De Belgische Rune R., die in 2021 werd opgepakt omdat hij een aanslag wilde plegen op een moskee, krijgt drie jaar celstraf. Dit besloot een Brusselse rechtbank eind vorige week.
Rune R. uit Opwijk was van plan een dubbele aanslag te plegen op een moskee. Hij wilde deze eerst in brand steken en vervolgens zoveel mogelijk mensen doden met een aanvalsgeweer. Dit bleek uit gesprekken die hij voerde met een undercoveragent, die werd ingezet nadat de twintiger extreemrechtse ideeën had gepropageerd op Instagram. Zijn advocaten stellen dat de uitspraken over het gebruik van wapens hem waren ontlokt.
Hier gingen de rechters echter niet in mee. ‘Zijn intenties en ideeën waren zeer duidelijk’, oordeelde de rechtbank volgens Nieuwsblad. Rune R. streefde de stichting van het Ideale Rijk na, waarin ras belangrijker is dan religie. Hij pleit voor de oprichting van een etnonationalistische staat, zo bleek uit het vijftien bladzijden tellende manifest dat hij schreef voordat hij werd opgepakt.
Rune R. had bovendien bewondering voor Anders Breivik en Brenton Tarrant, twee veroordeelde massamoordenaars met extreemrechtse ideeën. De Noorse Breivik liet in 2012 een autobom ontploffen bij het kantoor van de sociaaldemocratische premier in Oslo, waarbij 8 doden vielen. Vervolgens schoot hij 69 mensen dood op het eilandje Utoya, waar op dat moment een congres plaatsvond van jonge socialisten. Hij vond dat zij te tolerant waren ten opzichte van immigranten met een islamitische achtergrond.
Tarrant pleegde in 2019 een aanslag in twee moskeeën in het Nieuw-Zeelandse Christchurch. Hierbij doodde hij in koele bloede 51 mensen, waaronder kinderen. Tarrant kreeg levenslang voor zijn daad. Breivik kreeg de maximale straf van 21 jaar, wat zou betekenen dat hij over 8 jaar vrijkomt. Breivik werkt in de gevangenis aan zijn autobiografie.
Rune R. doet qua gedachtengoed niet onder voor deze massamoordenaars. Hij verspreidde niet alleen extreemrechtse ideeën, maar zou op Telegram ook anderen hebben aangezet om aanslagen te plegen.
Opnieuw heeft een academische ethische commissie van de Radboud Universiteit Nijmegen, na Tilburg en Amsterdam, gesteld dat banden tussen Nederlandse en Israëlische universiteiten moeten worden verbroken. Alleen de UvA schortte het uitwisselingsprogramma met de Hebrew University (HUJI)op. Die contacten zijn abstract; laat ik proberen ze inzichtelijk te maken.
In 1987-88 nam ik als geschiedenisstudent zelf deel aan het gewraakte uitwisselingsprogramma. Ik ben alumna van zowel de UvA als de HUJI. Voor mijn masterscriptieonderzoek naar de radicalisering van de racistische rabbijn Meir Kahane en kolonisten ontving ik een beurs om een jaar aan de HUJI te gaan studeren. Als internationale uitwisselingsstudenten werden wij eerst gehuisvest in studentenkamers op het deel van de campus dat zich in West-Jeruzalem bevindt, Givat Ram, voor een crashcursus Hebreeuws.
We leerden de geschiedenis van de universiteit: gesticht in 1918 op de militair-strategische, hooggelegen Mount Scopus, werd deze in 1947 conform het delingsplan van de Verenigde Naties aan het nieuwe Palestina toegewezen. Pogingen van de Joodse troepen om het te veroveren in weerwil van het plan mislukten, en na de oorlog van 1948 kwam het in Jordanië te liggen. In de oorlog van 1967 veroverde Israël het gebied alsnog en lijfde het in bij de nieuwe (en internationaal niet erkende) hoofdstad Jeruzalem.
Ons studenten was niet verteld dat we na de zomer naar bezet Oost-Jeruzalem zouden verhuizen. We kregen kamers toegewezen op French Hill, vlak bij het hoofdgebouw. Ik begon me steeds meer te verbazen over het uitblijven van contact met Palestijnen. We maakten uitsluitend excursies naar Joodse wijken in Jeruzalem. Aan de HUJI mochten geen Palestijnen studeren uit bezet gebied, tenzij met een speciale vergunning. Alleen Arabische studenten die in Israël wonen werden toegelaten.
Ik begon me steeds meer te verbazen over het uitblijven van contact met Palestijnen
Maar dat leerde ik allemaal toen ik zelf op onderzoek uitging naar wie die Palestijnen wel waren. Dagelijks liep ik langs een van de laatste overgebleven Palestijnse huizen op het terrein van de studentenflats en op een dag nodigde de familie me uit. De twaalfjarige tweeling Nabil en Nabila wilde later gaan studeren, maar mocht dat niet aan de HUJI, omdat ze beschouwd werden als Westbankers. En dat terwijl de campus was gebouwd op de grond die generaties lang door hun familie was bewerkt. Israël breidde de universiteit uit met onteigende grond van de Palestijnse dorpjes rondom, zoals van Issawiya — alleen werd dat niet aan ons verteld.
Het enige dat de familie nog over had was dat huis, en daarover liep een slepende rechtszaak tegen de universiteit, die het met de grond gelijk wil maken.
In het advies van het Internationaal Gerechtshof van 19 juli 2024 (artikel 277) herhaalt het VN-besluiten dat landen en instituten de bezetting niet mogen ‘erkennen, ermee samenwerken of assisteren op welke manier dan ook’. Deze bezetting is illegaal. Alleen al artikel 277 zou alle universiteiten tot onmiddellijke opschorting van banden met de Hebrew University hebben moeten overtuigen.
Dat dat niet is gebeurd, is veel onbegrijpelijker dan de subminimale actie van de UvA om een piepklein programma te onderbreken, wat geen pijn doet. De Hebrew University heeft een militaire post op de campus, doet onderzoek ten bate van de Israëlische defensie, respecteert de academische vrijheid van kritische denkers niet en ontslaat ze zelfs.
