatiecode van het vliegtuig, de hoogte en de snelheid. De radarbeelden van Yilmaz lijken op secundaire radarbeelden. Die werken alleen als de piloot de transponder aanzet. Als die niet aanstaat, ontvang je ook geen gegevens.’
Melkert bevestigt dat op de radarbeelden van Yilmaz inderdaad geen vliegsporen zijn te bekennen rond het centrum, wat het Turkse parlement moet voorstellen. Toch kun je volgens Melkert hieruit niet de conclusie trekken dat er geen vliegtuigen in de buurt waren.
‘De vliegsporen en groene stipjes op deze radarbeelden zijn namelijk van alle vliegtuigen waarvan de transponder aan stond. Er zouden ook vliegtuigen in de buurt kunnen zijn die hun transponder uit hadden gezet. Om hierover iets te kunnen zeggen, zijn er dus primaire radarplots nodig.’
De hoofddocent concludeert: op grond van deze beelden kun je, als ze al echt zijn, helemaal niets zeggen. ‘En zelfs al zou je wél wat kunnen zeggen over de beelden, dan valt weinig te concluderen, want lasergeleide slimme bommen kunnen ook buiten die vijf mijl (de afstand waarin op de beelden van Yilmaz geen vliegtuigen te bekennen zijn, red.) precisiebombardementen uitvoeren.’
Zulke bommen kunnen zelfs vanaf honderden kilometers ver weg worden afgevuurd, legt Melkert uit. ‘Als er inderdaad sprake zou zijn van een GBU-10-lasergeleidebom (zoals de Turkse rechter oordeelde, red.), dan is het bereik dus niet beperkt tot vijf mijl. De openbaar beschikbare specificatie over deze bom spreekt al van ‘meer dan acht zeemijlen (14,8 kilometer, red.)’. Daarnaast is van die bommen meestal weinig te zien op radarbeelden. Ze zijn klein, ze vliegen snel en hebben geen transponder aanstaan.’
‘Secundaire radarbeelden werken alleen als de piloot de transponder aanzet’
We spraken ook met de Noorse filmmaker Jørgen Lorentzen, die in zijn documentaire A Gift from God (2019) het officiële Turkse coupnarratief in twijfel trekt. Maar net als Melkert noemt hij de beelden waar Yilmaz zich op beroept ‘geen 100 procent bewijs’.
‘Want je kan de transponder inderdaad uitzetten’, zegt hij. ‘Bovendien hebben we allemaal de beelden van het parlement gezien. En dat er een groot gat is bij het gedeelte van het parlement in aanbouw, waar trouwens op het moment van het bombardement in de nacht niemand was.’
Regeringsgezinde Turkse media hebben zelf ook camerabeelden naar buiten gebracht. Volgens de krant Yeni Safak (foto) wordt er een bom geworpen, met eerst iets dat lijkt op mitrailleurvuur, gevolgd door een bomontploffing. Ook op beelden van een beveiligingscamera, gedeeld door HaberTürk, is er mitrailleurvuur vanuit de lucht te zien. Er zijn ook beelden van binnen het parlement, onder meer in de krant Milliyet.
Joris Melkert zegt over de lichtflitsen op de video van Yeni Safak (eerste foto hierboven) dat het ook een ‘meteorietregen’ zou kunnen zijn. Maar na de explosie vraagt hij of de video wat langzamer afgespeeld kan worden. ‘Dat is interessant’, zegt hij. ‘Ik heb mijn vinger gehouden op de plek waar je de eerste lichtflitsen ziet. Dat is een andere plek dan waar die explosie plaatsvindt (tweede foto hierboven, red.).’
Maar dit betekent ook weinig, aldus Melkert, namelijk slechts dat de veronderstelde kogelregen een andere plek treft dan die explosie. ‘Hoe die explosie is ontstaan, van binnenuit of door een luchtaanval, valt niet te zeggen.’
Nog veel onduidelijk
Fatih Yilmaz heeft, in reactie op de analyse van Melkert, geen boodschap aan dat transponders aan- of uitgezet kunnen worden. ‘Het belangrijkste is dat er geen vliegtuigen waren. Het Fox-fragment en de foto’s van de schade aan het parlementsgebouw zijn daar het bewijs van. Een F-16-bom kan nooit zo weinig schade aanrichten.’
