Zanger Douwe Bob stond op het podium bij een Joods voetbalevenement, maar besloot uiteindelijk niet op te treden. Tegenover NU.nl verklaarde hij dat hij ‘bij aankomst werd geconfronteerd met zionistische posters en pamfletten’. VVD-leider Dilan Yesilgöz beschuldigde hem vervolgens van antisemitisme.
Op het podium legde Douwe Bob uit dat hij zijn beslissing had genomen omdat het evenement volgens hem was ‘gekaapt door zionistische organisaties’, waaronder Stand With Us, die hij betichtte van het verspreiden van Israëlische propaganda. Toen hij daarover sprak, werd hij onderbroken door het publiek. ‘Ik ben een man en sta waar ik voor sta’, reageerde hij daarop.
Op sociale media volgden reacties, waaronder een uitgesproken bericht van Yesilgöz op X: ‘Tachtig jaar na ‘Dit nooit weer’ gebeurt het weer. Dagelijks. In Amsterdam. Kinderen wordt een optreden geweigerd om wie ze zijn: Joods. Het zal het nieuws niet eens halen. Zó gewoon is Jodenhaat geworden. Pure haat, in het volle zicht.’
Douwe Bob weersprak de beschuldigingen van antisemitisme en herhaalde zijn standpunt later die dag in de talkshow Renze. Hij stelde dat er vooraf afspraken waren gemaakt over de invulling van het evenement, maar dat die volgens hem niet zijn nagekomen.
De zanger kreeg naast kritiek ook steun, met name uit pro-Palestijnse hoek. Verschillende groepen en individuen prezen hem om zijn ‘principiële houding’.
Voormalig artiestenmanager Omar Kabri schreef op LinkedIn: ‘Ik hoop dat dit een precedent schept onder artiesten, waarin meer ruimte wordt genomen om ergens voor te staan en zich niet te veel zorgen te maken over achterhaalde Nederlandse normen.’ Oud-ambtenaar Berber van der Woude stelde dat het ‘een teken des tijds’ is dat leiderschap en principes nu eerder van popzangers komen dan van politici of religieuze leiders.