Als internationaal recht een rood stoplicht wordt waar iedereen naar eigen inzicht doorheen mag rijden, heeft eenieder kans te worden aangereden en is niemand meer veilig. Het recht van de sterkste zou gaan gelden, en juist om dat te voorkomen waren er afspraken op het gebied van recht.
Een beurs aanvragen voor een uitwisselingsprogramma aan een instituut dat is verweven met Israëls leger en defensie zou ik nu nooit meer doen. Ook omdat ik toen niet wist dat ik als buitenlander kon studeren op een plek waar mensen worden verhinderd in hun eigen land te gaan studeren, zelfs letterlijk op hun geboortegrond.
Sinds 7 oktober zijn voor de weinige Palestijnse studenten ook op het gebied van vrijheid van meningsuiting maatregelen alleen maar aangescherpt en worden ze regelmatig gearresteerd. De gemeente Jeruzalem heeft het tempo van landonteigening opgevoerd, stelt de Israëlische mensenrechtenbeweging B’Tselem, en Issawiya heeft te maken met nachtelijke razzia’s door het Israëlische leger, aanvallen en huizenvernietigingen.
Door de ethische commissies kunnen de universiteiten niet meer zeggen dat ze dat allemaal niet hebben geweten.
Pegida-voorman Edwin Wagensveld is opnieuw veroordeeld voor groepsbelediging van de moslimgemeenschap. Ook het beledigen van de Arnhemse burgemeester Ahmed Marcouch komt de islamcriticus niet onbestraft te staan. Hij krijgt een taakstraf en een geldboete.
Wagensveld werd gisteren door de politierechter in Arnhem veroordeeld voor drie misdrijven: groepsbelediging, het beledigen van de Arnhemse burgemeester Marcouch en het opzettelijk niet voldoen aan een gebiedsverbod, dat hij kreeg opgelegd toen hij vorig jaar in Arnhem moest voorkomen voor een soortgelijke rechtszaak. Hij mocht alleen naar de stad komen voor de rechtszaak, maar negeerde dit verbod.
‘De politierechter oordeelt dat de Pegida-voorman opnieuw schuldig is aan het beledigen van de islamitische gemeenschap in Nederland. Dit gedrag is strafbaar en splijt de samenleving in plaats van dat het de samenleving verbindt. Door de burgemeester – die verbinden als kerntaak heeft – uit te maken voor islamist splijt de Pegida-voorman ook waar verbinding nodig is om te kunnen samenleven. Vrijheid van meningsuiting is een groot goed, maar belediging is strafbaar’, meldt Rechtspraak.nl.
Wagensveld is bekend om zijn acties tegen de islam, waarbij hij regelmatig een koran verbrandt in de publieke ruimte. Ook gisteren liet hij zijn ongenoegen met de geloofsovertuiging blijken: eerst voor de rechtbank van Arnhem, waar hij de Koran besmeurde met varkensbloed en het heilige boek vervolgens aan een hondenriem achter zich aan sleepte de rechtbank in.
In de middag verscheen hij opnieuw voor de Stopera in Amsterdam, waar hij een koran verbrandde. Tegendemonstranten werden door politieagenten op afstand gehouden, maar lieten hun protest blijken door na zijn vertrek op hetzelfde plein een Israëlische vlag in brand te steken.
Ophef
De acties van Wagensveld leiden regelmatig tot ophef. In januari vorig jaar werd hij door demonstranten aangevallen toen hij poogde een koran te verbranden in Arnhem. In mei herhaalde hij deze actie, dit keer op een door de gemeente aangewezen plek buiten het centrum van de stad. Burgemeester Marcouch sprak in de media zijn frustratie uit over de acties van de Pegida-voorman, waarvoor hij zich gedwongen zag politiekrachten in te zetten. Wagensveld was op zijn beurt kritisch naar de burgemeester, die hij een islamist noemde.
Het zijn dit soort acties en ongeregeldheden die de Pegida-voorman duur zijn komen te staan. De politierechter pakt hem naar eigen zeggen dit keer harder aan dan de vorige keer, omdat hij het splijtende en herhalende gedrag zeer aanrekent. Hij krijgt een voorwaardelijke celstraf van een week. Daarbij moet hij een taakstraf van 20 uur uitvoeren. Ook moet de Pegida-voorman als bijzondere voorwaarde een geldbedrag van 500 euro storten op de rekening van het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Dit laatste is vooral bedoeld als symbolische genoegdoening voor het psychische leed dat hij door zijn gedrag de moslimgemeente heeft aangedaan.
In België is ophef ontstaan over het oordeel in een verkrachtingszaak. De dader komt weg met een geldboete, terwijl de celstraf die normaal geldt voor verkrachting werd opgeschort. De persoonlijkheid van de dader was een doorslaggevende factor in dit oordeel, en veel Belgen vinden dit onacceptabel.
Het laatste woord is er nog niet over gesproken. Gisteren werd bekend dat het Openbaar Ministerie in hoger beroep gaat. Ondertussen gaan zowel mannen als vrouwen massaal de straat op om zich uit te spreken tegen het vonnis. Gisteravond waren rond de 500 mensen op de been in Leuven, de stad waar de verkrachting plaatsvond. Ook in Antwerpen en Gent staan demonstraties gepland, zegt Sander van Hoorn, die ter plaatse is, in de uitzending van Radio 1.
Wat is er precies gebeurd? VRT NWS geeft een genuanceerd beeld op basis van het vonnis, dat het heeft ingezien. Het slachtoffer is een studente die in november 2023 op stap was in Leuven. Ze was op die bewuste avond erg dronken, raakte haar vriendinnen kwijt en had daardoor geen slaapplek. Op straat liep ze de dader tegen het lijf, een geneeskundestudent uit Leuven. Hij bood aan dat ze bij hem kon slapen. Die nacht hadden ze onbeschermde seks. De studente herinnert zich de volgende dag niets. Gezien haar toestand had ze er onmogelijk mee kunnen instemmen, oordeelt de rechtbank.