Ook bekijken we met Yilmaz de beelden die vanuit regeringsgezinde media zijn verspreid.
‘Het lijkt daar niet op het parlement’, zegt hij over het filmpje van Yeni Safak. ‘Ik weet niet waar dit is. Maar er wordt wel vanuit de lucht geschoten. Dat zijn schoten die in de nacht worden afgevuurd om het doelwit te kunnen zien.’
Over de explosie zegt hij: ‘Als dit door een raket was gebeurd, dan had er een brandspoor te zien moeten zijn in de lucht, maar we zien helemaal geen spoor daarvan.’
Het vuur dat je ziet op de beelden van Haber Türk is mitrailleurvuur, aldus Yilmaz, ‘waarschijnlijk van een helikopter, zoals een Russische Sikorsky of Cobra’. Volgens hem kan dit vuur nooit het kanon van een straaljager zijn, omdat het vuur in de beelden rond wordt gespreid en dit niet zou kunnen met een straaljager. ‘Zoals ik al zei: ze (de staat, red.) hebben helemaal geen bewijs.’
Documentairemaker Lorentzen erkent dat er geen brandspoor van een raket is te zien op de beelden, maar is voorzichtiger dan Yilmaz. Ja, er is een ‘explosie te zien’. Maar uit de beelden valt niet op te maken wat voor soort bomaanval dit is en waar exact is gebombardeerd, zegt hij ook. Over de ‘lichtflitsen’ zegt hij dat het ‘schoten uit de lucht zijn, waarschijnlijk om de verzamelde groep mensen te verjagen’.
Lorentzen bekeek ook een YouTube-video van Ahmet Nesin, waarin Nesin, samen met de gevluchte piloot Aykut Coskun (die door Turkije ervan wordt beschuldigd een Gülen-sympathisant te zijn) de schadefoto’s uit het Turkse strafdossier behandelt. Het gaat – naast de foto’s van de ‘kleine krater’ in de grond, de ‘gebombardeerde’ kamer waar het schilderij nog netjes aan de muur hangt en de naar buiten gesprongen ramen – ook om een foto van een opvallend gat in de muur.
‘De krater zou veel groter moeten zijn. En onmogelijk dat een F-16-bombardement slechts zo’n rommelige kamer achterlaat’
‘Ik ben het ermee eens dat een MK-82-bom (die wordt genoemd door Turkije, red.) niet zo’n kleine krater veroorzaakt. Die zou veel groter moeten zijn’, zegt Lorentzen over de krater. En over de foto met Atatürk aan de muur: ‘Het is onmogelijk dat een F-16-bombardement slechts zo’n rommelige kamer achterlaat.’
Wat betreft de ruiten die niet naar binnen, maar naar buiten toe zijn gesprongen, is Lorentzen voorzichtiger. ‘Het is moeilijk om op basis van deze foto te zeggen waar de bom is afgegaan. Het klopt dat het glas buiten ligt, niet binnen. Maar het kan niet volstaan als bewijs. Het zou kunnen dat een andere ruimte is gebombardeerd en dat de druk van dat bombardement dit heeft veroorzaakt. Maar we weten het niet.’
Een laatste foto uit het strafdossier – van het gat in de muur (foto) – heeft Lorentzen aan piloten in Noorwegen laten zien. ‘Dit kan het gevolg zijn van een luchtbom die niet is afgegaan’, verklaart hij. ‘Een dummy die het gebouw heeft geramd.’
Al met al zegt Lorentzen dat het tekort aan informatie over wat er met en rond het parlement is gebeurd nog altijd extreem groot is. ‘Het is allemaal speculatie en beschuldigingen. Veel van de informatie van regering die we erover hebben is inaccuraat.’
Het zou helpen als met de tot levenslang veroordeelde piloot Hasan Hüsnü Balikci gesproken kan worden, denkt Lorentzen. ‘Hij heeft het recht om te spreken en kan details geven. Wie waren er nog meer bij betrokken? Wie heeft de vlucht voorbereid? Het is vreemd dat maar één piloot hiervoor gestraft wordt, terwijl het al verboden was om te vliegen. Heeft hij dit in zijn eentje gedaan? Een F-16 vliegt niet alleen op. Kom naar buiten en vertel je verhaal.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!