Dat er sprake is van verkrachting, is bewezen. Maar de dader is nog jong, heeft een blanco strafblad en een gunstige persoonlijkheid, zeggen de rechters. Ze concluderen dat hij op deze manier tot schuldinzicht gebracht kan worden, zodat hij ook geen nieuwe misdrijven meer pleegt, zonder dat hij ‘maatschappelijk ontwricht’ wordt. Daarnaast argumenteert de rechtbank dat hij ‘een getalenteerde en geëngageerde jongeman is die zowel privé als professioneel sterk wordt geapprecieerd’, zo schrijft het Belgische medium.
Klassenjustitie
Dit laatste argument leidt al dagen tot ophef. Er wordt gesproken over klassenjustitie; een persoon met een ander profiel zou voor dezelfde daad anders berecht worden, denken critici. ‘What about her talent?’, staat op een bordje van een demonstrant. Volgens een andere demonstrant raakt dit een veel breder thema: het feit dat vrouwen zich op straat niet veilig voelen. Meerdere studentes hebben soortgelijke ervaringen en daar moet wat aan gedaan worden, is het geluid.
Advocate Issabel De Fré, gespecialiseerd in seksueel strafrecht, zegt volgens VRT NWS dat de rechtbank verschillende afwegingen heeft gemaakt. ‘Alles staat of valt bij zulke zaken met een besef van schuld bij de dader. Denkt hij na over de feiten, hoe die zijn kunnen gebeuren? Wat is zijn houding tegenover het slachtoffer? Welk traject heeft hij al doorlopen? Wat is de persoonlijkheid van de dader? Dat zijn allemaal dingen die meespelen. Maar om dan tot een opschorting te komen, dat zien we enorm zelden’, duidt ze.
Toch gebeurde hetzelfde twee jaar geleden, ook in Leuven, waar leden van studentenvereniging Reuzegom betrokken waren bij de dood van de student Sanda Dia tijdens een ontgroening. De achttien leden kregen een boete, een taakstraf en een veroordeling die niet op hun strafblad kwam. Ook toen ontstond er ophef.
Ook de dader in de huidige verkrachtingszaak behoudt een blanco strafblad. Toch lijkt hij de impact van het vonnis niet te ontlopen. Youtuber Nathan Vandergunst heeft inmiddels zijn naam bekendgemaakt in een video. Bovendien is hij door het ziekenhuis waar hij werkte op non-actief gesteld. De werkgever buigt zich nog over de vraag of hij zijn werk mag blijven uitoefenen.
Als iemand vermist raakt, is snelle hulp heel belangrijk. Het verhaal van Ahmed Oulad Sedik laat zien wat er mis kan gaan als die hulp uitblijft. ‘De politie vond de vermissing van mijn broer niet urgent.’
In Nederland verdwijnen jaarlijks 40.000 mensen. Ruim 18.000 van deze vermissingen betreffen personen die zorg nodig hebben. Binnen 24 uur wordt 70 procent van de vermisten teruggevonden, binnen 48 uur 80 procent en binnen drie weken 90 procent. Ongeveer 1.500 personen blijven langer dan een jaar vermist. Een vermissing veroorzaakt angst, verdriet en een diep verlangen naar antwoorden bij de achterblijvers.
Op maandag 23 december 2024 verdwijnt Ahmed Oulad Sedik, een 58-jarige man met dementie, psychische klachten en diabetes, vanuit zijn huis in Amersfoort. Zijn dochter benadrukt bij de melding dat haar vader het IQ van een tweejarige heeft en extreem kwetsbaar is. Toch beschouwt de politie de zaak niet als urgent. Daardoor wordt tijdens de eerste cruciale uren geen politiehelikopter ingezet, het Veteranen Search Team, een vrijwilligersorganisatie waarmee de politie een convenant heeft en die ondersteunt bij vermissingen, wordt niet ingeschakeld, en ook de speurhonden worden niet gebruikt.
Omdat de politie nauwelijks in actie komt, neemt de familie het heft in eigen handen. Op de eerste avond organiseren familieleden, buren en vrienden een zoekactie. Ze doorzoeken de omgeving rond station Amersfoort en de buurt rondom Ahmeds woning en die van zijn dochter.
Op de tweede dag sluit Search And Rescue Nederland (SAR Nederland) zich aan. Bezoekers van de plaatselijke moskee zetten WhatsApp-groepen op, die binnen drie dagen uitgroeien tot netwerken met meer dan duizend leden. Uit heel Nederland bieden mensen hulp aan.
Vanaf dag drie komen gespecialiseerde vrijwilligersorganisaties in actie. Stichting MTL Hondenbrigadeteam, K9 Security, Stichting Signi Zoekhonden en Zoekteam Midden Nederland zoeken met speurhonden naar sporen. Het Nationaal Drone Team biedt ondersteuning vanuit de lucht. Vrijwilligers Joost en Mohammed zetten sonarboten in, waarna de politie het eigen Landelijke Team Onderwaterzoekingen mobiliseert.
De plek waar Ahmed Oulad Sedik werd gevonden.
Ondanks alle inspanningen blijft Ahmed onvindbaar. Pas op de elfde dag ontdekt een wandelaar met zijn hond het lichaam van Ahmed in het bosgebied Klein Zwitserland. Zijn lichaam ligt vijftig meter van het voetpad aan de De Genestetlaan, niet ver van zijn woning. De politie sluit een misdrijf uit en spreekt van een tragisch overlijden.
Media-aandacht
Abdeslam, de broer van Ahmed, vertelt hoe de politie vanaf het begin met de zaak omgaat. ‘Vanaf de start vond de politie de vermissing van mijn broer niet urgent’, vertelt hij. ‘Ik heb via mijn netwerk het AD benaderd. Vervolgens heeft Hart van Nederland het verhaal opgepakt. Zij kwamen met een filmploeg naar het bosgebied waar de familie en vrijwilligers naar Ahmed zochten. Pas na die media-aandacht komt de politie in beweging. De zaak wordt als urgent bestempeld en zeven dagen na de vermissing van Ahmed wordt er een politiehelikopter ingezet.’
Abdeslam schetst een pijnlijk contrast met andere zaken. ‘Op dezelfde dag dat Ahmed verdween, werd in Soest wél een helikopter ingezet om een witte vrouw die uit een instelling is weggelopen te zoeken. Een paar kilometer verderop, in Amersfoort, gebeurde dat niet voor mijn broer’, vertelt hij. ‘Het is pijnlijk om te beseffen dat diezelfde helikopter eenvoudig het gebied waar mijn broer is zoekgeraakt had kunnen onderzoeken.’ Ook op 1 januari 2025, bij een vermissing in Wateringen, werd volgens hem door de politie alles uit de kast gehaald. ‘Waarom kreeg mijn broer die urgentie niet?’ vraagt hij zich af.
In de vermissingszaken die spelen ten tijde van de verdwijning van Ahmed worden alle vermiste personen binnen enkele uren gevonden. Ook hanteert de politie in alle zaken een soortgelijke werkwijze. In de zaak van de vermiste vrouw uit Soest is er een Burgernetmelding verstuurd om 17:45 uur, een helikopter wordt ingezet om 19:30 uur en om 20:48 uur meldt de politie dat de vrouw is gevonden. Op de website van Regio 15 is te lezen dat in het geval van de zoektocht in Wateringen de politie naast een Burgernetmelding een politiehelikopter en het Veteranen Search Team inzet. De betreffende witte 74-jarige vrouw wordt diezelfde avond in goede gezondheid aangetroffen.
In een recente zaak, op 5 maart 2025, start de politie een intensieve zoektocht naar een 57-jarige witte verstandelijk gehandicapte vrouw uit Zwammerdam. De politie omschrijft de vrouw in het opsporingsbericht als ‘functioneel en cognitief onder de twee jaar oud’. In tegenstelling tot de zaak van Ahmed, waarin ook sprake is van een verstandelijke beperking, geldt er meteen een hoge urgentie. De vrouw wordt ongedeerd teruggevonden.
Posts over witte mensen worden vijf keer vaker gedeeld
Media-aandacht is cruciaal bij vermissingen. Hoe meer mensen op de hoogte zijn, hoe groter de kans dat iemand een tip doorgeeft of een cruciale aanwijzing ziet. Een onderzoek van Brandpunt+ onthult dat huidskleur een significante rol speelt bij de aandacht die vermissingszaken krijgen op sociale media. Posts over witte mensen worden vijf keer vaker gedeeld.
Nu heeft Ahmeds zaak behoorlijk veel media-aandacht gekregen van NOS, Hart van Nederland, Linda, FunX, Cestmocro, lokale nieuwssites en influencers zoals Salehedine. Ook de burgemeester van Amersfoort heeft gesproken met Abdeslam. ‘Door mijn contact bij het AD is het verhaal opgepakt. Het schort in deze zaak vooral aan de actie van de politie in de eerste 48 uur van de vermissing’, aldus Abdeslam. In Ahmeds geval rustte de zoektocht op de eerste dag grotendeels op het netwerk van de familie en vrijwilligers, een zware last, vooral in de eerste cruciale uren.
Brieven naar de politie
Fleur Willems, voorzitter van Stichting MTL, stuurt naar aanleiding van de dood van Ahmed een brandbrief naar de politie. Zij uit haar zorgen over de rigide werkwijze en het gebrek aan flexibiliteit bij de inzet van zoekmiddelen. Ze benadrukt dat gespecialiseerde mantrailing-honden, die een specifiek persoon op geur volgen, vaak te laat of helemaal niet worden ingezet, terwijl deze in de eerste uren na een vermissing cruciaal kunnen zijn om een looprichting te bepalen. In Ahmeds zaak werd Stichting MTL pas dagen na zijn verdwijning benaderd, waardoor het geurspoor al vervaagd was. Willems pleit voor betere communicatie en snellere samenwerking met gespecialiseerde organisaties om de zoekkansen te vergroten en biedt aan om haar bevindingen verder toe te lichten. Er is nog geen reactie gekomen op de brief.
De familie van Ahmed blijft met vragen achter. ‘Mijn broer had zorg nodig’, zegt Abdeslam. ‘We willen dat geen enkele familie dit onrecht ooit nog hoeft mee te maken.’ Iedere vermiste verdient dezelfde aandacht. Want aan het eind van de dag is een vermist persoon niet slechts een zaak, het is een geliefde die gemist wordt. Ook Abdeslam heeft een brief gestuurd naar de politie met een tiental vragen over de werkwijze van de politie in de zaak van Ahmed. Er wordt nog steeds gewacht op antwoorden van de politie. Hij voelt een verantwoordelijkheid richting alle toekomstige vermiste personen en hun families. ‘Als er geen lessen worden getrokken uit de zaak van Ahmed, dan is zijn overlijden voor niets geweest’, aldus Abdeslam.
Abdeslam wordt nu als ervaringsdeskundige gecontacteerd om te helpen bij andere vermissingszaken. Veelal betreft dit mensen met een migratieachtergrond die niet voldoende steun ervaren van de politie. Inmiddels is er sporadisch contact met de familieagent, die echter niet openstond voor een interview voor dit artikel. Binnenkort wordt de familie van Ahmed uitgenodigd voor een zogenaamd rouwinzageverzoek en krijgen ze toegang tot het gehele dossier en de afwegingen van de politie.
Berichten over aantrekkelijke, jonge, witte vrouwen worden het vaakst breed gedeeld
Volgens criminoloog dr. Jasper van der Kemp van de Vrije Universiteit in Amsterdam is de aanpak van vermissingen een lastige balans voor de politie. Jaarlijks worden duizenden meldingen gedaan, waarvan slechts een klein deel urgent blijkt. ‘Bij jongeren die weglopen is het vaak even afwachten of ze niet gewoon boos zijn vertrokken’, zegt Van der Kemp. ‘Bij volwassenen is het nóg ingewikkelder, omdat mensen vrijwillig mogen verdwijnen. De politie mag dan niet zomaar zoeken, tenzij er aanwijzingen zijn van gevaar, zoals medische problemen, risico op zelfdoding of een mogelijk misdrijf.’ Naast deze afwegingen speelt media-aandacht een cruciale rol. De politie besluit soms zelf om zaken in de media te brengen als ze denken dat het kansrijk is om informatie te verkrijgen, bijvoorbeeld bij vermiste kinderen of ouderen die medicatie nodig hebben.
Welbespraakte familie
‘Niet elke vermissing krijgt evenveel aandacht. Etniciteit of achtergrond kunnen een rol spelen. Als de vermiste persoon voor veel mensen verder weg staat, dan zijn mensen minder betrokken en wordt er minder gedeeld. Een zaak kan dan minder in beeld komen. Berichten over aantrekkelijke, jonge, witte vrouwen worden het vaakst breed gedeeld, omdat mensen zich sneller met hen identificeren. De meest spraakmakende voorbeeld hiervan in Nederland is de zaak van Anne Faber, die in een bos werd verkracht en gedood. Hier zie je twee dingen meespelen: klassieke witte jonge aantrekkelijke vrouw, maar ook een welbespraakte familie met een breed netwerk. Dit maakt dat iedereen betrokken was. Niet iedereen weet hoe je de media moet benaderen of heeft de juiste connecties’, legt hij uit. ‘Achterblijvers die zeer welbespraakt zijn kunnen meer aandacht genereren.’
Briefing van de vrijwilligers.
‘Kinderen roepen ook meer betrokkenheid op, terwijl tieners eerder als weglopers worden gezien. Vermiste personen met een crimineel verleden of een minder herkenbaar profiel krijgen vaak minder media-aandacht’, aldus Van der Kemp. ‘Een oudere man met dementie roept sneller betrokkenheid op, omdat mensen hem zien als iemands vader of opa. Deze factoren zorgen ervoor dat de mate waarin een vermissing wordt gedeeld en opgepakt sterk kan variëren. Er is sprake van een likeability-factor. Dit is problematisch, want de vermissing is niet minder ernstig.’
Daarbij benadrukt hij dat media-aandacht grillig is en afhankelijk van meerdere factoren: ‘Als je het overlaat aan de aandacht die de maatschappij ervoor geeft, treedt het white woman savior-effect, de neiging om witte vrouwen te idealiseren, op. Dan krijgen sommige zaken simpelweg minder aandacht, terwijl ze net zo ernstig zijn. Het vraagt om gerichter nadenken over communicatiestrategieën, maar dat lijkt in de praktijk ondergesneeuwd te zijn.’ Volgens Van der Kemp zou de politie families beter kunnen begeleiden in mediacontact. ‘Nu ontstaat het beeld dat de politie alles bepaalt, terwijl ze in werkelijkheid weinig grip hebben op hoe een zaak door de media wordt opgepakt. Dit beter uitleggen zou al een groot verschil maken.’
Onduidelijke communicatie
‘Het belangrijkste probleem in de zaak van Ahmed is het gebrek aan duidelijke communicatie van de politie naar de familie,’ zegt Van der Kemp. ‘Er is onduidelijkheid over welke informatie de politie had en waarom bepaalde acties wel of niet werden ondernomen. De familie kan zich daardoor afvragen of er mogelijk andere factoren meespelen, zoals de naam van Ahmed, maar praktische elementen, zoals het verschil in grootte tussen Amersfoort en Soest, kunnen ook een rol spelen. Dit is lastig te doorzien.’
Het is voor Abdeslam moeilijk om vertrouwen te blijven houden in de politie. De vragen moeten eerst beantwoord worden. Abdeslam blijkt veel houvast te vinden in zijn geloof. Dit geldt voor veel mensen met een migratieachtergrond. In tijden van crisis uiten zij hun bezorgdheid vaak op een rustige en gelaten manier, vanuit vertrouwen op een hogere macht. Hoewel dit een manier is om met angst en onzekerheid om te gaan, kan het door de politie soms worden opgevat als een gebrek aan urgentie. Dit misverstand kan ertoe leiden dat de ernst van de situatie niet volledig wordt erkend, terwijl juist in die eerste uren snelle actie van levensbelang kan zijn.
Dr. Van der Kemp benadrukt dat fouten worden gemaakt bij het inschatten van de prioriteit van een vermissing, waarbij communicatie een cruciale rol speelt. ‘Culturele sensitiviteit en verschillen in beleving kunnen van invloed zijn op hoe situaties worden geïnterpreteerd. Als de politie onvoldoende zicht heeft op deze nuances, kan er miscommunicatie ontstaan: een familie die kalm oogt, wordt misschien niet serieus genomen, terwijl zij de situatie juist als ernstig ervaren. Tegelijkertijd kan de familie zich bewust zijn dat als zij op een bepaalde manier overkomen, de politie de zaak niet serieus neemt. Die mismatch is complex en vraagt om aandacht, zowel vanuit de maatschappij als de politie. Het besef dat culturele factoren invloed hebben op de informatievoorziening vanuit achterblijvers is hierin essentieel.’
De politie Midden-Nederland wilde niet ingaan op de specifieke vermissing van Ahmed Oulad Sedik. In een reactie verwijst de politie naar algemene protocollen op de website en benadrukt ze dat Ahmeds zaak volgens die standaardprocedure is behandeld.
De Israëlische regering heeft officieel aangekondigd de Westelijke Jordaanoever volledig te willen annexeren. Dat staat in een verklaring van het ministerie van Defensie. Mensenrechtenorganisaties en internationale experts slaan alarm.
In de verklaring wordt de ‘volledige annexatie en kolonisering van Palestina’ gepresenteerd als een mijlpaal. ‘Sinds 1967 – de bezetting van de Westelijke Jordaanoever – heeft er geen grotere revolutie plaatsgevonden in Judea en Samaria’, staat er. Met het gebruik van de Bijbelse namen voor het bezette Palestijnse gebied benadrukt de Israëlische regering haar ideologische claim.
Palestijnse dorpen en bewoners worden in de verklaring neergezet als obstakels, onder meer door te spreken van ‘illegale Arabische constructies’. De afsluitende woorden luiden: ‘Judea en Samaria, de wieg van onze samenleving, het land van de Bijbel. We zijn hier om te blijven.’
Volgens mensenrechtenactivisten, onder wie VN-rapporteur Francesca P. Albanese, vormt deze stap een regelrechte aanval op het internationaal recht. ‘Dit is een ernstige en diepgaande schending’, schrijft ze op Instagram. ‘Als dit niet wordt gestopt, leidt het onvermijdelijk tot de ineenstorting van het multilaterale systeem, dat gebouwd is op universele principes zoals soevereiniteit, zelfbeschikking en het internationaal recht.’
Ook mensenrechtenadvocaat Itay Ephstein spreekt van een paradoxale ontwikkeling. ‘Terwijl het Internationaal Strafhof arrestatiebevelen uitvaardigt tegen Netanyahu en Gallant, lijken zij juist radicaler te worden in hun minachting voor het internationaal recht’, zegt hij.
De verdere kolonisering van de Westelijke Jordaanoever gaat gepaard met dagelijkse bombardementen op Gaza, evenals aanvallen in Libanon en Syrië. Israël lijkt de internationale straffeloosheid rondom de schendingen in Palestina te benutten voor bredere expansie in het Midden-Oosten.
De impact van het slavernijverleden werkt door op de nazaten van slaafgemaakten, en ook van de mensen die slaven hadden. Dit toont de theatervoorstelling Wat de wind ons vertelt, die aanstaande zondag in première gaat.
De voorstelling, een initiatief van stichting DelftsPeil, is gebaseerd op de persoonlijke verhalen van vier nazaten van families die op verschillende manieren betrokken waren bij het Nederlandse slavernij- en koloniale verleden. Hun wortels liggen op vier continenten: Afrika, Azië, Zuid-Amerika en Europa. Ze zijn op zoek gegaan naar hun voorouders en hun familiegeschiedenis. In de voorstelling gaan ze met elkaar in gesprek, waarbij confrontaties niet uit de weg worden gegaan. ‘Het is tijd om de impact luid te laten horen,’ aldus regisseur Jamie Huisman
‘Je ziet het niet, maar we dragen dingen die onze opa’s en oma’s hebben meegemaakt met ons mee. Dingen die onopgelost zijn, worden ooit opgelost. Ik heb mijn vorige levens gezien. Mij krijg je niet zomaar klein, want ik denk: I’ve been there, done that. Ik spuug spijkers!’ zegt Cheraldine Osepa, een van de nazaten in de trailer van de voorstelling.
Een andere nazaat is Rowena Elshot. Ze vertelt hoe ze in haar jeugd geen emoties mocht tonen. ‘Bij ons thuis werd niet gepraat, maar ik voelde heel sterk dat er iets bij me werd weggehouden. Onderling spraken mijn ouders er wel over. Later legde ik de link met ons slavernijverleden. Vanaf dat moment wilde ik weten wat het verhaal was van mijn moeder en oma. Wat waren die emoties die ze niet hadden verwerkt of getoond? Zelf heb ik juist veel emoties. Ik ben empathisch, net zoals mijn vader. Als je emoties dan onderdrukt, ga je daar aan onderdoor. De ruimte om emoties te tonen heb ik niet gekregen, maar genomen. In feite heb ik mezelf bevrijd.’
Altijd sterk zijn
Sterk zijn, altijd sterk zijn. Dat was het motto waarmee Rowena is opgegroeid. Dat was het gedrag dat slaafgemaakte mensen zichzelf hadden aangeleerd om te overleven. Na de afschaffing van de slavernij was dit gedrag niet zomaar verdwenen. Het werd doorgegeven aan de volgende generaties. ‘Daar kwam ook bij dat mijn ouders allebei jong naar Nederland kwamen. Mijn moeder was zestien toen ze in haar eentje naar Nederland ging. Ze volgde een opleiding voor verpleegkundige. In die tijd was ze erg op zichzelf aangewezen.’
Repetitie Wat de wind ons vertelt. Fotograaf Henriette Guest
Er was geen familie. Telefoneren was duur en appen bestond nog niet. ‘Ook dit heeft haar gevormd, net zoals ze heeft geworsteld met haar drie culturen: de Surinaamse, de Arubaanse en de Nederlandse. Uiteindelijk besloot ze het op haar manier te doen. Ze is immers verbonden met alle drie de culturen. In Nederland was ze wat dat betreft een pionier. Dat heeft haar zelfstandig en onafhankelijk gemaakt. Daar heb ik de vruchten van geplukt, dat is zeker.’
‘Het was gevaarlijk voor tot slaafgemaakten om op te vallen, want dat gedrag werd bestraft’
Het moeten onderdrukken van gevoelens heeft Rowena lang veel onzekerheid bezorgd. Je mag immers jezelf niet zijn. ‘Kom op voor jezelf, maar trek niet te veel aandacht’, werd me thuis geleerd. ‘Achteraf begrijp ik dat. Het was gevaarlijk voor slaafgemaakten om op te vallen, want dat gedrag werd bestraft. Helaas waren daarvan de nodige voorbeelden bekend.’
Volgens Rowena bestaat er een bizarre dynamiek tussen de vier spelers in het toneelstuk. ‘Dit is ook een mentale uitdaging. Ik merk hoe belangrijk het is om een community te hebben. De samenwerking heeft ons dichter bij elkaar gebracht. Mijn deelname heeft me geleerd dat ik meer kan dan ik denk. Jezelf in het diepe gooien, daar kom je altijd weer goed uit. Het verhaal van wat ik heb ervaren is niet langer alleen van mij; het is een verhaal dat ik moet delen met de wereld.
‘Wat de wind ons vertelt is bestemd voor mensen die herkenning voelen én om buitenstaanders duidelijk te maken wat er speelt. Ik vind het heel goed dat Marjet (een witte vrouw, red.) meespeelt. De slavernij werkt ook bij witte mensen door. Nee, op begrip hoop ik niet. Begrip is leuk, maar ik hoop dat er een knop om gaat.’
Gedeelde geschiedenis
Marjet Roerink werkt bij het Cultuurhuis Delft, een ander project van Stichting DelftsPeil, en als programmaker in de wijk Voorhof. Ze is de jongste thuis en heeft daardoor de rol van schatbewaarder. Zo heeft Marjet heel oude fotoboeken uit de tijd dat haar grootouders in Suriname en op Curaçao werkten. Ze is daar zelf gaan kijken. Te veel wil Marjet niet vertellen, om een spoiler te voorkomen, want ze wil haar verhaal tijdens de voorstelling doen.
‘Mijn familie, mijn grootouders en hun gezin, was daar namens Nederland. Wat zij daar hebben meegemaakt, zie ik terug in mijn heden. Als witte vrouw heb ik de plicht me uit te spreken. Het gaat immers om gedeelde geschiedenis. In het begin van de voorstelling ben ik de enige witte persoon en zit ik vol veronderstellingen. Met dat gegeven wordt gespeeld.’
Binnen de familie van Marjet is veel gebeurd, wat is overgebracht van de ene generatie op de andere. ‘Het is een vicieuze cirkel. Mijn vader had geen prettige dingen gedaan en vroeg op een moment of we het boek konden sluiten en opnieuw beginnen. Maar hoe konden we nu het boek sluiten als we het niet samen gelezen hadden? Ik vind wel dat we ons moeten uitspreken in plaats van verstoppen.’
Marjet roemt de uitspraken van Thyara, de jongste acteur-nazaat, een student aan de TU in Delft. Ze zegt: ‘Ik sta op de schouders van vrouwen in mijn familie die zoveel hebben geleden. Ik ben vrij om lief te hebben wie ik wil en om te studeren wat ik wil.’ Het is geen tekst uit de voorstelling, maar ik vind het zo mooi aan haar verhaal.’
‘Het verleden kan op de meest onverwachte momenten bij mensen terugkeren’
Roerink wijst op de mogelijkheid om voor en na de voorstelling met elkaar in gesprek te gaan.‘Het verleden kan op de meest onverwachte momenten bij mensen terugkeren. Als slaafgemaakten hun kind ophemelden, liepen ze het risico om het kwijt te raken. Een jonge, mondige moeder vertelde me dat ze bij de crèche een compliment kreeg omdat haar zoontje het zo leuk deed. Ze beweerde meteen dat hij thuis heel vervelend kon zijn. Ze wist zelf niet waarom. Diep van binnen wel, maar dit bewijst hoe diep sommige dingen zitten.’
De theatervoorstelling gaat in première op 6 april in Theater De Veste in Delft. Het begint om 19.30 uur, maar bezoekers zijn vanaf 18.30 uur welkom in de foyer. Als opwarmer zijn hier alvast wat verhalen te horen en te bekijken. Mogelijk komt u een of meerdere spelers tegen. Het stuk zal meerdere malen worden opgevoerd. Meer informatie: www.theaterdeveste.nl of www.watdewindonsvertelt.nl
‘Voorzitter, dit kabinet is een extreemrechts kabinet en als je een extreemrechts kabinet in het zadel helpt, krijg je extreemrechtse taferelen’, zei Denk-leider Stephan van Baarle gisteren in de Tweede Kamer over de zogenoemde lintjeskwestie. Kamervoorzitter Martin Bosma (PVV) onderbrak hem, omdat hij bezwaar had tegen het gebruik van de term extreemrechts.
‘Ik heb al eerder gevraagd om die term niet meer te gebruiken richting het kabinet, omdat het een nazivergelijking is’, reageerde Bosma geïrriteerd. Van Baarle trok zich daar niets van aan en antwoordde: ‘Dat vindt u, voorzitter, ik niet. Ik sta erop dat ik dit mag zeggen.’
Van Baarle beschuldigde Bosma van een ‘dubbele maat’ en gaf aan dat in de Tweede Kamer ‘de meest verschrikkelijke dingen’ over Nederlandse moslims, Palestijnen en ‘vele andere minderheden’ gezegd mogen worden. ‘Als ik mijn volksvertegenwoordigende taak uitvoer door dit kabinet extreemrechts te noemen, dan mag dat niet. U laat uw politieke voorkeur blijken’, concludeerde hij.
Bosma en Van Baarle vielen even stil en keken elkaar aan. ‘Was dat meteen ook uw bijdrage?’, vroeg Bosma. ‘Nee’, antwoordde Van Baarle, en voegde eraan toe dat minister Marjolein Faber een aanhanger van de racistische omvolkingstheorie was. ‘En daarom moet niet alleen zij weg, maar moet dit hele kabinet weg’, sloot hij af.
Vorig jaar was Bosma ook al niet gediend van het gebruik van de term ‘extreemrechts’. Toen herinnerde D66-Kamerlid Jan Paternotte hem eraan dat hij zelf vaak de term ‘extreemlinks’ gebruikte en het zelfs in verband had gebracht met ‘nazisme’.
Israël heeft zijn offensief in Gaza uitgebreid en wil grote delen van het zuiden veroveren. Volgens Israël is dit de enige manier om Hamas te dwingen de laatste gijzelaars vrij te laten.
De Israëlische minister van Defensie Yisrael Katz zei op woensdag dat zijn regering uitgestrekte gebieden wil veroveren, die zullen worden toegevoegd aan de Israëlische veiligheidszone. Op dit moment betreft dit de steden Rafah en Khan Younis en het gebied ertussenin.
Bij de aanvallen, die volgens Israël gericht zijn op de infrastructuur van Hamas, vallen veel burgerdoden. Alleen vannacht zijn al minstens 41 Palestijnen gedood in Gaza, schrijft Al Jazeera. In maart meldde het humanitaire agentschap van de Verenigde Naties dat 142.000 mensen ontheemd zijn geraakt sinds Israël op 18 maart de oorlog tegen de enclave hervatte, waarmee het fragiele staakt-het-vuren van januari werd verbroken, staat in hetzelfde bericht.
Naast de aanvallen heeft Israël ook laten weten een nieuwe corridor te willen maken om delen van de Gazastrook af te sluiten. Het zou gaan om de Morag-corridor, waarschijnlijk vernoemd naar een Joodse nederzetting die ooit tussen Rafah en Khan Younis lag, zo meldt The National, een krant in de Verenigde Arabische Emiraten. ‘We zijn nu bezig de strook af te snijden en we verhogen de druk stap voor stap, zodat [Hamas] ons de gijzelaars zal geven’, heeft minister-president Netanyahu volgens deze krant uitgelegd.
De nieuwe corridor lijkt in uitvoering op de Philadelphi-corridor, die Gaza afsnijdt van de grens met Egypte. Het creëren van corridors die bewaakt worden door het Israëlische leger is een bekende tactiek van Israël om het land of bepaalde gebieden te isoleren, waardoor er niet of nauwelijks hulpgoederen binnen kunnen komen.
Voedsel- en watertekorten
De voedseltekorten in Gaza worden dan ook steeds nijpender, berichtte NOS vanochtend. De bevolking is volledig afhankelijk van hulpgoederen van buitenaf. Begin vorige maand legde Israël al een totale blokkade op aan het gebied. Sindsdien zijn er geen voedsel, water, brandstof of medicijnen binnengekomen. De hulpmiddelen die tijdens het staakt-het-vuren het gebied in zijn gegaan, raken inmiddels op. Wegens gebrek aan gas en meel zijn alle 25 bakkerijen van het Wereldvoedselprogramma (WFP) gesloten.
Er is bovendien ook een ernstig tekort aan water. Israël heeft begin maart de stroomtoevoer afgesneden naar de belangrijkste ontziltingsinstallatie in Gaza. Daardoor is er een gebrek aan schoon water. Dit leidt niet alleen tot uitdroging, maar ook tot besmettingsziekten, legt Mirte Bosch uit aan NOS, humanitair beleidsadviseur bij Oxfam Novib.
Libanon en Syrië
Sinds het staakt-het-vuren in Gaza van de baan is, heeft Israël niet alleen de militaire operaties in Gaza opgevoerd, maar ook in andere landen in het Midden-Oosten waarin het een dreiging ziet. In Zuid-Libanon voerde het vannacht aanvallen uit op Naqoura, waar naar verluidt Hezbollah-strijders zouden zitten. Twee dagen geleden was de zuidelijke wijk van Beiroet, Al-Dahiyeh, het doelwit. Hierbij vielen ook burgerdoden, meldde BBC. Dat er in Libanon nog steeds een staakt-het-vuren geldt tussen Hezbollah en Israël, weerhoudt Israël er niet van bijna dagelijks aanvallen uit te voeren op het buurland, waardoor de overeenkomst steeds meer in het geding komt.
Ondertussen is Israël ook actief in Syrië. De laatste aanvallen vonden plaats in Daraa, een regio in het zuiden van het land. Hierbij kwamen minstens elf mensen om het leven, aldus Middle East Eye. Eerder bombardeerde het een wetenschappelijk onderzoekscentrum in een buitenwijk van Damascus en viel het een luchthaven van Hama aan. Israël wil militaire infrastructuur in Syrië volledig uitschakelen omdat het een dreiging ziet in de nieuwe regering. Hierbij moet vooral het zuiden van het land het ontgelden.
Hongarije stapt uit Internationaal Strafhof
Netanyahu in Hongarije Hoewel de acties van Israël door westerse landen worden veroordeeld, worden er maar weinig pressiemiddelen ingezet. Vandaag is Netanyahu op bezoek in Hongarije. Als lid van het International Criminal Court zou het EU-land op dat moment het arrestatiebevel moeten uitvoeren dat de ICC eerder oplegde aan de Israëlische minister-president. Maar Hongarije heeft zojuist laten weten dat het uit de ICC stapt. Het is het eerste EU-land dat dit doet.
De Turkse actrice Aybüke Pusat, bekend van de serie Teskilat, is door de Turkse staatszender TRT ontslagen omdat ze meedoet aan een boycot van de oppositie, meldt Deutsche Welle.
Sinds de arrestatie van de burgemeester van Istanbul, Ekrem Imamoglu, is er een boycot tegen bedrijven en winkels die verbonden zijn aan de AKP van Erdogan
Er is kritiek vanuit de oppositie en de filmindustrie op het cancelen van Aybüke Pusat. Cem Yilmaz, de beroemdste komiek van Turkije, die normaal niet over politiek spreekt, vraagt zich verontwaardigd af: ‘Kunnen mensen die hun mening vrijelijk uiten, dan niet werken bij de TRT?’
Pusat krijgt ook steun van Özgür Özel, de voorman van de seculiere oppositiepartij CHP. ‘Waar Aybuke ook speelt, we zorgen ervoor dat zij en haar producties alle records zullen verbreken’, zei hij tijdens een persconferentie.
De staatszender stopt niet bij het ontslag van Aybüke Pusat. In een verklaring werden andere acteurs en actrices bedreigd met hetzelfde lot als ze zich ‘vergelijkbaar gedragen’. Pusats steun aan de boycot zou niet passen bij de ‘principes van de TRT’.
Sinds de protesten tegen de arrestatie van de burgemeester van Istanbul zijn al meer dan 2000 mensen opgepakt. De oppositie lijkt nu van tactiek te zijn veranderd en roept op tot boycots om de economische macht van Erdogan te breken. Gisteren was er een totale boycot, waarbij mensen niets meer kochten. De drukke winkelstraten van Istanbul waren leger dan ooit.
De regering ziet deze acties als een ‘provocatie’ en ‘aanzetten tot haat en vijandigheid’ en heeft al meer dan tien mensen opgepakt.
De staatszender TRT, die onafhankelijk zou moeten zijn, is onder het 22-jarige Erdogan-regime de spreekbuis van de regering geworden.
Intussen heeft de EU, na enkele weken van grootschalige protesten en onderdrukking in Turkije, voorzichtig laten weten dat de relatie met het land herzien zal worden. Markus Lammert, EU-woordvoerder externe betrekkingen, sprak van ‘zorgwekkende ontwikkelingen’ en zei dat Turkije zich zou moeten houden aan ‘Europese waarden’.
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.